Samenvatting Formularium + definities Management Accounting Annelies Kempinck

Formularium

Inleiding

 Financial accounting = algemene boekhouding
 Cost accounting = analytische of kostprijsboekhouding
 Management accounting = beleidsboekhouden = plannen, richting geven en evalueren


Controlling (evalueren)



Certification and reliability



Monitor Scorecard

 Standard costs (H9)  Balance scorecard
 Variances (H9)  Improvement (TQM & TOC (H4))
 Flexible tools

Directing (richting geven)



Costing Production Analysis

Methodes: Voorraden:  Outsourcing (H6)
 Proces costing  JIT  Contributiemarge
 Job order costing  Economic order quantity  Special order (H5)
 ABC (H7)
Verantwoordelijkheden:
 Kaizen, Target, TCO
 Service DPT
Concepten:  Quality
 Absorption costing
 Direct costing

Planning



Strategy Positioning Budgets


 Core values  Cost/volume/profit  Operating budgets
 Mission statement analysis and scalability  Capital budgets
 Objectives (H8)  Financial budgets
 Global trade and transfer
 Branding/pricing/
sensitivity/competition
(H8)

, H1 : Kostenbegrippen en kostprijscomponenten

 Middelen = grondstoffen, machines, directe arbeid, gebouwen = productiefactoren

 Middelen werden/worden ingezet = kostengegevens vooraf/achteraf verzamelen

 Kostenobject = product of dienst waarvoor kosten werden gemaakt

 Kosten = middelen die doelmatig werden/worden ingezet in een onderneming
o Directe kosten = rechtstreeks betrekking op kostenobject bv. grondstoffen
 Indirecte kosten (overhead) = moeilijk te bepalen per kostenobject bv.water
o Variabele kosten = afhankelijk van de bedrijfsdrukte, productiehoeveelheid
 Vaste kosten = constant onafhankelijk van bedrijfsdrukte
o Cost driver (kostenveroorzaker) = een factor dat een oorzakelijk verband heeft met de
wijziging van de kosten binnen een bepaalde tijdsperiode

 Kostprijs van een kostenobject = het geheel van kosten die hiervoor werden gemaakt

 Opbrengsten en kosten = resultatenrekening  Ontvangsten en uitgaven = liquidemiddelen

 Historische kostprijs of nagecalculeerde kostprijs = kostprijsberekening op basis van de werkelijk
geregistreerde kosten tijdens een bepaalde periode = voor voorraadwaardering

 Standaartkostprijs of normatieve kosten = kostprijs op basis van economisch verantwoord verbruik
van middelen, normale bezettingsgraad / capaciteit = voor beleidsbeslissingen

 Gebudgeteerde kostprijs = berekend op basis van geplande kosten bij geplande productie

Totale kostprijs = directe kosten + indirecte kosten

Verkoopprijs = verkoopkostprijs + verkoopmarge

Verkoopkostprijs = integrale productiekostenprijs + verkoopkosten

Integrale productiekostenprijs = full = directe productiekost + indirecte productiekost + deel beheerskosten
cost = integrale fabricageprijs

Standaartkostprijs Standaard uren nemen

Historische kostprijs Werkelijke uren nemen * aantal geproduceerde stuks

Verschil = (Standaard uren – werkelijke uren) * tarief per standaard uur
= Standaard kostprijs – Historische kostprijs
Directe kosten




Directe productiekosten
(grondstoffen, direct materiaal, Directe productiekost
directe lonen,…)

Integrale
Indirecte productiekosten productiekostprijs of
(afschrijvingen Full Cost
productiegebouw, (directe + indirecte
Indirecte
afschrijvingen machines, productiekosten + deel
productiekost inclusief
technische van de algemene kosten)
deel van de verkoop-
dienst/onderhoudswerkplaats,
Indirecte kosten




beheerskosten/ kostprijs
magazijn,…)
algemene kosten

Beheerskosten/Algemene
kosten (directie, management,
boekhouding,
personeelsdienst,….)
Verkoopkosten Verkoopkosten inclusief
inclusief een deel van een deel van de
Verkoopkosten de beheerskosten/ beheerskosten/
(vertegenwoordigers, promotie, algemene kosten algemene kosten
….)

   