1.
Het
Medialandschap
in
Vlaanderen:
de
belangrijkste
spelers
1.0
Inleiding
Historiek:
1.0.1
20e
eeuw
Het
mediagebruik
verandert
traag.
In
1953
deed
het
medium
televisie
zijn
intrede
in
België
(NIR,
BRT(N),
nu
VRT).
In
1989
maakten
we
in
Vlaanderen
kennis
met
commerciële
televisie
(VTM).
Sindsdien
is
de
rollercoaster
blijven
draaien.
Aan
het
einde
van
de
20e
eeuw
zijn
de
eerste
stappen
gezet
om
vanuit
de
klassieke
radio-‐
en
televisieomroep
te
evolueren
naar
een
verbredend
en
vernieuwend
aanbod.
1.0.2
eind
20e
eeuw
–
begin
21e
eeuw
• De
audiovisuele
sector
(radio/
tv)
kent
aardverschuiving
met
nieuwe
mediagroepen.
o 1953:
openbare
omroep
o 1989:
VTM
en
VIER:
uitgeverijen
mengen
zich
op
de
omroepmarkt
o 2004
–
2005:
telecom-‐operatoren
en
kabelmaatschappijen
§ Belgacom,
Telenet,
Mobistar…
• Geschreven
media:
het
papierwerk
is
veel
uitgebreider
geworden,
maar
staat
onder
druk
door
de
digitalisering
van
het
nieuws.
o Zelfs
kranten
hebben
hun
online
versie.
o Verschuiving
merkbaar
van
massamedia
naar
doelgroepgerichte
nichemedia.
• Het
medialandlandschap
oogt
recent
erg
divers
en
versnipperd
maar
feitelijk
is
er
enorme
concentratie.
o Mediagroepen
brengen
TV,
pers,
radio,
online…
o Mediagroepen
waren
oorspronkelijk
uitgeverijen,
telecom-‐operatoren,
openbare
omroep…
nu
zijn
ze
alles
samen.
• Online
aspect
+
digitalisering
winnen
aan
belang.
1.0.3
De
toestand
halfweg
2016
Bij
het
medium
televisie
zijn
door
nieuwe
technologieën
de
inkomstenmodellen
gewijzigd.
Iedereen
wil
een
zo
groot
mogelijk
aandeel
van
de
inkomsten
voor
zich
houden.
De
markt
van
de
gedrukte
media
blijft
algemeen
een
dalende
tendens
kennen.
Periodieke
bladen
voelen
concurrentie
van
weekbladen
en
dagbalden.
De
betaalde
digitale
oplage
stijgt
wel.
Bij
het
medium
radio
valt
de
aanhoudende
ketenvorming
bij
de
lokale
radio’s
op
(bv.
radio
Nostalgie
werd
een
landelijke
radio
in
2012).
VRT
blijft
echter
de
dominante
speler.
1
,De
concentratiemaatstaven,
en
dus
ook
de
verhouding
tussen
de
spelers,
bij
het
medium
internet
zijn
nagenoeg
gelijk
gebleven.
Het
gebruik
van
mobiel
internet
en
sociale
media
neemt
steeds
meer
toe.
Er
is
een
toenemende
populariteit
van
apps.
à
Meer
dan
ooit
moet
de
communicatieverantwoordelijke
kiezen
welk
medium
het
best
is
voor
de
campagne
en
wanneer.
è
Wie
gericht
kan
werken,
werkt
effectiever
en
goedkoper.
Maar
de
inventiviteit
blijft
het
belangrijkste
om
op
te
vallen
in
de
(massa)media.
1.1
Geschreven
pers/
media
In
praktijk
geen
verschil,
inhoudelijk
wel.
Pers
=
synoniem
voor
journalisten,
zij
die
bij
nieuwsmedia
werken
als
redacteur,
verslaggever
of
commentator.
• Persrelaties
=
contacten
die
we
onderhouden
met
journalisten
Media
=
de
middelen
tot
overdracht
en
verspreiding
van
kennis
en
informatie.
(communicatiemiddelen,
persorganen)
• Mediarelaties
=
contacten
met
mediabedrijven
en
hun
commerciële
afdelingen
à
Concentratiebewegingen
hebben
geleid
tot
grote
spelers
op
de
markt
(De
Persgroep,
Het
Mediahuis).
