Aantekeningen uit werkcollege 1.
Het boek arbeidsrechtelijke themata is wel nodig voor de colleges maar je kunt hem ook online bekijken
via hanze mediatheek -> databanken -> Boom digitaal.
Stelling 1; de beoordeling van een arbeidsrelatie vindt alleen op basis van de wet plaats. Oneens;
werkgever en werknemer kunnen hier ook invulling aan geven en ook kijken naar de bedoelingen van de
partijen.
Stelling 2; de definitie van loon staat in de wet. Onjuist; deze is bepaald in jurisprudentie.
Stelling 3; de wet kent twee rechtsvermoedens. Juist; artikel 7:610a en b BW
Stelling 4; er zijn vele soorten oproepovereenkomsten. Onjuist; er zijn twee soorten.
Theorie;
Hoofdstuk 4 en 5 van het boek.
Er zijn vele soorten arbeidsrelaties, dit zijn; de arbeidsovereenkomst (belangrijkste), aanneming van werk
en overeenkomst van opdracht. Dit zijn de drie wettelijke arbeidsrelaties. Verder zijn er wel meer zoals
freelance, uitzendovereenkomst etc maar deze zijn niet geregeld in de wet.
Arbeidsovereenkomst:
De eisen van artikel 7:610 lid 1 BW; de definitie van de arbeidsovereenkomst.
- Gezag
- Arbeid
- Loon
Gezagsverhouding:
Als de wederpartij op grond van de overeenkomst de bevoegdheid heeft aanwijzingen te geven met
betrekking tot het verrichten van de arbeid of met betrekking tot de goede orde van de onderneming.
Deze gezagsverhouding is het belangrijke verschil tussen de arbeidsovereenkomst en de overeenkomst
van opdracht (onderscheid in 7:610, 7:400 en 7:750 BW). Deze definitie van de gezagsverhouding is
uitgelegd in het arrest HR Groen/Schoevers (verplicht).
Rechtsvermoedens:
Het is belangrijk voor het beantwoorden van de vraag of er sprake is van een arbeidsovereenkomst. Er is
een verschil tussen artikel 7:610a en artikel 7:610b BW; de ene is arbeidsovereenkomst en de andere is
arbeidsomvang.
Opdracht 1; schrijf de belangrijkste rechtsregel op van het arrest Groen/Schoevers.
Rechtsregel: De partijbedoeling en de feitelijke uitvoering zijn beide van belang om te bepalen of er sprake
is van een arbeidsovereenkomst in de zin van artikel 7:610 BW. Dit moet worden bepaald aan de hand van
4 handvaten:
1. De partijbedoeling
2. Het bezien van de hele rechtsverhouding
3. Evidente gezagsverhouding
4. Maatschappelijke positie
Wat wordt er gezegd over de maatschappelijke positie van Groen? Het houdt in de verhouding tussen
werkgever en werknemer maar daar moet ook weer onderscheid in worden gemaakt. De
maatschappelijke positie is ook zeker van belang.
Opdracht 2; Zoek op een internet de recente uitspraken op over de zelfstandige postbezorgers van
PostNL. Selecteer 1 uitspraak waarin er wel een arbeidsovereenkomst is aangenomen en 1 waarvan dit
niet het geval is. Beschrijf duidelijk op basis waarvan de kantonrechter tot deze oordelen is gekomen.
Wat is het toetsingskader voor de bepaling van een arbeidsovereenkomst? (aan de hand van bijv.
Groen/Schoevers en de PostNL uitspraken).
- Feitelijke uitvoering
Het boek arbeidsrechtelijke themata is wel nodig voor de colleges maar je kunt hem ook online bekijken
via hanze mediatheek -> databanken -> Boom digitaal.
Stelling 1; de beoordeling van een arbeidsrelatie vindt alleen op basis van de wet plaats. Oneens;
werkgever en werknemer kunnen hier ook invulling aan geven en ook kijken naar de bedoelingen van de
partijen.
Stelling 2; de definitie van loon staat in de wet. Onjuist; deze is bepaald in jurisprudentie.
Stelling 3; de wet kent twee rechtsvermoedens. Juist; artikel 7:610a en b BW
Stelling 4; er zijn vele soorten oproepovereenkomsten. Onjuist; er zijn twee soorten.
Theorie;
Hoofdstuk 4 en 5 van het boek.
Er zijn vele soorten arbeidsrelaties, dit zijn; de arbeidsovereenkomst (belangrijkste), aanneming van werk
en overeenkomst van opdracht. Dit zijn de drie wettelijke arbeidsrelaties. Verder zijn er wel meer zoals
freelance, uitzendovereenkomst etc maar deze zijn niet geregeld in de wet.
Arbeidsovereenkomst:
De eisen van artikel 7:610 lid 1 BW; de definitie van de arbeidsovereenkomst.
- Gezag
- Arbeid
- Loon
Gezagsverhouding:
Als de wederpartij op grond van de overeenkomst de bevoegdheid heeft aanwijzingen te geven met
betrekking tot het verrichten van de arbeid of met betrekking tot de goede orde van de onderneming.
Deze gezagsverhouding is het belangrijke verschil tussen de arbeidsovereenkomst en de overeenkomst
van opdracht (onderscheid in 7:610, 7:400 en 7:750 BW). Deze definitie van de gezagsverhouding is
uitgelegd in het arrest HR Groen/Schoevers (verplicht).
Rechtsvermoedens:
Het is belangrijk voor het beantwoorden van de vraag of er sprake is van een arbeidsovereenkomst. Er is
een verschil tussen artikel 7:610a en artikel 7:610b BW; de ene is arbeidsovereenkomst en de andere is
arbeidsomvang.
Opdracht 1; schrijf de belangrijkste rechtsregel op van het arrest Groen/Schoevers.
Rechtsregel: De partijbedoeling en de feitelijke uitvoering zijn beide van belang om te bepalen of er sprake
is van een arbeidsovereenkomst in de zin van artikel 7:610 BW. Dit moet worden bepaald aan de hand van
4 handvaten:
1. De partijbedoeling
2. Het bezien van de hele rechtsverhouding
3. Evidente gezagsverhouding
4. Maatschappelijke positie
Wat wordt er gezegd over de maatschappelijke positie van Groen? Het houdt in de verhouding tussen
werkgever en werknemer maar daar moet ook weer onderscheid in worden gemaakt. De
maatschappelijke positie is ook zeker van belang.
Opdracht 2; Zoek op een internet de recente uitspraken op over de zelfstandige postbezorgers van
PostNL. Selecteer 1 uitspraak waarin er wel een arbeidsovereenkomst is aangenomen en 1 waarvan dit
niet het geval is. Beschrijf duidelijk op basis waarvan de kantonrechter tot deze oordelen is gekomen.
Wat is het toetsingskader voor de bepaling van een arbeidsovereenkomst? (aan de hand van bijv.
Groen/Schoevers en de PostNL uitspraken).
- Feitelijke uitvoering