Psychologie les 1
• Psychologie
- De wetenschap waarbij zowel het gedrag van mensen wordt bestudeerd als de gevoelens en
gedachten die mensen hebben bij het ervaren van hun gedrag en de omstandigheden waarin
dat plaatsvindt
• Psycho-analyse
- Grondlegger: Sigmund Freud
- Deze stroming gaat ervan uit dat men niet alleen wordt beïnvloed door rationele krachten, maar
ook door irrationele krachten (het onderbewuste)
- Sterke kant: probeert het onbegrijpelijke begrijpelijk te maken
- Het onderbewuste beïnvloed ons gedrag
- Al het gedrag heeft een verborgen betekenis
- Onderbewuste zaken komen naar boven door vrije associatie en dromen
• Persoonlijkheid bestaat volgens Freud uit 3 onderdelen: het id/ego/superego
- Id: volledig onbewust en vanaf de geboorte aanwezig
- Ego: ontwikkelt zich later wanneer oorzaak/gevolg duidelijker wordt en probeert op sociaal
gepaste wijze aan de behoeften van het id te voldoen
- Superego: ontwikkelt zich als laatste ronde van het 5e levensjaar. Dit is het deel van de
persoonlijkheid met normen, waarden, idealen die we vanuit de omgeving meekrijgen
,Psychologie les 2
• Behaviorisme
- Reactie op de psycho-analyse
- Grondlegger: Pavlov
- Leerprocessen staan centraal om gedrag te verklaren en te beïnvloeden
- Het behaviorisme stelt dat de mens blanco ter wereld komt: tabula rasa
- Al het gedrag is in de loop der jaren aangeleerd
• Klassieke conditionering: leerproces dat onbewust en automatisch gaat
- Pavlov (1849-1936)
- Gedrag is reactie (respons=R) van een organisme op een bepaalde prikkeling of signaal van
buitenaf (stimulus=S)
- Ze gaan ervan uit dat al het gedrag wordt geleerd door deze S-R-koppeling
- De S-R-koppeling wordt gezien als een re ex
- Stimulus: horen/ruiken/voelen
- Respons: gedrag
• Operant conditioneren
- Skinner (1904-1990)
- Stelt dat het gevolg op de consequentie van gedrag (C) bepaalt of gedrag in frequentie zal toe-
of afnemen
- S-R-C-model
- Positieve/negatieve bekrachtiging
- Positieve/negatieve straf
- Later: S-O-R-C-model
- De O staat voor organisme: motivaties/cognitie/persoonlijkheidskenmerken van een persoon
beïnvloeden hoe een stimulus wordt geïnterpreteerd
• Verschil klassieke conditionering / operant conditioneren
- Bij operant conditioneren wordt het gedrag beloond/gestraft zodat hij deze handeling gaat
associeren met iets leuks/vervelends
fl
, Psychologie les 3
• Humanisme
- Reactie op het behaviorisme
- Levensbeschouwing die de mens centraal stelt
- Geloven niet in een god, maar juist in het zorgvuldig en gewetensvol omgaan met anderen, de
wereld en jezelf
- Lijkt deels op psycho-analyse, maar bij het humanisme is het mensbeeld veel positiever
- Het gaat om het hier en nu en er wordt niet gekeken naar wat er allemaal in de kinderjaren is
gebeurd
- Doel: iemand bevrijden van eventuele belemmeringen
- Ieder mens wordt geboren met behoeften/wensen en deze bepalen ons gedrag. Dat maakt dat
de mens zelf verantwoordlijk is voor zijn leven
- Problemen ontstaan wanneer iemand niet trouw is aan zichzelf, maar zich laat lijden door
verwachtingen van anderen
- Grondlegger humanisme: Abraham Maslow
• Behoeftepiramide Maslow —>
• Biologische behoeften
- Dorst, honger, seks, slaap, adem
- Veiligheid en zekerheid (dak boven je hoofd)
• Psychologische behoeften
- Autonomie, competentie, verbondenheid
• Sociale behoeften (aangeleerd)
- Variëren per persoon
- Behoefte aan prestatie, macht, bevestiging
