WEEK 1 - INLEIDING
Rechtsstaat
- Grondrechten in Grondwet (klassieke + sociale grondrechten)
- Legaliteitsbeginsel (bescherming tegen overheid)
- Trias politica
- Iedereen moet zich aan de wet houden
- Rechtszekerheid
Positief recht
- Algemeen geldende normen waarvan de naleving kan worden afgedwongen door de rechter (o.a.
wetten)
Natuurrecht
- Rechtsnormen niet gebonden aan bepaalde tijdsperiode en territorium
- Universeel karakter
Rechtsbronnen
- Wetgeving
- Wet in materiële zin: algemene + bindende regeling die door een overheidsinstantie is
vastgelegd
- Wet in formele zin: regeling die door de regering + Staten-Generaal is vastgelegd
- Gewoonte/gewoonterecht/ongeschreven recht
- Jurisprudentie
- Verdragen + Algemene besluiten van internationale organisatie
Voorrangsregels
- Internationaal gaat boven nationaal
- M.u.v. internationaal gewoonterecht
- Formele zin gaat boven materiële zin
- Bijzonder gaat boven algemeen
- Nieuw gaat boven oud
- Toetsingsverbod artikel 120 Grondwet = uitzondering
- Rechter mag niet toetsen of wet overeenstemt met de Grondwet
Indelingen binnen het recht
- Nationaal <-> internationaal recht
- Publiekrecht <-> privaatrecht
- Publiekrecht bestaat uit staatsrecht (veel ongeschreven recht), bestuursrecht en strafrecht (geen
ongeschreven recht)
Interpretatiemethoden
- Grammaticale interpretatie: letterlijke/gebruikelijke betekenis
- Wetshistorische interpretatie: bedoeling van wetgever op moment van vaststellen
- Systematische interpretatie: wet wordt in groter geheel geplaatst
- Teleologische interpretatie: functie van de bepaling
- Anticiperende interpretatie: inhoud van een vervangende wet
Redeneerwijzen
- Analogie-redenering
- wet wordt toegepast op een geval waar deze niet bedoeld voor lijkt te zijn door een
, gelijkenis
- A contrario-redenering
- Wet wordt niet toegepast omdat deze niet bedoeld is voor dit geval en er geen gelijkenis is
Ontwikkelingen binnen het recht
- Sinds Lindenbaum/Cohen (1919): er is ook recht buiten de wet (er is erkend dat er ook
ongeschreven recht is)
- Ontwikkeling in interpretatiemethoden
- Ontwikkeling in wetgeving: vage termen
- Ontwikkeling algemene beginselen van behoorlijk bestuur
- Opkomst en uitbreiding internationaal recht
Waarom past de rechter niet enkel de wet toe?
- Nieuwe onderwerpen/technieken
- Vage begrippen
- Verschillende interpretatiemethoden
- Er is ook ongeschreven recht + er zijn interpretatiemethoden die de rechter toepast die minder van
de pure tekst van de wet uitgaan
Historische ontwikkeling recht en interpretatiemethoden
- Oorspronkelijk: gewoonterecht
- Codificatie in het Romeinse recht
- Middeleeuwen: Romeinse codificaties raken deels in onbruik
- Onder Napoleon: codificaties
- Moderne tijden: steeds lossere interpretatiemethoden met als sluitstuk de teleologische
interpretatie
Rechtsstaat
- Grondrechten in Grondwet (klassieke + sociale grondrechten)
- Legaliteitsbeginsel (bescherming tegen overheid)
- Trias politica
- Iedereen moet zich aan de wet houden
- Rechtszekerheid
Positief recht
- Algemeen geldende normen waarvan de naleving kan worden afgedwongen door de rechter (o.a.
wetten)
Natuurrecht
- Rechtsnormen niet gebonden aan bepaalde tijdsperiode en territorium
- Universeel karakter
Rechtsbronnen
- Wetgeving
- Wet in materiële zin: algemene + bindende regeling die door een overheidsinstantie is
vastgelegd
- Wet in formele zin: regeling die door de regering + Staten-Generaal is vastgelegd
- Gewoonte/gewoonterecht/ongeschreven recht
- Jurisprudentie
- Verdragen + Algemene besluiten van internationale organisatie
Voorrangsregels
- Internationaal gaat boven nationaal
- M.u.v. internationaal gewoonterecht
- Formele zin gaat boven materiële zin
- Bijzonder gaat boven algemeen
- Nieuw gaat boven oud
- Toetsingsverbod artikel 120 Grondwet = uitzondering
- Rechter mag niet toetsen of wet overeenstemt met de Grondwet
Indelingen binnen het recht
- Nationaal <-> internationaal recht
- Publiekrecht <-> privaatrecht
- Publiekrecht bestaat uit staatsrecht (veel ongeschreven recht), bestuursrecht en strafrecht (geen
ongeschreven recht)
Interpretatiemethoden
- Grammaticale interpretatie: letterlijke/gebruikelijke betekenis
- Wetshistorische interpretatie: bedoeling van wetgever op moment van vaststellen
- Systematische interpretatie: wet wordt in groter geheel geplaatst
- Teleologische interpretatie: functie van de bepaling
- Anticiperende interpretatie: inhoud van een vervangende wet
Redeneerwijzen
- Analogie-redenering
- wet wordt toegepast op een geval waar deze niet bedoeld voor lijkt te zijn door een
, gelijkenis
- A contrario-redenering
- Wet wordt niet toegepast omdat deze niet bedoeld is voor dit geval en er geen gelijkenis is
Ontwikkelingen binnen het recht
- Sinds Lindenbaum/Cohen (1919): er is ook recht buiten de wet (er is erkend dat er ook
ongeschreven recht is)
- Ontwikkeling in interpretatiemethoden
- Ontwikkeling in wetgeving: vage termen
- Ontwikkeling algemene beginselen van behoorlijk bestuur
- Opkomst en uitbreiding internationaal recht
Waarom past de rechter niet enkel de wet toe?
- Nieuwe onderwerpen/technieken
- Vage begrippen
- Verschillende interpretatiemethoden
- Er is ook ongeschreven recht + er zijn interpretatiemethoden die de rechter toepast die minder van
de pure tekst van de wet uitgaan
Historische ontwikkeling recht en interpretatiemethoden
- Oorspronkelijk: gewoonterecht
- Codificatie in het Romeinse recht
- Middeleeuwen: Romeinse codificaties raken deels in onbruik
- Onder Napoleon: codificaties
- Moderne tijden: steeds lossere interpretatiemethoden met als sluitstuk de teleologische
interpretatie