Biologie examen
Figuurvragen:
X-ass = oorzaak
Y-ass = gevolg
Assen zijn:
o Relatief = verhoudingen
o Absoluut = procenten
Kennisvragen:
Vraag waarin de kennis die je bezit word bevraagt
Antwoord soms in Binas te vinden
Vaak kort antwoord of multiple-choice
Toepassingsvragen:
Vraag waarin je de kennis die je bezit in een nieuwe situatie moet toepassen
Let goed op de eigenschappen van de nieuwe situatie
o Welk deel van je kennis wordt hier toegepast?
o Is er iets veranderd ten opzichten van je kenis?
Inzichtvragen:
Vraag waarin de kennis die je bezit er voor zorgt dat je iets uit deze situatie kunt concluderen
Vaak met behulp van grafieken, tabel of feiten vanuit de tekst
Vaak lange antwoorden
Herkenbaar aan het signaal word “leg uit”
Synthesevragen:
Verklaring geven voor iets
Conclusie trekken uit onderzoek/grafiek
Stel onderzoeksvragen op
Maak een opzet voor een experiment
Herkenbaar aan “geef een verklaring voor”
Experimenten vraag:
Twee experimentele groepen
o Controle: geen verandering
o Experimenteel: met een verandering in een aspect
Rest omstandigheden blijft gelijk
Wat betekenen uitkomsten van het experiment?
o Welke conclusies kun je aan uitkomsten verbinden?
Termen:
Figuurvragen:
X-ass = oorzaak
Y-ass = gevolg
Assen zijn:
o Relatief = verhoudingen
o Absoluut = procenten
Kennisvragen:
Vraag waarin de kennis die je bezit word bevraagt
Antwoord soms in Binas te vinden
Vaak kort antwoord of multiple-choice
Toepassingsvragen:
Vraag waarin je de kennis die je bezit in een nieuwe situatie moet toepassen
Let goed op de eigenschappen van de nieuwe situatie
o Welk deel van je kennis wordt hier toegepast?
o Is er iets veranderd ten opzichten van je kenis?
Inzichtvragen:
Vraag waarin de kennis die je bezit er voor zorgt dat je iets uit deze situatie kunt concluderen
Vaak met behulp van grafieken, tabel of feiten vanuit de tekst
Vaak lange antwoorden
Herkenbaar aan het signaal word “leg uit”
Synthesevragen:
Verklaring geven voor iets
Conclusie trekken uit onderzoek/grafiek
Stel onderzoeksvragen op
Maak een opzet voor een experiment
Herkenbaar aan “geef een verklaring voor”
Experimenten vraag:
Twee experimentele groepen
o Controle: geen verandering
o Experimenteel: met een verandering in een aspect
Rest omstandigheden blijft gelijk
Wat betekenen uitkomsten van het experiment?
o Welke conclusies kun je aan uitkomsten verbinden?
Termen: