Optica 5 HC lensfouten deel 2
Er zijn 2 soorten astigmatisme:
- Die wij al kennen (zit in je bril of in de cornea)
- Een scheef invallende bundel op een sferische lens
De scheef invallende bundel heeft twee brandlijnen:
- Sagittaal (snijdt de hoofdas)
- Transversaal
Scheef astigmatisme komt alleen voor bij voorwerpen die
niet op de hoofdas liggen.
Disc of least confusion -> het punt waar het voorwerp het helderst wordt
afgebeeld
Als het voorwerp verder van de optische as komt te liggen wordt het effect van
scheef astigmatisme versterkt met als gevolg dat een verticaal voorwerp een
gekromd beeld geeft waarbij T en S, beelden zijn die gevormd worden uit de
corresponderende beeldlijnen.
Ook is er sprake van beeldvlakkromming, dit kan je weg rekenen door T en S samen te laten
vallen op punt P (petzval)
Petzval kwam met het idee om 2 verschillende lenzen (een pos en een neg) met beide een
andere berekeningsindex achter elkaar te plaatsten zodat er zo min mogelijk kromming
ontstaat. Dit gebeurd als 1/ Rp 0 is. (oneindig)
1 1
Hiervoor de volgende formule: ∑ =
𝑛1 𝑥 𝑓1 𝑟𝑝
1 1 1
Met 2 lenzen wordt de formule: + =
𝑛1 𝑥 𝑓1 𝑛2 𝑥 𝑓2 𝑟𝑝
Ton en kussenvormige vertekening:
- Bij een positieve lens met een diafragma erachter wordt het beeld vergroot. (l’/l wordt
groter) dus kussenvormige vertekening
- Bij een negatieve lens mt een diafragma erachter wordt het beeld kleiner. (l’/l wordt
kleiner) dus tonvormige vertekening.
Chromatische aberratie:
De berekeningsindex van een glas is niet altijd gelijk. De berekeningsindex is namelijk hoger
met rood licht en lager met blauw licht. (hoe wij de berekeningsindex zien is met geel licht)
Formule dispersie getal van Abbe:
(𝑛𝑒 − 1)
𝑉=
𝑁𝐹′ − 𝑁𝑐′
Waarin e geel is, F blauw en C rood
Er zijn 2 soorten astigmatisme:
- Die wij al kennen (zit in je bril of in de cornea)
- Een scheef invallende bundel op een sferische lens
De scheef invallende bundel heeft twee brandlijnen:
- Sagittaal (snijdt de hoofdas)
- Transversaal
Scheef astigmatisme komt alleen voor bij voorwerpen die
niet op de hoofdas liggen.
Disc of least confusion -> het punt waar het voorwerp het helderst wordt
afgebeeld
Als het voorwerp verder van de optische as komt te liggen wordt het effect van
scheef astigmatisme versterkt met als gevolg dat een verticaal voorwerp een
gekromd beeld geeft waarbij T en S, beelden zijn die gevormd worden uit de
corresponderende beeldlijnen.
Ook is er sprake van beeldvlakkromming, dit kan je weg rekenen door T en S samen te laten
vallen op punt P (petzval)
Petzval kwam met het idee om 2 verschillende lenzen (een pos en een neg) met beide een
andere berekeningsindex achter elkaar te plaatsten zodat er zo min mogelijk kromming
ontstaat. Dit gebeurd als 1/ Rp 0 is. (oneindig)
1 1
Hiervoor de volgende formule: ∑ =
𝑛1 𝑥 𝑓1 𝑟𝑝
1 1 1
Met 2 lenzen wordt de formule: + =
𝑛1 𝑥 𝑓1 𝑛2 𝑥 𝑓2 𝑟𝑝
Ton en kussenvormige vertekening:
- Bij een positieve lens met een diafragma erachter wordt het beeld vergroot. (l’/l wordt
groter) dus kussenvormige vertekening
- Bij een negatieve lens mt een diafragma erachter wordt het beeld kleiner. (l’/l wordt
kleiner) dus tonvormige vertekening.
Chromatische aberratie:
De berekeningsindex van een glas is niet altijd gelijk. De berekeningsindex is namelijk hoger
met rood licht en lager met blauw licht. (hoe wij de berekeningsindex zien is met geel licht)
Formule dispersie getal van Abbe:
(𝑛𝑒 − 1)
𝑉=
𝑁𝐹′ − 𝑁𝑐′
Waarin e geel is, F blauw en C rood