In
de
titels
van
kranten
en
weekbladen
is
de
concentratie
niet
te
merken.
Geschreven
pers
=
het
geheel
van
periodieke
(met
een
geregelde
tijdsinterval,
continu
verschijnen)
mechanisch
verveelvoudigde
drukwerken
met
een
actuele
inhoud.
• Periodiciteit:
de
regelmaat
in
de
verschijningsdatum
• Continuïteit:
reekskarakter
en
redactionele
stabiliteit
naar
inhoud
en
vorm
We
maken
het
onderscheid
tussen
dagbladpers
en
periodieke
bladen.
1.1.1
Dagbladpers
2
groepen:
• De
persgroep
o HLN,
De
Morgen,
De
Tijd
• Het
Mediahuis
o Corelio:
Het
Nieuwsblad
+
De
Gentenaar,
De
Standaard
o Concentra:
GVA,
Belang
van
Limburg
o +
Jobat,
Jet,
Hebbes,
Zimmo,
Vroom,
Inmemoriam
en
Koopjeskrant
Soms
is
er
een
bepaald
geografisch
leesbereik
en
toch
een
daarvan
verschillend
lezerspubliek.
Kranten
kunnen
ook
gratis
aangeboden
worden.
2
, Tendensen:
• Dalende
verkoop
van
de
papieren
versie
• Krant
gaat
meer
inzetten
op
de
weekendeditie
(wat
wel
negatief
is
voor
weekbladen)
• Belang
van
online
versie
neemt
toe
+
hoe
gaan
we
daar
mee
om?
o Willen
we
betalen
voor
online
nieuws?
o Wat
met
advertenties?
Hou
rekening
met
de
impact
van
foto’s,
titels,
marketing!
a) Communicatie-‐eigenschappen
KWALITATIEF
KWANTITATIEF
TECHNISCH
• Betrokken
lezer
• Belangrijk:
bereik
in
1
• Korte
deadlines
• Argumentatie
en
dag
• Weergavekwaliteit
informatie
• Geografische
selectie
minder
goed
• Onmiddellijk
resultaat
• Geloofwaardig
3
Het
Medialandschap
in
Vlaanderen:
de
belangrijkste
spelers
1.0
Inleiding
Historiek:
1.0.1
20e
eeuw
Het
mediagebruik
verandert
traag.
In
1953
deed
het
medium
televisie
zijn
intrede
in
België
(NIR,
BRT(N),
nu
VRT).
In
1989
maakten
we
in
Vlaanderen
kennis
met
commerciële
televisie
(VTM).
Sindsdien
is
de
rollercoaster
blijven
draaien.
Aan
het
einde
van
de
20e
eeuw
zijn
de
eerste
stappen
gezet
om
vanuit
de
klassieke
radio-‐
en
televisieomroep
te
evolueren
naar
een
verbredend
en
vernieuwend
aanbod.
1.0.2
eind
20e
eeuw
–
begin
21e
eeuw
• De
audiovisuele
sector
(radio/
tv)
kent
aardverschuiving
met
nieuwe
mediagroepen.
o 1953:
openbare
omroep
o 1989:
VTM
en
VIER:
uitgeverijen
mengen
zich
op
de
omroepmarkt
o 2004
–
2005:
telecom-‐operatoren
en
kabelmaatschappijen
§ Belgacom,
Telenet,
Mobistar…
• Geschreven
media:
het
papierwerk
is
veel
uitgebreider
geworden,
maar
staat
onder
druk
door
de
digitalisering
van
het
nieuws.
o Zelfs
kranten
hebben
hun
online
versie.
o Verschuiving
merkbaar
van
massamedia
naar
doelgroepgerichte
nichemedia.
• Het
medialandlandschap
oogt
recent
erg
divers
en
versnipperd
maar
feitelijk
is
er
enorme
concentratie.
o Mediagroepen
brengen
TV,
pers,
radio,
online…
o Mediagroepen
waren
oorspronkelijk
uitgeverijen,
telecom-‐operatoren,
openbare
omroep…
nu
zijn
ze
alles
samen.
• Online
aspect
+
digitalisering
winnen
aan
belang.
1.0.3
De
toestand
halfweg
2016
Bij
het
medium
televisie
zijn
door
nieuwe
technologieën
de
inkomstenmodellen
gewijzigd.
