Natuurkunde hoofdstuk 8
Paragraaf 1
Soorten krachten
Zwaartekracht Fz = m · g
m is massa(kg), g de valversnelling op aarde(9,8 N/kg)
Veerkracht Fv = C · u
C is de veerconstante(N/m), u de uitrekking(m)
Schuifwrijving Fw,s = f · Fn
f is een constante, Fn de normaalkracht(N)
Rolweerstand Fw,r = Cr · Fn
Cr is een constante
1
Luchtweerstand Fw,l = k · v2 k = 2 (A · ρ · Cw)
k is een constante, v de snelheid(m/s)
Nettokracht/resulterende kracht = de optelsom van alle krachten die werken op één
voorwerp.
Eerste wet van Newton = de traagheidswet
Als er op een voorwerp een resulterende kracht werkt van 0 N, dan is het voorwerp in rust of
heeft het een constante snelheid.
Wanneer de nettokracht niet nul is, is er sprake van een versnelling of vertraging.
Fres = m · a
m is de massa(kg), a de versnelling(m/s2)
Bij een eenparig versnelde beweging geldt voor de versnelling a:
∆v
a=
∆t
Δv is de snelheidsverandering(m/s), Δt de tijdsduur(s)
Paragraaf 2
Wrijvingsarbeid = wrijvingskrachten zetten bewegingsenergie om in warmte.
Voor het in stand houden van een beweging is energie nodig als er wrijvingskrachten
werken.
Bij een constante snelheid op een vlakke weg is de energie die de motor omzet in
bewegingsenergie gelijk aan de energie die door wrijvingskrachten wordt omgezet in
warmte. De hoeveelheid energie die daarbij om wordt gezet is evenredig met de totale
wrijvingskracht én de afgelegde snelheid.
Paragraaf 1
Soorten krachten
Zwaartekracht Fz = m · g
m is massa(kg), g de valversnelling op aarde(9,8 N/kg)
Veerkracht Fv = C · u
C is de veerconstante(N/m), u de uitrekking(m)
Schuifwrijving Fw,s = f · Fn
f is een constante, Fn de normaalkracht(N)
Rolweerstand Fw,r = Cr · Fn
Cr is een constante
1
Luchtweerstand Fw,l = k · v2 k = 2 (A · ρ · Cw)
k is een constante, v de snelheid(m/s)
Nettokracht/resulterende kracht = de optelsom van alle krachten die werken op één
voorwerp.
Eerste wet van Newton = de traagheidswet
Als er op een voorwerp een resulterende kracht werkt van 0 N, dan is het voorwerp in rust of
heeft het een constante snelheid.
Wanneer de nettokracht niet nul is, is er sprake van een versnelling of vertraging.
Fres = m · a
m is de massa(kg), a de versnelling(m/s2)
Bij een eenparig versnelde beweging geldt voor de versnelling a:
∆v
a=
∆t
Δv is de snelheidsverandering(m/s), Δt de tijdsduur(s)
Paragraaf 2
Wrijvingsarbeid = wrijvingskrachten zetten bewegingsenergie om in warmte.
Voor het in stand houden van een beweging is energie nodig als er wrijvingskrachten
werken.
Bij een constante snelheid op een vlakke weg is de energie die de motor omzet in
bewegingsenergie gelijk aan de energie die door wrijvingskrachten wordt omgezet in
warmte. De hoeveelheid energie die daarbij om wordt gezet is evenredig met de totale
wrijvingskracht én de afgelegde snelheid.