• Psychologie
- De wetenschap waarbij zowel het gedrag van mensen wordt bestudeerd als de gevoelens en
gedachten die mensen hebben bij het ervaren van hun gedrag en de omstandigheden waarin
dat plaatsvindt
• Psycho-analyse
- Grondlegger: Sigmund Freud
- Deze stroming gaat ervan uit dat men niet alleen wordt beïnvloed door rationele krachten, maar
ook door irrationele krachten (het onderbewuste)
- Sterke kant: probeert het onbegrijpelijke begrijpelijk te maken
- Het onderbewuste beïnvloed ons gedrag
- Al het gedrag heeft een verborgen betekenis
- Onderbewuste zaken komen naar boven door vrije associatie en dromen
• Persoonlijkheid bestaat volgens Freud uit 3 onderdelen: het id/ego/superego
- Id: volledig onbewust en vanaf de geboorte aanwezig
- Ego: ontwikkelt zich later wanneer oorzaak/gevolg duidelijker wordt en probeert op sociaal
gepaste wijze aan de behoeften van het id te voldoen
- Superego: ontwikkelt zich als laatste ronde van het 5e levensjaar. Dit is het deel van de
persoonlijkheid met normen, waarden, idealen die we vanuit de omgeving meekrijgen
,Psychologie les 2
• Behaviorisme
- Reactie op de psycho-analyse
- Grondlegger: Pavlov
- Leerprocessen staan centraal om gedrag te verklaren en te beïnvloeden
- Het behaviorisme stelt dat de mens blanco ter wereld komt: tabula rasa
- Al het gedrag is in de loop der jaren aangeleerd
• Klassieke conditionering: leerproces dat onbewust en automatisch gaat
- Pavlov (1849-1936)
- Gedrag is reactie (respons=R) van een organisme op een bepaalde prikkeling of signaal van
buitenaf (stimulus=S)
- Ze gaan ervan uit dat al het gedrag wordt geleerd door deze S-R-koppeling
- De S-R-koppeling wordt gezien als een re ex
- Stimulus: horen/ruiken/voelen
- Respons: gedrag
• Operant conditioneren
- Skinner (1904-1990)
- Stelt dat het gevolg op de consequentie van gedrag (C) bepaalt of gedrag in frequentie zal toe-
of afnemen
- S-R-C-model
- Positieve/negatieve bekrachtiging
- Positieve/negatieve straf
- Later: S-O-R-C-model
- De O staat voor organisme: motivaties/cognitie/persoonlijkheidskenmerken van een persoon
beïnvloeden hoe een stimulus wordt geïnterpreteerd
• Verschil klassieke conditionering / operant conditioneren
- Bij operant conditioneren wordt het gedrag beloond/gestraft zodat hij deze handeling gaat
associeren met iets leuks/vervelends
fl
, Psychologie les 3
• Humanisme
- Reactie op het behaviorisme
- Levensbeschouwing die de mens centraal stelt
- Geloven niet in een god, maar juist in het zorgvuldig en gewetensvol omgaan met anderen, de
wereld en jezelf
- Lijkt deels op psycho-analyse, maar bij het humanisme is het mensbeeld veel positiever
- Het gaat om het hier en nu en er wordt niet gekeken naar wat er allemaal in de kinderjaren is
gebeurd
- Doel: iemand bevrijden van eventuele belemmeringen
- Ieder mens wordt geboren met behoeften/wensen en deze bepalen ons gedrag. Dat maakt dat
de mens zelf verantwoordlijk is voor zijn leven
- Problemen ontstaan wanneer iemand niet trouw is aan zichzelf, maar zich laat lijden door
verwachtingen van anderen
- Grondlegger humanisme: Abraham Maslow
• Behoeftepiramide Maslow —>
• Biologische behoeften
- Dorst, honger, seks, slaap, adem
- Veiligheid en zekerheid (dak boven je hoofd)
• Psychologische behoeften
- Autonomie, competentie, verbondenheid
• Sociale behoeften (aangeleerd)
- Variëren per persoon
- Behoefte aan prestatie, macht, bevestiging