Economie
▪ Het ‘team’ voor economie
▪ Werkwijze
▪ Organisatie
▪ Studiemateriaal
▪ Boek + oefeningen en extra op BB
▪ Evaluatie
▪ 4 keer test 10 MPC over 3 hoofdstukken – mogelijk 2 punten op
examen. (half punt per test, je moet meer dan 50% op de test halen)
▪ Weekends zaterdagen 8u-22u
▪ Inhoud examen
• Begrippen kennen en verklaren
• Economische theorie verbaal uitleggen
• Economische theorie grafisch toelichten
• Dus je krijgt alleen ruitjes en je moet alles erop tekenen (dus niet alleen de
grafiek kunnen uitleggen maar echt actief helemaal kennen)
• Oefeningen oplossen ( 30% van de punten)
• 1ste gedeelte examen = 12 meerkeuzevragen op 6 punten met verhoogde cesuur
• Je zal op de meerkeuzevragen 63% moeten halen om te slagen. Er worden
echter geen punten afgetrokken voor foutieve antwoorden; beantwoord
dus zeker alle vragen.
• de
2 gedeelte examen = open vragen op 12 punten
• (NIET: biografieën, langere Wiskundige bewijzen (enkele wiskundige
kaders in het handboek worden niet behandeld); enkele
uitbreidingsparagrafen: zie ppt)
Inleiding
2 grote theorievragen (1 uit micro-deel; 1 uit macro-deel) en 2 oefeningen (1 uit micro-deel; 1
uit macro-deel) ene grafisch, andere verbaal
• Gesloten boek examen;
• Op het examen mag een eenvoudig rekentoestel gebruikt worden. Gebruik van een
grafisch rekentoestel is NIET toegelaten. Alleen het eigen rekentoestel mag gebruikt
worden!!!
• Het examen in tweede zittijd is gelijkaardig aan het examen in eerste zittijd. Er zijn
geen deelvrijstellingen/overdrachten mogelijk van eerste naar tweede zittijd.
,Hoofdstuk 1: Wat is economie? Object, doel en methode van de economische wetenschap
Inleiding
Waarom economie?
▪ Wat doet de economische wetenschap:
inzicht geven in menselijk gedrag, in de maatschappelijke organisatie
(humane wetenschap) vanuit een specifieke invalshoek
▪ Om betere beslissingen te kunnen nemen in het dagelijks leven
Vb) Verder studeren of al onmiddellijk gaan werken – kan vanuit een
economisch standpunt worden bekeken. Verder studeren heeft een
opportuniteitskost.
Vb) Milieu: als je er zelf geen geld in steekt, maar iedereen anders wel, dan
kan jij er alsnog van meegenieten dat de lucht door anderen proper wordt
gemaakt.
▪ Om de problemen van de wereld waarin we leven beter te begrijpen
▪ Om een beter beleid te kunnen voeren
Waarom economie voor rechten studenten
▪ Het recht regelt niet enkel sociale relaties maar ook heel wat
economische relaties. Als jurist moet je toch weten waarmee je dan
bezig bent, heb je toch enig inzicht nodig in die economische variabelen.
Juristen maken regels en het beleid, dat een grote impact heeft op de samenleving en dus ook
op de economie.
Vacature op de website van de FOD Economie
Jullie krijgen later in de opleiding bv economisch recht waarin insolventie van de
onderneming bekeken wordt, kartelrecht, analyse van de marktpraktijken….
Daarnaast is er fiscaal recht, recht van de Europese Unie, enz.
Winters, J. V. (2016). Is economics a good major for future lawyers? Evidence from earnings
data. The Journal of Economic Education, 47(2), 187-191.
Doelstelling OO (opleidingsonderdeel)
Kunnen uitleggen van begrippen, concepten en theorieën van micro- en macro-economie.
,Aantonen dat men micro-economische modellen over consumentengedrag,
producentengedrag, markt, marktwerking en overheid en Keynesiaanse en neoklassieke
macro-economische modellen en modellen van internationale handel begrijpt.
Oplossen van micro-economische, welvaarts-economische en macro-economische
vraagstukken.
Inzichtelijk interpreteren van berichtgeving over de internationale, Europese en nationale
economische realiteit met expliciet gebruik van economische concepten en modellen, en
hierover beknopt rapporteren.
Het fundamenteel economisch probleem: veelvuldige behoeften versus schaarse middel
Veelvuldige behoeften en beperkte middelen
Er zijn altijd veelvuldige behoefte en schaarse middelen
▪ Veelvuldige behoeften
▪ Beperkte middelen
Economische goederen
▪ nuttig
▪ schaars (vs. « vrij »)
▪ Vb) Een Ferrari is schaars. We gaan ervan uit date en Ferrari nuttig is
(verplaatsten, meisjes versieren…)
▪ Vb) Lucht, zon… zijn niet schaars, zijn geen economische goederen.
