Samenstelling met verwisselbare elementen ³ ⁴
Hoofdregel
We gebruiken een koppelteken tussen gelijkwaardige delen in een samenstelling.
Een café dat tegelijk ook een restaurant is, kunnen we een café-restaurant noemen. Gelijkwaardige
zelfstandige en bijvoeglijke naamwoorden die we op deze manier aan elkaar koppelen, krijgen een
koppelteken.
Een samenstelling met gelijkwaardige delen kan bestaan uit:
• zelfstandige naamwoorden
een café-restaurant een singer-songwriter
een gin-tonic een telefoniste-receptioniste
Als we een dergelijke samenstelling gebruiken om er een nog langer woord mee te maken, dan
behouden we het koppelteken tussen de verwisselbare delen. Het derde niet-gelijkwaardige deel
wordt vastgehecht aan het tweede. (Als er een derde wel-gelijkwaardig deel is, schrijf je wel een
koppelteken, denk aan: hink-stap-sprong.)
het café-restaurantpersoneel de ham-kaastosti
het woon-werkverkeer een telefoniste-receptionisteopleiding
de scanner-faxcombinatie het singer-songwriterrepertoire
• bijvoeglijke naamwoorden
zwart-wit paars-groen
biologisch-dynamisch pedagogisch-didactisch
Let op het verschil tussen zwart-wit of paars-groen, wat duidt op tweekleurigheid, en
bijvoorbeeld donkergroen, wat duidt op één mengkleur. Het koppelteken drukt uit dat de twee
elementen gelijkwaardig blijven.
Ook als we een combinatie van bijvoeglijke naamwoorden gebruiken om er een nog langer woord
mee te maken, behouden we het koppelteken tussen de verwisselbare delen.
zwart-witfoto rood-wittenue
noord-zuidverbinding rood-wit-blauwvlag
Hoofdregel
We gebruiken een koppelteken tussen gelijkwaardige delen in een samenstelling.
Een café dat tegelijk ook een restaurant is, kunnen we een café-restaurant noemen. Gelijkwaardige
zelfstandige en bijvoeglijke naamwoorden die we op deze manier aan elkaar koppelen, krijgen een
koppelteken.
Een samenstelling met gelijkwaardige delen kan bestaan uit:
• zelfstandige naamwoorden
een café-restaurant een singer-songwriter
een gin-tonic een telefoniste-receptioniste
Als we een dergelijke samenstelling gebruiken om er een nog langer woord mee te maken, dan
behouden we het koppelteken tussen de verwisselbare delen. Het derde niet-gelijkwaardige deel
wordt vastgehecht aan het tweede. (Als er een derde wel-gelijkwaardig deel is, schrijf je wel een
koppelteken, denk aan: hink-stap-sprong.)
het café-restaurantpersoneel de ham-kaastosti
het woon-werkverkeer een telefoniste-receptionisteopleiding
de scanner-faxcombinatie het singer-songwriterrepertoire
• bijvoeglijke naamwoorden
zwart-wit paars-groen
biologisch-dynamisch pedagogisch-didactisch
Let op het verschil tussen zwart-wit of paars-groen, wat duidt op tweekleurigheid, en
bijvoorbeeld donkergroen, wat duidt op één mengkleur. Het koppelteken drukt uit dat de twee
elementen gelijkwaardig blijven.
Ook als we een combinatie van bijvoeglijke naamwoorden gebruiken om er een nog langer woord
mee te maken, behouden we het koppelteken tussen de verwisselbare delen.
zwart-witfoto rood-wittenue
noord-zuidverbinding rood-wit-blauwvlag