Hoofdstuk 1: Wat is differentiëren?
1.2 Definitie: wat is differentiëren?
Differentiëren= het bewust, doelgericht aanbrengen van verschillen in instructie, leertijd of
leerstof binnen een (heterogene) groep of klas leerlingen, op basis van onder andere
presentaties.
Bewust: differentiatie in de les gebeurt niet ad hoc, maar voorbereid.
Doelgericht: bij differentiatie kunt u meerdere lesdoelen stellen, op basis van de
verschillende groepen leerlingen in uw klas.
Heterogeen: elke klas is heterogeen met verschillende niveaus.
Prestaties: differentiatie gebeurt vaak op basis van prestatieverschillen. Docenten kunnen
echter ook met andere verschillen rekening houden, zoals motivatie en leesvoorkeur.
Divergente differentiatie: Is afgestemd op de individuele leerling. De leerling doorloopt
zelfstandig een eigen leerroute met daarbij behorende eigen doelen, instructie en
verwerkingsvormen. Deze vorm komt tegemoet aan de individuele behoeften van de leerling.
Convergente differentiatie: gaat ervan uit dat de hele groep dezelfde doelen behaald. Er zijn
minimale doelen, doelen waaraan iedereen moet voldoen. De verschillen zitten in de
instructie, het begeleiden bij oefeningen en de vorm van de verwerkingsopdrachten.
Zwakkere leerlingen krijgen extra instructie en begeleiding, sterkere leerlingen extra
verwerkingsopdrachten.
1.3 De winst van differentiëren
W at kun je verwachten als je gaat differentiëren?
- Lesvoorbereiding: die bereid u beter en anders voor.
- Efficiënter lessen: lessen worden efficiënter doordat je jezelf steeds afvraagt wat er
wel en niet toe doet in de les.
- Methodeonafhankelijk: u kijkt meer naar wat u de leerlingen wilt leren en de methode
werkt ondersteunend.
- Lesdoelen stellen: meerdere lesdoelen voor verschillende leerlingen.
- Opbrengstgericht werken: data gebruiken om lessen vorm te geven en zo het
rendement van de lessen goed waarneemt.
- Klassenmanagement: problemen kunnen door differentiatie voorkomen worden.
1.2 Definitie: wat is differentiëren?
Differentiëren= het bewust, doelgericht aanbrengen van verschillen in instructie, leertijd of
leerstof binnen een (heterogene) groep of klas leerlingen, op basis van onder andere
presentaties.
Bewust: differentiatie in de les gebeurt niet ad hoc, maar voorbereid.
Doelgericht: bij differentiatie kunt u meerdere lesdoelen stellen, op basis van de
verschillende groepen leerlingen in uw klas.
Heterogeen: elke klas is heterogeen met verschillende niveaus.
Prestaties: differentiatie gebeurt vaak op basis van prestatieverschillen. Docenten kunnen
echter ook met andere verschillen rekening houden, zoals motivatie en leesvoorkeur.
Divergente differentiatie: Is afgestemd op de individuele leerling. De leerling doorloopt
zelfstandig een eigen leerroute met daarbij behorende eigen doelen, instructie en
verwerkingsvormen. Deze vorm komt tegemoet aan de individuele behoeften van de leerling.
Convergente differentiatie: gaat ervan uit dat de hele groep dezelfde doelen behaald. Er zijn
minimale doelen, doelen waaraan iedereen moet voldoen. De verschillen zitten in de
instructie, het begeleiden bij oefeningen en de vorm van de verwerkingsopdrachten.
Zwakkere leerlingen krijgen extra instructie en begeleiding, sterkere leerlingen extra
verwerkingsopdrachten.
1.3 De winst van differentiëren
W at kun je verwachten als je gaat differentiëren?
- Lesvoorbereiding: die bereid u beter en anders voor.
- Efficiënter lessen: lessen worden efficiënter doordat je jezelf steeds afvraagt wat er
wel en niet toe doet in de les.
- Methodeonafhankelijk: u kijkt meer naar wat u de leerlingen wilt leren en de methode
werkt ondersteunend.
- Lesdoelen stellen: meerdere lesdoelen voor verschillende leerlingen.
- Opbrengstgericht werken: data gebruiken om lessen vorm te geven en zo het
rendement van de lessen goed waarneemt.
- Klassenmanagement: problemen kunnen door differentiatie voorkomen worden.
