Preventie
1.Inleidend: In de beleidsnota’s
2. Wat is preventie?
3. Voorbeelden van preventief werken in de jeugdhup
4. Valkuilen van preventie
5. Mogelijke examenvragen
1. Inleidend: In de beleidsnota’s
“Preventie en vroegdetectie zijn speerpunten binnen het Vlaamse welzijns- en
gezondheidsbeleid (Beleidsnota WVGA).”
Eén van de doelstellingen van Een 2.0 aanpak voor de IJH: “Aandacht voor
preventie en vroegdetectie versterken”
“Armoedebestrijding: De focus daarbij leggen we op het voorkomen en
bestrijden van armoede bij gezinnen met jonge kinderen (Beleidsnota WVGA).”
2. Wat is preventie?
Verschil curatie – preventie:
Curatie: Herstellen of
behandelen van een
probleem.
Preventie: Voorkomen van
een probleem.
Waaier: Zorgcontinuüm van
preventie – curatie.
Coronasituatie = Een en al
preventie (selectief werken).
Ook vroegdetectie en vroeginterventie maken deel uit van preventie:
Vroegdetectie = Vroegtijdige opsporing, probleem opsporen in een zo
vroeg mogelijke fase van zijn ontwikkeling.
Vroeginterventie = Snel reageren op de signalen die naar boven kwamen
bij de vroegdetectie (er doen zich al problemen voor Geïndiceerde
preventie).
In het continuüm: Vroegdetectie en –interventie tussen geïndiceerde preventie
en behandeling.
Twee opdelingen van preventie:
Naar doelgroep USI Model.
Naar fase van het probleem Primaire – Secundaire – Tertiaire preventie.
65
, Preventie naar doelgroep (=USI-model)
Universele preventie:
Richt zich tot de gehele bevolking of delen ervan.
Bijvoorbeeld: Preventie van dikke darmkanker, drugpreventie bij jongeren,
alcoholpreventie naar alle leerlingen van het
vierde jaar, iedereen vanaf de leeftijd van 12
jaar die in aanmerking komt voor het vaccin.
Selectieve preventie:
Richt zich op mensen met een verhoogd
risico – gaat selectief te werk.
Bijvoorbeeld: Griepprik voor kwetsbaren,
verslavingspreventie voor kinderen van
verslaafde ouders, een vaccin enkel voor de
ouderen, zwakkeren en het zorgpersoneel.
Geïndiceerde preventie:
Richt zich op mensen met beginnende
Bijvoorbeeld: Toegepast op de
klachten en heeft als doel te voorkomen dat
preventie van zelfdoding.
de beginnende klachten tot een aandoening
leiden.
Bijvoorbeeld: Preventie van eetstoornissen, preventie van zelfdoding.
Preventie naar fase van het probleem
Primaire preventie:
Het probleem doet zich niet voor en men wil voorkomen dat het zich zou
voordoen.
Bijvoorbeeld: Vaccins en rond opvoeding.
Vaccins: Polio = Enige verplichte vaccin, polio doet zich nog niet
voor.
Opvoeding: Opvoedingsondersteuning => Geven aan gezinnen waar
het probleem zich nog niet voordoet.
Secundaire preventie:
Het probleem doet zich voor en men wil voorkomen dat het erger wordt.
Bijvoorbeeld: Kankerpreventie, hulpverlening binnen een CKG,
suicidepreventie. Geïndiceerde preventie.
Vroegdetectie en vroeginterventie zijn hierbij belangrijk.
Tertiaire preventie:
Voorkomen dat een probleem zich opnieuw stelt.
Bijvoorbeeld: Levensstijl aanpassen als iemand een hartaanval gekregen
heeft.
66
1.Inleidend: In de beleidsnota’s
2. Wat is preventie?
3. Voorbeelden van preventief werken in de jeugdhup
4. Valkuilen van preventie
5. Mogelijke examenvragen
1. Inleidend: In de beleidsnota’s
“Preventie en vroegdetectie zijn speerpunten binnen het Vlaamse welzijns- en
gezondheidsbeleid (Beleidsnota WVGA).”
Eén van de doelstellingen van Een 2.0 aanpak voor de IJH: “Aandacht voor
preventie en vroegdetectie versterken”
“Armoedebestrijding: De focus daarbij leggen we op het voorkomen en
bestrijden van armoede bij gezinnen met jonge kinderen (Beleidsnota WVGA).”
2. Wat is preventie?
Verschil curatie – preventie:
Curatie: Herstellen of
behandelen van een
probleem.
Preventie: Voorkomen van
een probleem.
Waaier: Zorgcontinuüm van
preventie – curatie.
Coronasituatie = Een en al
preventie (selectief werken).
Ook vroegdetectie en vroeginterventie maken deel uit van preventie:
Vroegdetectie = Vroegtijdige opsporing, probleem opsporen in een zo
vroeg mogelijke fase van zijn ontwikkeling.
Vroeginterventie = Snel reageren op de signalen die naar boven kwamen
bij de vroegdetectie (er doen zich al problemen voor Geïndiceerde
preventie).
In het continuüm: Vroegdetectie en –interventie tussen geïndiceerde preventie
en behandeling.
Twee opdelingen van preventie:
Naar doelgroep USI Model.
Naar fase van het probleem Primaire – Secundaire – Tertiaire preventie.
65
, Preventie naar doelgroep (=USI-model)
Universele preventie:
Richt zich tot de gehele bevolking of delen ervan.
Bijvoorbeeld: Preventie van dikke darmkanker, drugpreventie bij jongeren,
alcoholpreventie naar alle leerlingen van het
vierde jaar, iedereen vanaf de leeftijd van 12
jaar die in aanmerking komt voor het vaccin.
Selectieve preventie:
Richt zich op mensen met een verhoogd
risico – gaat selectief te werk.
Bijvoorbeeld: Griepprik voor kwetsbaren,
verslavingspreventie voor kinderen van
verslaafde ouders, een vaccin enkel voor de
ouderen, zwakkeren en het zorgpersoneel.
Geïndiceerde preventie:
Richt zich op mensen met beginnende
Bijvoorbeeld: Toegepast op de
klachten en heeft als doel te voorkomen dat
preventie van zelfdoding.
de beginnende klachten tot een aandoening
leiden.
Bijvoorbeeld: Preventie van eetstoornissen, preventie van zelfdoding.
Preventie naar fase van het probleem
Primaire preventie:
Het probleem doet zich niet voor en men wil voorkomen dat het zich zou
voordoen.
Bijvoorbeeld: Vaccins en rond opvoeding.
Vaccins: Polio = Enige verplichte vaccin, polio doet zich nog niet
voor.
Opvoeding: Opvoedingsondersteuning => Geven aan gezinnen waar
het probleem zich nog niet voordoet.
Secundaire preventie:
Het probleem doet zich voor en men wil voorkomen dat het erger wordt.
Bijvoorbeeld: Kankerpreventie, hulpverlening binnen een CKG,
suicidepreventie. Geïndiceerde preventie.
Vroegdetectie en vroeginterventie zijn hierbij belangrijk.
Tertiaire preventie:
Voorkomen dat een probleem zich opnieuw stelt.
Bijvoorbeeld: Levensstijl aanpassen als iemand een hartaanval gekregen
heeft.
66