100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Mens Cultuur en Samenleving (MSC) $6.91   Add to cart

Summary

Samenvatting Mens Cultuur en Samenleving (MSC)

 17 views  1 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Een samenvatting van het vak Mens Cultuur en Samenleving. Alle belangrijke aspecten komen aan bod, zodat je je goed kunt voorbereiden voor het tentamen. Succes met leren!

Preview 4 out of 39  pages

  • Yes
  • August 15, 2023
  • 39
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Hoofdstuk 1: wat is sociologie?

Sociologie: het systematisch onderzoek van de menselijke samenleving. De kern van sociologie
bestaat uit een visie die de sociologische visie of het sociologische perspectief wordt genoemd.

Socioloog Peter Berger omschreef het sociologische perspectief als het algemene in het bijzonder
zien  sociologie helpt ons om in het gedrag van bepaalde mensen algemene patronen te
ontdekken.

Elk individu is uniek, maar de manier waarop de samenleving van invloed is op het leven van
verschillende mensen is verschillend. Hoe de samenleving ons beïnvloedt is niet altijd duidelijk.

Socioloog Emilie Durkheim wijst erop dat het karakter van groepsnormen van invloed is bij een
gebeurtenis die we in eerste instantie zien als een individuele beslissing.

Mondiaal perspectief: globaal perspectief. Het bestuderen van de wereld in zijn geheel, en de plaats
die onze samenleving daarin inneemt.

Aan de hand van de economische ontwikkeling van een land worden deze onderverdeeld in de
volgende categorieën:
- Hoge-inkomenslanden: landen met de hoogste algemene levensstandaard. In deze categorie
vallen ongeveer 50 landen: Zweden, Nederland, de VS etc. Gezamenlijk zijn deze landen
verantwoordelijk voor de meeste goederen en diensten, en bezitten hun inwoners het
merendeel van de rijkdommen. Economische gezien hebben de inwoners van deze landen
het goed  ze zijn welvarend.
- Middeninkomenslanden: landen met een gemiddelde levensstandaard. In deze categorie
vallen ongeveer 80 landen: Latijns-Amerika, Oost-Europa etc.
In deze landen bestaat meestal sociale ongelijkheid: sommige mensen zijn extreem rijk,
maar de meeste leven onder slechte omstandigheden.
- Lage-inkomenslanden: landen met een lage levensstandaard, waarvan de meeste inwoners
arm zijn. De meeste lage-inkomenslanden liggen in Afrika en Azië. Sommige mensen zijn
extreem rijk, maar de meeste inwoners leven onder slechte omstandigheden. Het is in lage-
inkomenslanden moeilijk om je leefsituatie te verbeteren.

De drie belangrijkste gebeurtenissen die voor een transformatie van de samenleving hebben gezorgd
zijn:
1. Industrialisering.
2. Expolieve groei van steden.
3. Nieuwe opvattingen over democratie en politieke rechten.

Industrialisering: tijdens de middeleeuwen werkten de meeste inwoners van Europa op een stuk
land in de buurt van hun huis. Door middel van nieuwe energiebronnen verplaatste het werk zich
naar grotere steden. Hierdoor ontstond er een scheiding tussen werk en privé. De tradities die de
leefomgeving eeuwenlang bepaald had veranderden.

De groei van steden: naarmate de steden groter werden, kregen degene die van het platteland naar
de stad verhuisden te maken met sociale problemen:
- Vervuiling.
- Uitbuiting op werk.
- Misdaad.
- Gebrek aan woonruimte.

1

,Politieke veranderingen: de economische ontwikkelingen en de stedengroei zorgden ervoor dat
mensen anders gingen denken. De aandacht verschoof van morele verplichtingen voor God en de
koning naar eigenbelang.

John Locke: in de Amerikaanse onafhankelijkheidsverklaring uit 1776 klinken de woorden van Locke
door: elke burger heeft bepaalde onvervreemdbare rechten waaronder:
- Het recht om te leven.
- Het recht op vrijheid.
- Het recht om eigen geluk na te streven.

Alexis de Tocqueville: verklaarde dat de veranderingen die na de Franse Revolutie volgden een
wedergeboorte van het menselijk ras was.

De aandacht richtte zich door de combinatie van industrialisering, stedengroei en politieke ideeën
meer op de samenleving. Het verstand werd de nieuwe maatstaaf, hierdoor zagen de mensen
minder als door God bepaald.

Sociologie is ontstaan tijdens de belangrijke en ingrijpende sociale veranderingen in de achttiende en
negentiende eeuw. Deze periode van sociale veranderingen wordt aangeduid als de overgang van
een traditionele naar een moderne samenleving. De ontwikkelingen uit die periode vormen de basis
voor onze huidige samenleving.

Moderniteit: sociale patronen die het resultaat zijn van industrialisering. Verwijst naar de relatie
tussen het heden en het verleden.

Modernisering: het sociale veranderingsproces dat in gang is gezet door de industrialisering.

Het verdwijnen van kleine traditionele gemeenschappen: mensen hebben duizenden jaren in een
gemeenschap gewoond waarin het hele leven om de familie en de directe omgeving draaiden.
Mensen hebben niet veel keuzemogelijkheden, maar ze hebben een sterk identiteitsbesef  het
gevoel dat ze ergens bijhoren.

