Sofie Vandermarliere – BA3 Geschiedenis
LES 1
Comparatieve methode ≠ enige manier van historisch onderzoek: er zijn ook nog
andere methoden
INLEIDING
WAT IS ‘COMPARATIEVE GESCHIEDENIS ’?
= expliciete en kritische vergelijking van gelijkenissen & verschillen tussen twee of meer
onderzoeksobjecten
Belangrijk: kritisch comparatieve methoden benaderen (veel beperkingen)
Vergelijken: wat zijn gelijkenissen en verschillen van twee onderzoeksobjecten?
Vooral bij sociologie, minder bij geschiedenis
Expliciet & kritisch
o alle historische onderzoeken zijn vergelijkend en expliciet…
o Grondleggers als Von Ranke probeerden hun eigen referentiekader volledig te
elimineren
o Veranderingen worden vaak bestudeerd, bv. voor en na de Franse Revolutie:
van punt A aar punt B
Bijna elk historisch onderzoek = vergelijkend
o MAAR: comparatieve geschiedenis = expliciet: andere soort kennis
WAAROM?
Relatief vaak gebruikt in geschiedschrijving
Zet aan tot theoretische reflectie:
o Grenzen van wetenschappelijkheid?
o Veralgemening?
o Causale conclusies?
Belangrijk om recente kritieken te begrijpen
Is geschiedenis wel een wetenschap?
o Wat is wetenschap?
o Universeel toepasbaar
o Empirische bewijsvoering, werkt met hypotheses (voorlopige wetmatigheid)
o Bij wetenschap wordt ervan uitgegaan dat het waarheid produceert
(ambitie wetenschap = kennis over de wereld reproduceren)
o Inductie (experimenten → generaliseren, obv van particuliere gevallen) vs.
Deductie (wetmatigheid testen in andere omstandigheden: specifieke
toepassing afleiden)
= ideaalbeeld: wat doet wetenschap?
o Is geschiedenis een wetenschap?
▪ Geen gecontroleerde omstandigheden: omstandigheden kunnen niet
oneindig herhaald worden
▪ Grote onzekerheid over wat er nagelaten is
▪ Geschiedenis = context proberen duiden: proberen begrijpen ipv
verklaren OF omgekeerd??
Comparatieve geschiedenis = tussenpositie
1
, Sofie Vandermarliere – BA3 Geschiedenis
▪ Niet-causale manier: niet “A leidt altijd tot B”, geen symbolische of
metaforische expressie maken
▪ Comparatieve methode = tussenweg zoeken: ambitie om te verklaren is
er nog (wordt vaak losgelaten, hier niet), MAAR voorzichtig!
Toepasbaarheid van onderzoek vergroten gebeurt heel
voorzichtig, heel gecontroleerd
o Context verruimen: duidelijk aangeven!
Beetje veralgemenen, maar nooit heel breed
Strategische vergelijking: ietsjes breder, maar niet veel
Comparatieve methode = snijpunt tussen sociologie & geschiedenis (logisch als je de
doelstelling ervan ziet)
o Epistemologische middenweg
▪ Tussen abstractie & case-study
o Geschiedenis als een sociale wetenschap
HISTORIOGRAFISCH OVERZICHT
18 E – 19 E EEUW
Klassieke traditie
Ferdinand Tönnies
Karl Marx
Basis = vergelijking bij klassieke manier van onderzoek voeren
Grondleggers sociologie: véél vergelijkingen! → invloed op historische werken
Vroege manier van sociologisch onderzoek = denken in stadia
o Geschiedenis als progressieve beweging: 1 universele opeenvolging van
fasen (ME: idee van verval, heel negatief: KO hoogtepunt komt nooit meer
terug, we gaan enkel achteruit)
▪ Sterk conceptualiseren: idee van stadia (jagers-verzamelaars,
barbarisme, civilisatie)
▪ 1 universele geschiedenis, alle volkeren lopen door dezelfde stadia
(héél eurocentrisch…)
Vergelijking voeren tussen jagers-verzamelaars – dorpensamenleving –
stedensamenleving
o Gemeinschaft (samenleving met persoonlijke & affectieve sociale netwerken –
bv. dorp van vroeger, iedereen kent elkaar) → gesellschaft (sociale relaties
zijn anoniem & formeel/zakelijk – bv. grote stad. Constante afhankelijkheid
van mensen die je niet kent)
Ook bij Marx! Obv historische vergelijking, tussen verschillende plaatsen & op
verschillende tempo’s
VANAF JAREN 1930
Marc Bloch, Otto Hintze, Max Weber, Henri Pirenne
Bloch (Annales-school): inzichten van de sociologie gebruiken voor geschiedenis:
vergelijkingen maken!
