Marketing: een proces waarmee bedrijven waarde creëren voor de klant en sterke
klantrelaties opbouwen om in ruil daarvoor waarde van de klant te krijgen. Waarde aan een
klant creëren is een belangrijke taak bij marketing.
AMA (American marketing Association): houdt met de maatschappij. Kotler erkent hier geen
waarde aan. Waar mensen waarde aan hechten. (Shell vervuilt de zee, dierproeven).
Negatieve blik op marketing:
- Dierproeven/vervuiling/kinderarbeid
- Conflicten
- Oplichten/spam
- Faillissementen
- Misbruik maken van klantgegevens
- Irritante reclames.
Waarden die een bedrijf van een klant kan ontvangen:
- Loyaliteit
- Klantenaandeel
- Feedback
- Geld
- Mond op mond reclame/recensies
,Hoofdstuk 2
(Van lang naar korte termijnplanning).
Strategische bedrijfsplanning vormt het kader voor een marketingplan:
à Overkoepeld doel en missie formuleren.
Strategisch marketingplan:
à Een plan hoe bedrijven kunnen profiteren van bedreigingen en kansen.
Operationeel marketingplan:
à Een plan waar men zich richt op de doelgroepen en positionering.
Niveau van planning:
1. Concern of ondernemingsniveau: hoe waarde kan worden toegevoegd aan
onderdelen van de organisatie.
2. Strategic businessunit niveau: vraag hoe men succesvol kan opereren. (Onderdeel
van een bedrijf met eigen missie en doelen/bedrijfstak)
3. Productgroep/markt: vraagt op welke doelgroep men zich moet richten en welke
positionering.
Elke bedrijf heeft altijd een eigen visie & missie.
Visie: (Toekomstbeeld schetsen. Wat denk jij dat er gaat veranderen in de wereld).
- Breder dan het werkveld.
- Gaat vooraf aan de missie.
- Wat wil een bedrijf nu, en wat in de toekomst.
- Richting waar je naar toe wil werken.
Missie: (Hoe gaan wij onze plek daarin vinden, wat gaan we specifiek doen).
- Geeft bestaansredenen.
- Formulering van doelstellingen.
Eisen missie:
1. Realistisch: haalbare doelstellingen.
2. Specifiek: ongeveer in die markt een oplossing zoeken.
3. Onderscheidend: anders dan de concurrent.
4. Motiverend: geloofwaardig.
, Marktafbakening.
Abell & Hammond model:
- Bepaling werkgebied (business domain).
Beantwoord 3 vragen:
- Wie: afnemersgroep
- Wat: afnemersbehoeften
- Hoe: welke producten/diensten
Je kunt niet alles hebben, keuzes maken!!
Hierna ga je doelstellingen maken.
(SMART)
1. Ondernemingsdoelstellingen.
2. SBU – doelstellingen.
3. Marktdoelstellingen.
4. Doelstellingen per instrument.
Portfolioanalyse:
- Evaluatie instrument om de verschillende activiteiten van het bedrijf te evalueren.
Boston Consultancy Matrix:
- SBU classificeren op basis van marktgroei en aandeel. De grote van de stip staat voor
de omzet van het product.
Strategieën:
- Uitbouwen (star
- Handhaven (??)
- Uitmelken (cow)
- Afstoten (dog)