Iedereen
wil
een
zo
groot
mogelijk
aandeel
van
de
inkomsten
voor
zich
houden.
De
markt
van
de
gedrukte
media
blijft
algemeen
een
dalende
tendens
kennen.
Periodieke
bladen
voelen
concurrentie
van
weekbladen
en
dagbalden.
De
betaalde
digitale
oplage
stijgt
wel.
Bij
het
medium
radio
valt
de
aanhoudende
ketenvorming
bij
de
lokale
radio’s
op
(bv.
radio
Nostalgie
werd
een
landelijke
radio
in
2012).
VRT
blijft
echter
de
dominante
speler.
1
,De
concentratiemaatstaven,
en
dus
ook
de
verhouding
tussen
de
spelers,
bij
het
medium
internet
zijn
nagenoeg
gelijk
gebleven.
Het
gebruik
van
mobiel
internet
en
sociale
media
neemt
steeds
meer
toe.
Er
is
een
toenemende
populariteit
van
apps.
à
Meer
dan
ooit
moet
de
communicatieverantwoordelijke
kiezen
welk
medium
het
best
is
voor
de
campagne
en
wanneer.
è
Wie
gericht
kan
werken,
werkt
effectiever
en
goedkoper.
Maar
de
inventiviteit
blijft
het
belangrijkste
om
op
te
vallen
in
de
(massa)media.
1.1
Geschreven
pers/
media
In
praktijk
geen
verschil,
inhoudelijk
wel.
Pers
=
synoniem
voor
journalisten,
zij
die
bij
nieuwsmedia
werken
als
redacteur,
verslaggever
of
commentator.
• Persrelaties
=
contacten
die
we
onderhouden
met
journalisten
Media
=
de
middelen
tot
overdracht
en
verspreiding
van
kennis
en
informatie.
(communicatiemiddelen,
persorganen)
• Mediarelaties
=
contacten
met
mediabedrijven
en
hun
commerciële
afdelingen
à
Concentratiebewegingen
hebben
geleid
tot
grote
spelers
op
de
markt
(De
Persgroep,
Het
Mediahuis).
In
de
titels
van
kranten
en
weekbladen
is
de
concentratie
niet
te
merken.
Geschreven
pers
=
het
geheel
van
periodieke
(met
een
geregelde
tijdsinterval,
continu
verschijnen)
mechanisch
verveelvoudigde
drukwerken
met
een
actuele
inhoud.
• Periodiciteit:
de
regelmaat
in
de
verschijningsdatum
• Continuïteit:
reekskarakter
en
redactionele
stabiliteit
naar
inhoud
en
vorm
We
maken
het
onderscheid
tussen
dagbladpers
en
periodieke
bladen.
1.1.1
Dagbladpers
2
groepen:
• De
persgroep
o HLN,
De
Morgen,
De
Tijd
• Het
Mediahuis
o Corelio:
Het
Nieuwsblad
+
De
Gentenaar,
De
Standaard
o Concentra:
GVA,
Belang
van
Limburg
o +
Jobat,
Jet,
Hebbes,
Zimmo,
Vroom,
Inmemoriam
en
Koopjeskrant
Soms
is
er
een
bepaald
geografisch
leesbereik
en
toch
een
daarvan
verschillend
lezerspubliek.
Kranten
kunnen
ook
gratis
aangeboden
worden.
2
, Tendensen:
• Dalende
verkoop
van
de
papieren
versie
• Krant
gaat
meer
inzetten
op
de
weekendeditie
(wat
wel
negatief
is
voor
weekbladen)
• Belang
van
online
versie
neemt
toe
+
hoe
gaan
we
daar
mee
om?
o Willen
we
betalen
voor
online
nieuws?
o Wat
met
advertenties?
Hou
rekening
met
de
impact
van
foto’s,
titels,
marketing!
a) Communicatie-‐eigenschappen
KWALITATIEF
KWANTITATIEF
TECHNISCH
• Betrokken
lezer
• Belangrijk:
bereik
in
1
• Korte
deadlines
• Argumentatie
en
dag
• Weergavekwaliteit
informatie
• Geografische
selectie
minder
goed
• Onmiddellijk
resultaat
• Geloofwaardig
3