HOOGTEPUNT JAREN ’60-‘70
Hoogtepunt ’60-’70: kruispunt sociologen & historici
o Bijna universele wetmatigheden opstellen
2
LES 1
Comparatieve methode ≠ enige manier van historisch onderzoek: er zijn ook nog
andere methoden
INLEIDING
WAT IS ‘COMPARATIEVE GESCHIEDENIS ’?
= expliciete en kritische vergelijking van gelijkenissen & verschillen tussen twee of meer
onderzoeksobjecten
Belangrijk: kritisch comparatieve methoden benaderen (veel beperkingen)
Vergelijken: wat zijn gelijkenissen en verschillen van twee onderzoeksobjecten?
Vooral bij sociologie, minder bij geschiedenis
Expliciet & kritisch
o alle historische onderzoeken zijn vergelijkend en expliciet…
o Grondleggers als Von Ranke probeerden hun eigen referentiekader volledig te
elimineren
o Veranderingen worden vaak bestudeerd, bv. voor en na de Franse Revolutie:
van punt A aar punt B
Bijna elk historisch onderzoek = vergelijkend
o MAAR: comparatieve geschiedenis = expliciet: andere soort kennis
WAAROM?
Relatief vaak gebruikt in geschiedschrijving
Zet aan tot theoretische reflectie:
o Grenzen van wetenschappelijkheid?
o Veralgemening?
o Causale conclusies?
Belangrijk om recente kritieken te begrijpen
Is geschiedenis wel een wetenschap?
o Wat is wetenschap?
o Universeel toepasbaar
o Empirische bewijsvoering, werkt met hypotheses (voorlopige wetmatigheid)
o Bij wetenschap wordt ervan uitgegaan dat het waarheid produceert
(ambitie wetenschap = kennis over de wereld reproduceren)
o Inductie (experimenten → generaliseren, obv van particuliere gevallen) vs.
Deductie (wetmatigheid testen in andere omstandigheden: specifieke
toepassing afleiden)
= ideaalbeeld: wat doet wetenschap?
o Is geschiedenis een wetenschap?
▪ Geen gecontroleerde omstandigheden: omstandigheden kunnen niet
oneindig herhaald worden
▪ Grote onzekerheid over wat er nagelaten is
▪ Geschiedenis = context proberen duiden: proberen begrijpen ipv
verklaren OF omgekeerd??
Comparatieve geschiedenis = tussenpositie
1
, Sofie Vandermarliere – BA3 Geschiedenis
▪ Niet-causale manier: niet “A leidt altijd tot B”, geen symbolische of
metaforische expressie maken
▪ Comparatieve methode = tussenweg zoeken: ambitie om te verklaren is
er nog (wordt vaak losgelaten, hier niet), MAAR voorzichtig!
Toepasbaarheid van onderzoek vergroten gebeurt heel
voorzichtig, heel gecontroleerd
o Context verruimen: duidelijk aangeven!
Beetje veralgemenen, maar nooit heel breed
Strategische vergelijking: ietsjes breder, maar niet veel
Comparatieve methode = snijpunt tussen sociologie & geschiedenis (logisch als je de
doelstelling ervan ziet)
o Epistemologische middenweg
▪ Tussen abstractie & case-study
o Geschiedenis als een sociale wetenschap
HISTORIOGRAFISCH OVERZICHT
18 E – 19 E EEUW
Klassieke traditie
Ferdinand Tönnies
Karl Marx
Basis = vergelijking bij klassieke manier van onderzoek voeren
Grondleggers sociologie: véél vergelijkingen! → invloed op historische werken
Vroege manier van sociologisch onderzoek = denken in stadia
o Geschiedenis als progressieve beweging: 1 universele opeenvolging van
fasen (ME: idee van verval, heel negatief: KO hoogtepunt komt nooit meer
terug, we gaan enkel achteruit)
▪ Sterk conceptualiseren: idee van stadia (jagers-verzamelaars,
barbarisme, civilisatie)
▪ 1 universele geschiedenis, alle volkeren lopen door dezelfde stadia
(héél eurocentrisch…)
Vergelijking voeren tussen jagers-verzamelaars – dorpensamenleving –
stedensamenleving
o Gemeinschaft (samenleving met persoonlijke & affectieve sociale netwerken –
bv. dorp van vroeger, iedereen kent elkaar) → gesellschaft (sociale relaties
zijn anoniem & formeel/zakelijk – bv. grote stad. Constante afhankelijkheid
van mensen die je niet kent)
Ook bij Marx! Obv historische vergelijking, tussen verschillende plaatsen & op
verschillende tempo’s
VANAF JAREN 1930
Marc Bloch, Otto Hintze, Max Weber, Henri Pirenne
Bloch (Annales-school): inzichten van de sociologie gebruiken voor geschiedenis:
vergelijkingen maken!
HOOGTEPUNT JAREN ’60-‘70
Hoogtepunt ’60-’70: kruispunt sociologen & historici
o Bijna universele wetmatigheden opstellen
2