Farmacologie deel 4
GENEESMIDDELEN VAN HET CV-STELSEL
ELLA COOMANS
,Inhoudsopgave
1 Diuretica ................................................................................................................................................3
2 Antihypertensiva ...................................................................................................................................6
3 Hartfalen ...............................................................................................................................................9
4 Ischemisch hartlijden ........................................................................................................................... 12
5 Hyperlipidemie .................................................................................................................................... 14
5.1 Hypolipemiërende farmaca ................................................................................................................ 14
6 Bloedstolling ........................................................................................................................................ 17
6.1 Anticoagulantia .................................................................................................................................. 17
6.2 Trombocytaggregatieremmers – anti-aggregantia ............................................................................ 20
6.3 Fibrinolytische stoffen/trombolytica .................................................................................................. 20
6.4 Indicaties van anticoagulantia, anti-aggregantia en trombolytica .................................................... 21
7 VKF ...................................................................................................................................................... 24
2
, 1 Diuretica
Koolzuuranhydrase-inhibitoren
Product Acetazolamide (sulfonamide-derivaten)
Werking
à Systemische acidose en meer alkalische urine bij lang gebruik
à Diuretische efficiëntie neemt af na enkele dagen
Farmacokinetiek Peroraal
Max effect na 2 uur
Effect 12 uur lang
Renale excretie
Indicaties 1) Openhoek-glaucoom
2) Alkalinisatie urine
3) Metabole alkalose tgv diureticagebruik bij iemand met ernstig
hartfalen (kunnen geen zout gebruiken hiervoor)
4) Acute hoogteziekte: productie en pH CSV verlagen
Bijwerkingen - Verergert metabole/respiratoire acidose
- Nierstenen (calciumzouten minder oplosbaar is alkalische urine)
- Hypokaliëmie
- Meer ammoniak in systeemcirculatie à kans encefalopathie
- Hoge dosis: slaperigheid en paresthesieën
- Zelden overgevoeligheidsreacties
Thiaziden
Producten Hydrochloorthiazide, chloorthalidon, indapamide
Werking Blokkeren Na/Cl-symporter in distale kronkelbuis
à verhogen K-secretie à K-depletie à alkalose
Chronische toediening vermindert Ca-excretie
Farmacokinetiek Peroraal
Bij excretie in competitie met urinezuur
Indicaties 1) Hypertensie bij GFR > 30 ml/min: diuretisch en zwak
vasodilaterend, tegelijk zoutbeperking (meer effect en minder K-
verlies)
2) Onderhoud bij congestief hartfalen (niet als GFR < 30 ml/min)
3) Ernstig resistent oedeem
4) Nefrolithiase tgv hypercalciurie (bij tegelijk zoutbeperking)
3
GENEESMIDDELEN VAN HET CV-STELSEL
ELLA COOMANS
,Inhoudsopgave
1 Diuretica ................................................................................................................................................3
2 Antihypertensiva ...................................................................................................................................6
3 Hartfalen ...............................................................................................................................................9
4 Ischemisch hartlijden ........................................................................................................................... 12
5 Hyperlipidemie .................................................................................................................................... 14
5.1 Hypolipemiërende farmaca ................................................................................................................ 14
6 Bloedstolling ........................................................................................................................................ 17
6.1 Anticoagulantia .................................................................................................................................. 17
6.2 Trombocytaggregatieremmers – anti-aggregantia ............................................................................ 20
6.3 Fibrinolytische stoffen/trombolytica .................................................................................................. 20
6.4 Indicaties van anticoagulantia, anti-aggregantia en trombolytica .................................................... 21
7 VKF ...................................................................................................................................................... 24
2
, 1 Diuretica
Koolzuuranhydrase-inhibitoren
Product Acetazolamide (sulfonamide-derivaten)
Werking
à Systemische acidose en meer alkalische urine bij lang gebruik
à Diuretische efficiëntie neemt af na enkele dagen
Farmacokinetiek Peroraal
Max effect na 2 uur
Effect 12 uur lang
Renale excretie
Indicaties 1) Openhoek-glaucoom
2) Alkalinisatie urine
3) Metabole alkalose tgv diureticagebruik bij iemand met ernstig
hartfalen (kunnen geen zout gebruiken hiervoor)
4) Acute hoogteziekte: productie en pH CSV verlagen
Bijwerkingen - Verergert metabole/respiratoire acidose
- Nierstenen (calciumzouten minder oplosbaar is alkalische urine)
- Hypokaliëmie
- Meer ammoniak in systeemcirculatie à kans encefalopathie
- Hoge dosis: slaperigheid en paresthesieën
- Zelden overgevoeligheidsreacties
Thiaziden
Producten Hydrochloorthiazide, chloorthalidon, indapamide
Werking Blokkeren Na/Cl-symporter in distale kronkelbuis
à verhogen K-secretie à K-depletie à alkalose
Chronische toediening vermindert Ca-excretie
Farmacokinetiek Peroraal
Bij excretie in competitie met urinezuur
Indicaties 1) Hypertensie bij GFR > 30 ml/min: diuretisch en zwak
vasodilaterend, tegelijk zoutbeperking (meer effect en minder K-
verlies)
2) Onderhoud bij congestief hartfalen (niet als GFR < 30 ml/min)
3) Ernstig resistent oedeem
4) Nefrolithiase tgv hypercalciurie (bij tegelijk zoutbeperking)
3