100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Sociale Psychologie 2 (P0M06a)

Rating
-
Sold
2
Pages
80
Uploaded on
22-04-2023
Written in
2022/2023

Dit is een samenvatting van alle leerstof van dit vak. Dit vak is een vak uit het tweede semester van de tweede bachelor psychologie aan de KULeuven.

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
April 22, 2023
File latest updated on
June 10, 2023
Number of pages
80
Written in
2022/2023
Type
Summary

Subjects

Content preview

Sociale psychologie deel 2
Inleiding
Wat is sociale psychologie?
= wetenschappelijk onderzoek naar de manier waarop gedachten, gevoelens en gedragingen worden
beïnvloed door anderen
 invloed van anderen: fysiek aanwezig/ in gedachten aanwezig/ geïmpliceerd

Methoden
Experimentele methode kan causaliteit aantonen + steeds meer aandacht voor andere methoden ook

Experimenten
 Afhankelijke variabele (AV): uitkomstmaat
 Onafhankelijke variabele (OV): predictor in manipulatie, condities
 Storende variabelen zoveel mogelijk uitsluiten door de rest constant te houden
 Toevallige toewijzing van participanten aan condities

Interne validiteit
Kun je het resultaat dat je meet toeschrijven aan de OV? Zeker dat ze hulpvaardiger waren doordat ze
zich goed voelden?

Operationalisering:

 OV: zorgt compliment voor goed voelen? effect van compliment of kritiek? (neutral
controleconditie)
 AV: is papieren oprapen hulpvaardigheid?

Storende variabele: variabele die mee verandert met de OV, zodat het unieke effect van de OV niet
meer te bepalen is
belang van replicatie!

Externe validiteit
Mate waarin resultaten kunnen worden gegeneraliseerd en toegepast in andere contexten

Steekproef:

 Resultaten vrouwelijke psychologiestudenten te veralgemenen naar doelpopulatie?

Situatie: zou hetzelfde gebeuren in een dagelijkse situatie? (tov iemand die je kent)
 belang van replicatie!

Laboratorium experimenten

 Hoge interne, lage externe validiteit
 Gevaar op demand karakteristieken, beperking van spontaan gedrag (“subject effects”)

Veld experimenten

 Lagere interne, hoge externe validiteit
 Minder controle op storende factoren



1

,Survey onderzoek
Bijvoorbeeld: discriminatie ervaringen van moslims in # Europese steden  In welke mate ervaren zij
discriminatie en in hoeverre is dat op grond van hun religie?

 Ervaring, voorlopers en gevolgen van reële situaties onderzoeken
 Discriminatie, gender en religie zijn niet zomaar te manipuleren
 Correlationeel


Archiefonderzoek
Onderzoek naar culturele producten of naar maatschappelijke ontwikkelingen

Vb.

 Of culturele producten samenhangen met gedrag, bv. vormen/weerspiegelen kinderboeken
het emotionele repertoire? (Boiger et al., 2013)
 Of ontwikkelingen op grotere schaal samenhangen met gedrag, Bv. Hangt
inkomensherverdeling samen met geluk? (Oishi et al., 2011)

 laat toe sociale context te bestuderen en mogelijke invloed ervan op mensen

Interviews en focusgroepen
vb. Wat is het discours van alledaags racisme?
Hoe praten mensen uit een gemengde wijk in een grote stad over etnische minderheden? Hoe
construeren zij racisme in dagelijkse conversaties? (Verkuyten, 1997)

 Diepgang, inhoud genereren
 Reële situaties
 Vaak kleine steekproef
 Invloed ‘experimenter’?

Case studies
= Volgen van een individu of een groep om een bepaalde omstandigheid of gebeurtenis te
beschrijven
vb. Wat beweegt mensen om zich aan te sluiten bij een fascistische beweging? Hoe denken zij over de
wereld?

 Reële situaties
 Diepgang
 Doen als je echt een heel specifieke niche wilt bestuderen

Observatiestudies
Vb. Koppelinteracties  Welke koppelinteracties voorspellen tevredenheid met de relatie? Hoe ziet
een goede relatie eruit? (zie les emoties)

 Interacties tussen mensen
 (verbaal en non-verbaal) gedrag

 welke methode kiezen?
 Elk sterktes en beperkingen
 Keuze afhankelijk van onderzoeksvragen
 Bewust zijn van wat wel en niet te concluderen valt

2

,  Combinatie van verschillende methoden om beperkingen op te vangen

Ethische aspecten van onderzoek
Dataverzameling

 Misleiding – zo weinig mogelijk, soms nodig
 Informed consent – soms opnieuw na misleiding
 Debriefing

Misleiding volledig uitleggen en verantwoorden
Effecten van manipulatie ongedaan maken
Aandacht welzijn: begeleiding of waar kan iemand terecht?
 APA richtlijnen, ethische commissie

Data rapporteren
Onderzoeksfraude: data uitvinden, veranderen + fout weergeven van procedures, resultaten

Verschillende verklaringsniveaus
1. Ideologisch (cultureel)
2. Positionel (groepen)
3. Interpersoonlijk (relaties)
4. Intrapersoonlijk (persoon in context)
 Van breed naar eng

Ideologisch (cultureel)
De samenleving typeert vrouwen en mannen zodanig dat ze voor sommige rollen ongeschikt lijken
 rol van algemene opvattingen en ideeën, culturele betekenissen en praktijken

 Positie van vrouwen beter in samenlevingen met minder seksistische ideologie
 Twee maten voor positie vrouwen
o Gender Empowerment (macht)
 Deelname aan economie en politiek
o Gender Development (ontwikkeling)
 Levensverwachting, scholing, levensstandaard

er is een correlatie tussen seksisme en de eigenlijke kansen van de vrouw in een land

 welk verklaringsniveau heeft deze studie?

1. Meting van seksisme
a. Vrouwen overdrijven problemen die zij hebben op het werk
b. Vrouwen zijn te snel beledigd
c. De meeste vrouwen interpreteren onschuldige opmerkingen als seksisme
2. Deelnemers moesten het CV beoordelen voor een leidinggevende functie van: Christine of
Christopher  dan vragen hoe geschikt deze persoon voor de job is
a. Voor de vrouwelijke kandidaat (“Christine”) was vijandig seksisme van deelnemers
gerelateerd aan lagere geschiktheid, voor de mannelijke kandidaat (“Christopher”)
aan hogere geschiktheid



Positioneel (groepen)

3

, Samenstelling van bedrijf maakt vrouwen/ouderen minder welkom
 In een jonge startup zal een oudere kandidaat mogelijk minder kans maken of zelf afhaken

Interpersoonlijk (relaties)
Een opmerking van student naast je activeerde een stereotype
 interacties tussen mensen

Als de omgeving de stereotypen (ir)relevant maakt, zal dit een effect hebben op je oordeel
vb. De voorzitter van de sollicitatiecommissie heeft net een seksistische opmerking gemaakt
vb. Medestudent zei ‘die kale ziet er een seut uit’



Intrapersoonlijk (persoon in context)
Stereotypen sturen je oordeel over de kwaliteiten van de kandidaat
 omwille van jezelf




 Al deze niveaus van verklaring zijn waar en relevant.

Reductionisme = als je probeert het hele fenomeen terug te brengen tot één enkel niveau van
verklaring




4

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
lisetolo123 Katholieke Universiteit Leuven
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
28
Member since
3 year
Number of followers
20
Documents
17
Last sold
6 months ago

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions