Filo pwp + boek – Kennistheorie
Hoofdvraag: Wat is zekere kennis?
- Zintuigen kunnen je bedriegen
1. Rechte stok lijkt krom in water
2. Fata morgana
3. Stilstaand beeld lijkt te bewegen
Drie stromingen
1. Empirisme: Zekere kennis komt uit zintuigen
- Inductie
o Bijzonder naar algemeen
o Eerst waarnemingen, daarna algemene conclusie trekken of theorie opstellen
o BV: Raaf 1 = zwart, raaf 2 = zwart, etc.
Conclusie: alle raven zijn zwart
o De kennis die het oplevert is a posteriori
Na (de waarneming)
o Probleem: er kan altijd een tegenvoorbeeld zijn
BV: Albino-raaf + theorie klopt niet meer
Je kunt nooit zeker zijn van empiristische kennis
Aristoteles
- Idee is verzameling
o VB: hondheid is verzameling van honden, als ze uitgestorven zijn bestaat het
niet meer
- Nominalist
o Abstracte begrippen = naam die verzameling aanduidt
- Onderzocht natuur om kennis te krijgen
- Ook bezig met logica: dus niet alleen empirist
o Op deze manier komen empiristische indrukken geordend worden
- Essentie zit in dingen zelf
o Vorm of doel/functie
o Een substantie (iets wat bestaat) bestaat uit ‘vorm’ en ‘materie’
Vorm is universeel, de materie particulier (verschillend)
BV: messen hebben dezelfde vorm: snijden, maar materie verschilt,
hakmes, broodmes, etc.)
, Locke
- Tabula rasa
o Indrukken (impressions)
Omgezet in ideeën
Twee soorten ideeën
Eenvoudig
Complex
- Substantie 2 eigenschappen
o Primair
Objectief en meetbaar
Gewicht, vorm
o Secundair
Mening kan verschillen
Hangt af van de geest
Kleur, smaak
Berkley (de bitch met de omgevallen boom)
- Niet eens met Locke’s onderscheid
- Je ziet primair via secundaire eigenschap
o Geen onderscheid
o Alle eigenschappen zijn subjectief
Dus afhankelijk vd geest
o Subjectief idealisme
Werkelijkheid hangt af van onze waarneming
Esse est percipi
Zijn is waargenomen
Probleem
o Als niemand iets waarneemt, dan bestaat het dus niet
Oplossing
o God ziet alles en zorgt dat we allemaal hetzelfde zien
o Op die manier zorgt god voor orde in werkelijkheid
Hoofdvraag: Wat is zekere kennis?
- Zintuigen kunnen je bedriegen
1. Rechte stok lijkt krom in water
2. Fata morgana
3. Stilstaand beeld lijkt te bewegen
Drie stromingen
1. Empirisme: Zekere kennis komt uit zintuigen
- Inductie
o Bijzonder naar algemeen
o Eerst waarnemingen, daarna algemene conclusie trekken of theorie opstellen
o BV: Raaf 1 = zwart, raaf 2 = zwart, etc.
Conclusie: alle raven zijn zwart
o De kennis die het oplevert is a posteriori
Na (de waarneming)
o Probleem: er kan altijd een tegenvoorbeeld zijn
BV: Albino-raaf + theorie klopt niet meer
Je kunt nooit zeker zijn van empiristische kennis
Aristoteles
- Idee is verzameling
o VB: hondheid is verzameling van honden, als ze uitgestorven zijn bestaat het
niet meer
- Nominalist
o Abstracte begrippen = naam die verzameling aanduidt
- Onderzocht natuur om kennis te krijgen
- Ook bezig met logica: dus niet alleen empirist
o Op deze manier komen empiristische indrukken geordend worden
- Essentie zit in dingen zelf
o Vorm of doel/functie
o Een substantie (iets wat bestaat) bestaat uit ‘vorm’ en ‘materie’
Vorm is universeel, de materie particulier (verschillend)
BV: messen hebben dezelfde vorm: snijden, maar materie verschilt,
hakmes, broodmes, etc.)
, Locke
- Tabula rasa
o Indrukken (impressions)
Omgezet in ideeën
Twee soorten ideeën
Eenvoudig
Complex
- Substantie 2 eigenschappen
o Primair
Objectief en meetbaar
Gewicht, vorm
o Secundair
Mening kan verschillen
Hangt af van de geest
Kleur, smaak
Berkley (de bitch met de omgevallen boom)
- Niet eens met Locke’s onderscheid
- Je ziet primair via secundaire eigenschap
o Geen onderscheid
o Alle eigenschappen zijn subjectief
Dus afhankelijk vd geest
o Subjectief idealisme
Werkelijkheid hangt af van onze waarneming
Esse est percipi
Zijn is waargenomen
Probleem
o Als niemand iets waarneemt, dan bestaat het dus niet
Oplossing
o God ziet alles en zorgt dat we allemaal hetzelfde zien
o Op die manier zorgt god voor orde in werkelijkheid