De uitbreiding van persoonlijke keuzemogelijkheden: het verdwijnen van tradities heeft als gevolg
dat mensen hun eigen keuzes gaan zien. Dit proces wordt individualisering genoemd. Tegenwoordig
is men ervan overtuigd dat we de touwtjes in handen moeten nemen.

Grotere sociale diversiteit: diversiteit en verandering werden tijdens de pre-industriële
samenlevingen ontmoedigd. De modernisering bevordert een rationeel, wetenschappelijk
wereldbeeld. Mensen krijgen steeds meer keuzemogelijkheden. Door middel van verstedelijking,
bureaucratisering en toenemende contacten tussen mensen met verschillende achtergronden
bevorderen de ontwikkeling van diverse opvattingen en gedragspatronen.

Oriëntatie op de toekomst en een groeiend tijdsbewustzijn: de premoderne mens richt zich op het
verleden, de moderne mens is met de toekomst bezig. Ze kijken niet alleen vooruit maar zijn ook
optimistisch. De moderne mens is gericht op persoonlijk belang  tijd is geld.

Tönnies: verklaarde dat de modernisering ervoor zorgde dat de Gemeinschaft (kleine gemeenschap)
steeds meer van het wereldtoneel verdween.

De industriële revolutie wordt gekenmerkt door een zakelijke benadering die gebaseerd is op feiten,
efficiëntie en geld. De sociale wereld van familie en traditie verdwenen.
2

,Gesellschaft: de mensen uit westerse samenlevingen voelden zich langzamerhand eenzaam, vrijwel
alle sociale interacties tussen mensen waren op zelfbelang gebaseerd  Tönnies.

Kritiek op Tönnies:
- Ook in het moderne leven zijn hechte vriendschappen mogelijk.
- Tönnies zou een voorkeur hebben voor de Gemeinschaft en heeft dat beeld geromantiseerd.

Arbeidsverdeling: gespecialiseerde economische activiteit. Alle leden van de traditionele
samenleving verrichten dezelfde werkzaamheden, in een moderne samenleving hebben mensen
gespecialiseerde rollen.

Volgens Durkheim worden pre-industriële samenlevingen samengehouden door mechanische
solidariteit  gedeelde morele waarden. De leden van deze samenlevingen zien elkaar als gelijken,
verrichten dezelfde werkzaamheden en horen bij elkaar.

De mechanische solidariteit wordt vervangen door organische solidariteit  wederzijdse
afhankelijkheid. Dit zorgt voor een grote mate van sociale cohesie. Moderne samenlevingen worden
niet bijeengehouden door overeenkomsten, maar door verschillen.

Anomie: een situatie waarin een samenleving het individu weinig morele richtlijnen te bieden heeft.
Onder deze omstandigheden zouden mensen egocentrisch worden, hun behoeften boven al het
andere stellen en weinig zin aan hun leven kunnen geven.
Volgens Durkheim is het aantal zelfdodingen een goede graadmeter voor anomie.

Max Weber: modernisering houdt in dat een traditioneel wereldbeeld vervangen wordt door een
rationele denkwijze.
- Voor traditionele mens staat de waarheid gelijk aan ‘hoe dingen altijd zijn geweest’.
- Voor de moderne mens staat de waarheid gelijk aan het resultaat van rationele processen.

Het rationele denken heeft mensen aan het denken gezet over vaststaande waarheden. De moderne
samenleving keert zich af van de goden. De moderne mens hecht waarde aan efficiëntie, heeft weinig
bewondering voor het verleden en zal vooral de sociale patronen overnemen die ervoor zorgen dat
een doel bereikt wordt.

IJzeren kooi: Weber was bang voor een toename van bureaucratie. Overal werden protocollen voor
bedacht.

Karl Marx: de moderne samenleving staat gelijk aan het kapitalisme. Hij beschouwde de industriële
revolutie als de kapitalistische revolutie.
Naar aanleiding van de industriële revolutie begon de bourgeoisie de positie van adel over te nemen.

Bourgeoisie: sociale klasse waarvan het inkomen bestaat uit winst  dominante klasse.
Proletariaat: sociale klasse die bestaat uit mensen die loonarbeid verrichten  onderdanige klasse.

Marx beschouwde de verandering van de rol van kleine gemeenschappen, de verandering van de
arbeidsverdeling en het rationele wereldbeeld als voorwaarden die het mogelijk maakten dat het
kapitalisme volledig tot ontwikkeling zou komen.
- De rationaliteit komt tot uiting in het continue winststreven van kapitalisten.
- De sociale conflicten in kapitalistische samenlevingen zouden uiteindelijk tot revolutionaire
veranderingen en maatschappelijke gelijkheid leiden.


3

, De drie hoofdvragen bij sociologie:
1. Hoe is sociale (on)gelijkheid mogelijk?
2. Hoe is sociale (wan)orde mogelijk?
3. Hoe werkt het proces van rationalisering (modernisering) van de wereld?




4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fleurvandenbroek1. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.91. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72841 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.91  1x  sold
  • (0)
  Add to cart