FYSIEKE REVALIDATIE –
VOLWASSENEN
KRISTOF UVIJN
1. INLEIDING
1.1 FUNCTIETRAINING EN FUNCTIONALITEITSTRAINING
Functietraining
- Specifiek focussen op de functie
- Is belangrijk om aan de functies te werken om ze te optimaliseren of omdat je nog niet veel herstel
hebt
- Eigen identiteit als ergotherapeut ontwikkelen
- Hoe functies precies oefenen uitgesproken handelingen repetitief uitvoeren
- Bv: sensibele re-educatie (voeldoos)
o Heel gericht voelen naar materiaal in rijstkorrels
o Repetitief: eerst leren om te vertragen – leren om hand in de doos te steken
o Gemakkelijkst om een grote bal in de korrels te leggen
o Introduceren op moment dat mensen al terug iets kunnen voelen
Functionaliteitstraining
- Dit zo rap mogelijk bereiken (a.d.h.v.: hulpmiddelen/ aanpassingen/ compensaties/ Assisstentie)
o Vloeiende overgang creëren
o Goeie afspraken met andere disciplines
o Gevaar compensatie: beperken van mogelijkheden
Hoe lang en wanneer laat je dit toe?
Assistentie wordt weinig opgenomen in revalidatieproces
Iemand anders doet het
Assistentie in training steken: ADL training bij iemand die volledig
afhankelijk is en vragen ‘waar kan ik u mee helpen’, zo leren ze assistentie
vragen indien nodig
- Bv: samen winkelen
Je wilt zo snel mogelijk af van functietraining en zo snel mogelijk naar functionaliteitstraining
- Je begint met functietraining
o Op bepaald moment haal je het plafond (grafiek
stagneert) 2 opties:
Je stopt met oefenen omdat het niet meer
verbeterd Je functionaliteit daalt
Beginnen met functionaliteitstraining Je blijft
oefenen en krijgt een boost
,Link met ICF
- Probleem op functieniveau = Stoornis
- Op activiteit/participatieniveau = beperking/ functioneringsprobleem
, 1.2 BASISSCHEMA
SENSOR – input VERWERKING - centraal zenuwstelsel MOTORIEK - output
- Extroceptie neoniveau - Aanwezigheid van mobiliteit op
zingtuigen (je neemt iets waar cognitief, skills, gebeuren onbewust functieniveau
- Proprioceptie Hoge corticale functies (HCF) - Kracht
waarnemen lichaam in tijd Executieve functies (EF) - Tonus
en ruimte zonder visuele controle Paleoniveau
- Pijn complex geautomatiseerd, bewust,
specifieke receptoren: vaak emoties
door overprikkeling Archiniveau
Simpel, automatisch, reflex
Centraal cognitieve stoornissen
Functietraining: Functietraining:
repetitieve analytische repetitieve analytische
training Specifiek training Specifiek
focussen op functie focussen op functie
opzicht opzicht
- hulpmiddelen - hulpmiddelen
- aanpassingen - aanpassingen
- compensatie - compensatie
- assistentie 1 2 3 3 2 1 - assistentie
Primaire sensorische schors Tertiaire motorische schors
Functionaliteitstraining Functionaliteitstraining
Secundaire sensorische schors Secundaire motorische schors
Tertiaire sensorische schors Primaire motorische schors
VOLWASSENEN
KRISTOF UVIJN
1. INLEIDING
1.1 FUNCTIETRAINING EN FUNCTIONALITEITSTRAINING
Functietraining
- Specifiek focussen op de functie
- Is belangrijk om aan de functies te werken om ze te optimaliseren of omdat je nog niet veel herstel
hebt
- Eigen identiteit als ergotherapeut ontwikkelen
- Hoe functies precies oefenen uitgesproken handelingen repetitief uitvoeren
- Bv: sensibele re-educatie (voeldoos)
o Heel gericht voelen naar materiaal in rijstkorrels
o Repetitief: eerst leren om te vertragen – leren om hand in de doos te steken
o Gemakkelijkst om een grote bal in de korrels te leggen
o Introduceren op moment dat mensen al terug iets kunnen voelen
Functionaliteitstraining
- Dit zo rap mogelijk bereiken (a.d.h.v.: hulpmiddelen/ aanpassingen/ compensaties/ Assisstentie)
o Vloeiende overgang creëren
o Goeie afspraken met andere disciplines
o Gevaar compensatie: beperken van mogelijkheden
Hoe lang en wanneer laat je dit toe?
Assistentie wordt weinig opgenomen in revalidatieproces
Iemand anders doet het
Assistentie in training steken: ADL training bij iemand die volledig
afhankelijk is en vragen ‘waar kan ik u mee helpen’, zo leren ze assistentie
vragen indien nodig
- Bv: samen winkelen
Je wilt zo snel mogelijk af van functietraining en zo snel mogelijk naar functionaliteitstraining
- Je begint met functietraining
o Op bepaald moment haal je het plafond (grafiek
stagneert) 2 opties:
Je stopt met oefenen omdat het niet meer
verbeterd Je functionaliteit daalt
Beginnen met functionaliteitstraining Je blijft
oefenen en krijgt een boost
,Link met ICF
- Probleem op functieniveau = Stoornis
- Op activiteit/participatieniveau = beperking/ functioneringsprobleem
, 1.2 BASISSCHEMA
SENSOR – input VERWERKING - centraal zenuwstelsel MOTORIEK - output
- Extroceptie neoniveau - Aanwezigheid van mobiliteit op
zingtuigen (je neemt iets waar cognitief, skills, gebeuren onbewust functieniveau
- Proprioceptie Hoge corticale functies (HCF) - Kracht
waarnemen lichaam in tijd Executieve functies (EF) - Tonus
en ruimte zonder visuele controle Paleoniveau
- Pijn complex geautomatiseerd, bewust,
specifieke receptoren: vaak emoties
door overprikkeling Archiniveau
Simpel, automatisch, reflex
Centraal cognitieve stoornissen
Functietraining: Functietraining:
repetitieve analytische repetitieve analytische
training Specifiek training Specifiek
focussen op functie focussen op functie
opzicht opzicht
- hulpmiddelen - hulpmiddelen
- aanpassingen - aanpassingen
- compensatie - compensatie
- assistentie 1 2 3 3 2 1 - assistentie
Primaire sensorische schors Tertiaire motorische schors
Functionaliteitstraining Functionaliteitstraining
Secundaire sensorische schors Secundaire motorische schors
Tertiaire sensorische schors Primaire motorische schors