Nask samenvatting thema 6 bewegen
6.1 Beweging vastleggen
Je kunt een beweging vastleggen door een filmpje te maken, of een stroboscopische
foto maken.
Een filmpje:
Met een computer kun je de video beeldjes analyseren. En je kunt berekenen
hoeveel tijd er tussen 2 beeldjes zit. Als je een bewegend beeld wil analyseren dan
moet de beweging voor een stilstaande camera plaatsvinden. Als de camera
meebeweegt kun je geen berekeningen meer doen aan de beweging.
Stroboscopische foto:
Zo foto maak je in een donkere ruimte. De stroboscoop maakt lichtflitsen met korte
tussenpozen. Je gebruikt een camera op een statief en zet die op een langere
sluitertijd. Hierdoor blijft de lens langere tijd open, iedere keer als de stroboscoop
een lichtflits geeft wordt het beeld verlicht en zie je op de foto de plaats waar de
persoon of het voorwerp op dat moment is.
In een plaats-tijd tabel zet je de tijd tussen 2 beeldjes en de afstand die veranderd is
in die tijd.
6.2 de gemiddelde snelheid
De gemiddelde snelheid geeft aan hoe hard iemand of iets beweegt. Je kunt de
gemiddelde snelheid berekenen door te kijken hoe lang een persoon over een
bepaalde afstand heeft gedaan. Als je de afgelegde afstand deelt door de tijd, heb je
de gemiddelde snelheid.
v = gemiddelde snelheid km/h - m/s
s = afstand km - m
t = tijd h - s
Gemiddelde snelheid = afstand : tijd
v=s:t
Van m/s - km/h = x3,6
Van km/h - m/s = :3,6
6.3 Versneld-eenparig-vertraagd
Versnelde beweging = een beweging waarbij het voorwerp steeds sneller gaat
Eenparige beweging = een constante beweging, het voorwerp blijft op dezelfde
snelheid
Vertraagde beweging = Een beweging waarbij het voorwerp steeds langzamer gaat
6.1 Beweging vastleggen
Je kunt een beweging vastleggen door een filmpje te maken, of een stroboscopische
foto maken.
Een filmpje:
Met een computer kun je de video beeldjes analyseren. En je kunt berekenen
hoeveel tijd er tussen 2 beeldjes zit. Als je een bewegend beeld wil analyseren dan
moet de beweging voor een stilstaande camera plaatsvinden. Als de camera
meebeweegt kun je geen berekeningen meer doen aan de beweging.
Stroboscopische foto:
Zo foto maak je in een donkere ruimte. De stroboscoop maakt lichtflitsen met korte
tussenpozen. Je gebruikt een camera op een statief en zet die op een langere
sluitertijd. Hierdoor blijft de lens langere tijd open, iedere keer als de stroboscoop
een lichtflits geeft wordt het beeld verlicht en zie je op de foto de plaats waar de
persoon of het voorwerp op dat moment is.
In een plaats-tijd tabel zet je de tijd tussen 2 beeldjes en de afstand die veranderd is
in die tijd.
6.2 de gemiddelde snelheid
De gemiddelde snelheid geeft aan hoe hard iemand of iets beweegt. Je kunt de
gemiddelde snelheid berekenen door te kijken hoe lang een persoon over een
bepaalde afstand heeft gedaan. Als je de afgelegde afstand deelt door de tijd, heb je
de gemiddelde snelheid.
v = gemiddelde snelheid km/h - m/s
s = afstand km - m
t = tijd h - s
Gemiddelde snelheid = afstand : tijd
v=s:t
Van m/s - km/h = x3,6
Van km/h - m/s = :3,6
6.3 Versneld-eenparig-vertraagd
Versnelde beweging = een beweging waarbij het voorwerp steeds sneller gaat
Eenparige beweging = een constante beweging, het voorwerp blijft op dezelfde
snelheid
Vertraagde beweging = Een beweging waarbij het voorwerp steeds langzamer gaat