(Uitzondering: vb samengeperste lucht voor een diepzeeduiker is wel
een economisch goed)
▪ alternatief aanwendbaar
Voorbeelden van economische goederen (versus vrije goederen)
▪ Wie kiest geeft iets anders op: → opportuniteitskost
▪ Vb) Je studeert uw leerstof economie: je moet uw vrije tijd opgeven, of dat je opgeeft
geld te verdienen of voor andere vakken te leren. Het beste alternatief is de
opportuniteitskost, vb studeren voor een ander vak is hier dan de opportuniteitskost,
omdat dat het beste alternatief is. Als je niet voor economie zou studeren, zou je uw
tijd het best besteden met te studeren voor een ander vak. Die opportuniteitskost is dus
het ding dat je gaat opgeven, het is 1 ding dat men aanduidt als het beste alternatief.
= de waarde van het beste alternatief dat men opgeeft door deze keuze te maken
Opportuniteitskost studeren?
Opportuniteitskost behandelen Covid-19 patiënt?
Definitie economie
Definitie: ‘… een sociale wetenschap die tot voorwerp heeft het beheer van schaarse
middelen’. (Tibor Scitovsky (1910-2002))
Dit beheer van de beschikbare middelen behelst:
, ▪ Allocatie (toewijzing) van middelen: wat, hoeveel en hoe produceren Vb) We gaan
een Ferrari maken: gaan we veel handarbeid of veel machines gebruiken? Welke
manier van productie? Hoeveel gaan we er maken?
▪ Verdeling (distributie): voor wie produceren (Wie krijgt welke middelen en wie krijgt
welke lonen)
Nastreven van de volledige aanwending: stabilisatieprobleem (proberen dat er geen
middelen verloren gaan. Vb arbeiders willen werken maar worden niet gevraagd, vinden geen
job)
Micro- en macro-economie
Micro-economie (bomen)
Gaat na hoe individuen en bedrijven (individuele economische agenten) beslissingen nemen.
Heeft dus vnl betrekking op allocatie- en distributieprobleem
Macro-economie (bos)
Bekijkt het geaggregeerde niveau en bestudeert vraag-stukken die de economie als geheel
beïnvloeden.
Heeft dus vnl betrekking op het stabilisatieprobleem,
Vb) Inflatie is een macro-economisch probleem
Vb) Hoe het monetair beleid erop inspeelt, door nationale banken dus, zorgt mee voor het
oplossen van het stabilisatieprobleem.
Het productieproces
▪ Productie: alle activiteiten
▪ waardoor goederen en diensten tot stand worden gebracht (economische
goederen dus schaarse goederen die worden opgedeeld in: consumptie-
goederen en kapitaalgoederen)
▪ Het ‘team’ voor economie
▪ Werkwijze
▪ Organisatie
▪ Studiemateriaal
▪ Boek + oefeningen en extra op BB
▪ Evaluatie
▪ 4 keer test 10 MPC over 3 hoofdstukken – mogelijk 2 punten op
examen. (half punt per test, je moet meer dan 50% op de test halen)
▪ Weekends zaterdagen 8u-22u
▪ Inhoud examen
• Begrippen kennen en verklaren
• Economische theorie verbaal uitleggen
• Economische theorie grafisch toelichten
• Dus je krijgt alleen ruitjes en je moet alles erop tekenen (dus niet alleen de
grafiek kunnen uitleggen maar echt actief helemaal kennen)
• Oefeningen oplossen ( 30% van de punten)
• 1ste gedeelte examen = 12 meerkeuzevragen op 6 punten met verhoogde cesuur
• Je zal op de meerkeuzevragen 63% moeten halen om te slagen. Er worden
echter geen punten afgetrokken voor foutieve antwoorden; beantwoord
dus zeker alle vragen.
• de
2 gedeelte examen = open vragen op 12 punten
• (NIET: biografieën, langere Wiskundige bewijzen (enkele wiskundige
kaders in het handboek worden niet behandeld); enkele
uitbreidingsparagrafen: zie ppt)
Inleiding
2 grote theorievragen (1 uit micro-deel; 1 uit macro-deel) en 2 oefeningen (1 uit micro-deel; 1
uit macro-deel) ene grafisch, andere verbaal
• Gesloten boek examen;
• Op het examen mag een eenvoudig rekentoestel gebruikt worden. Gebruik van een
grafisch rekentoestel is NIET toegelaten. Alleen het eigen rekentoestel mag gebruikt
worden!!!
• Het examen in tweede zittijd is gelijkaardig aan het examen in eerste zittijd. Er zijn
geen deelvrijstellingen/overdrachten mogelijk van eerste naar tweede zittijd.
,Hoofdstuk 1: Wat is economie? Object, doel en methode van de economische wetenschap
Inleiding
Waarom economie?
▪ Wat doet de economische wetenschap:
inzicht geven in menselijk gedrag, in de maatschappelijke organisatie
(humane wetenschap) vanuit een specifieke invalshoek
▪ Om betere beslissingen te kunnen nemen in het dagelijks leven
Vb) Verder studeren of al onmiddellijk gaan werken – kan vanuit een
economisch standpunt worden bekeken. Verder studeren heeft een
opportuniteitskost.
Vb) Milieu: als je er zelf geen geld in steekt, maar iedereen anders wel, dan
kan jij er alsnog van meegenieten dat de lucht door anderen proper wordt
gemaakt.
▪ Om de problemen van de wereld waarin we leven beter te begrijpen
▪ Om een beter beleid te kunnen voeren
Waarom economie voor rechten studenten
▪ Het recht regelt niet enkel sociale relaties maar ook heel wat
economische relaties. Als jurist moet je toch weten waarmee je dan
bezig bent, heb je toch enig inzicht nodig in die economische variabelen.
Juristen maken regels en het beleid, dat een grote impact heeft op de samenleving en dus ook
op de economie.
Vacature op de website van de FOD Economie
Jullie krijgen later in de opleiding bv economisch recht waarin insolventie van de
onderneming bekeken wordt, kartelrecht, analyse van de marktpraktijken….
Daarnaast is er fiscaal recht, recht van de Europese Unie, enz.
Winters, J. V. (2016). Is economics a good major for future lawyers? Evidence from earnings
data. The Journal of Economic Education, 47(2), 187-191.
Doelstelling OO (opleidingsonderdeel)
Kunnen uitleggen van begrippen, concepten en theorieën van micro- en macro-economie.
,Aantonen dat men micro-economische modellen over consumentengedrag,
producentengedrag, markt, marktwerking en overheid en Keynesiaanse en neoklassieke
macro-economische modellen en modellen van internationale handel begrijpt.
Oplossen van micro-economische, welvaarts-economische en macro-economische
vraagstukken.
Inzichtelijk interpreteren van berichtgeving over de internationale, Europese en nationale
economische realiteit met expliciet gebruik van economische concepten en modellen, en
hierover beknopt rapporteren.
Het fundamenteel economisch probleem: veelvuldige behoeften versus schaarse middel
Veelvuldige behoeften en beperkte middelen
Er zijn altijd veelvuldige behoefte en schaarse middelen
▪ Veelvuldige behoeften
▪ Beperkte middelen
Economische goederen
▪ nuttig
▪ schaars (vs. « vrij »)
▪ Vb) Een Ferrari is schaars. We gaan ervan uit date en Ferrari nuttig is
(verplaatsten, meisjes versieren…)
▪ Vb) Lucht, zon… zijn niet schaars, zijn geen economische goederen.
(Uitzondering: vb samengeperste lucht voor een diepzeeduiker is wel
een economisch goed)
▪ alternatief aanwendbaar
Voorbeelden van economische goederen (versus vrije goederen)
▪ Wie kiest geeft iets anders op: → opportuniteitskost
▪ Vb) Je studeert uw leerstof economie: je moet uw vrije tijd opgeven, of dat je opgeeft
geld te verdienen of voor andere vakken te leren. Het beste alternatief is de
opportuniteitskost, vb studeren voor een ander vak is hier dan de opportuniteitskost,
omdat dat het beste alternatief is. Als je niet voor economie zou studeren, zou je uw
tijd het best besteden met te studeren voor een ander vak. Die opportuniteitskost is dus
het ding dat je gaat opgeven, het is 1 ding dat men aanduidt als het beste alternatief.
= de waarde van het beste alternatief dat men opgeeft door deze keuze te maken
Opportuniteitskost studeren?
Opportuniteitskost behandelen Covid-19 patiënt?
Definitie economie
Definitie: ‘… een sociale wetenschap die tot voorwerp heeft het beheer van schaarse
middelen’. (Tibor Scitovsky (1910-2002))
Dit beheer van de beschikbare middelen behelst:
, ▪ Allocatie (toewijzing) van middelen: wat, hoeveel en hoe produceren Vb) We gaan
een Ferrari maken: gaan we veel handarbeid of veel machines gebruiken? Welke
manier van productie? Hoeveel gaan we er maken?
▪ Verdeling (distributie): voor wie produceren (Wie krijgt welke middelen en wie krijgt
welke lonen)
Nastreven van de volledige aanwending: stabilisatieprobleem (proberen dat er geen
middelen verloren gaan. Vb arbeiders willen werken maar worden niet gevraagd, vinden geen
job)
Micro- en macro-economie
Micro-economie (bomen)
Gaat na hoe individuen en bedrijven (individuele economische agenten) beslissingen nemen.
Heeft dus vnl betrekking op allocatie- en distributieprobleem
Macro-economie (bos)
Bekijkt het geaggregeerde niveau en bestudeert vraag-stukken die de economie als geheel
beïnvloeden.
Heeft dus vnl betrekking op het stabilisatieprobleem,
Vb) Inflatie is een macro-economisch probleem
Vb) Hoe het monetair beleid erop inspeelt, door nationale banken dus, zorgt mee voor het
oplossen van het stabilisatieprobleem.
Het productieproces
▪ Productie: alle activiteiten
▪ waardoor goederen en diensten tot stand worden gebracht (economische
goederen dus schaarse goederen die worden opgedeeld in: consumptie-
goederen en kapitaalgoederen)
