Werkcollege 3
Vereisten van rechtsgevolg
stelplicht
o onvoldoende
afwijzing vordering
o voldoende
voldoende betwisting
bewijsopdracht
onvoldoende betwisting
toewijzing vordering
schema 2
bewijslastverdeling
hoofdregel: artikel 150 Rv wie moet stellen moet bewijzen
geen onverkorte toepassing
o de rechter verzacht soms de regel
rechterlijk/feitelijk vermoeden
omkeringsregel jurisprudentieel vermoeden
verzwaring stelplicht
o bijzondere regels van bewijslastverdeling art 150 Rv
wettelijk vermoeden.
Wettelijke regels die leiden tot omkering van de bewijslast (6:265 BW)
Regels in de rechtspraak die leiden tot omkering van de bewijslast
o Redelijkheid en billijkheid art. 150 Rv
Opdracht 1 “Op hoop van zegen”
Klaas en zijn huisgenoten gaan in juni 2007 een weekendje zeilen. Ze hebben daarvoor een
kajuitjacht gehuurd bij ‘Op Hoop van Zegen B.V.’. Zodra ze goed op koers liggen gaat Klaas
de kombuis in om koffie te zetten. Als hij het gas wil aansteken, ontstaat een enorme
explosie. Klaas loopt ernstige verwondingen op. Nader onderzoek door de vrienden wijst uit
dat de explosie is veroorzaakt door een lek in de gasleiding, dat de verhuurder even snel had
gerepareerd met een stukje plakband. Klaas stelt Op Hoop van Zegen in 2013 (na zijn
revalidatie) aansprakelijk voor de door hem geleden schade en vordert schadevergoeding uit
hoofde van onrechtmatige daad. De schade bestaat volgens Klaas uit (de niet-verzekerde)
verzorgings- en revalidatiekosten (€ 15.000), kosten ten gevolge van studievertraging (€
20.000) en gederfde levensvreugde (€ 5.000). Voorts stelt Klaas dat zijn vordering niet is
verjaard, omdat hij in 2010 een stuitingsbrief heeft verstuurd. De verhuurder betwist dat de
gasleiding door hem met een plakbandje was gerepareerd en stelt zich op het standpunt dat
het ongeluk aan Klaas’ eigen schuld is te wijten. Daarnaast betwist de verhuurder de
omvang van de door Klaas opgevoerde kosten van studievertraging en gederfde
levensvreugde.
a. Hoe is de stelplicht in deze zaak verdeeld?
wat is de stelplicht? Als een rechtsgevolg wil laten intreden moet je ook die feiten
stellen die nodig zijn om dat rechtsgevolg te laten intreden. Alle feiten moet je stellen
om dat rechtsgevolg te laten intreden. Art. 24 jo 149 Rv. Arrest dat hierbij hoort is het
arrest Googlende rechter. Als in je 149 kijkt zie je daar staan dat de rechter alleen
mag oordelen over feiten die door de partijen zijn gesteld. Mag een rechter zijn
beslissing op feitelijke gegevens die niet in het proces naar voren zijn gekomen, maar
op internet zijn gezocht door de rechter?
Welke feiten moeten partijen stellen? Welke elementen moeten gesteld worden in de
procedure? Je moet kijken naar de materieel rechtelijke bepaling. Dus hier gaat het
Vereisten van rechtsgevolg
stelplicht
o onvoldoende
afwijzing vordering
o voldoende
voldoende betwisting
bewijsopdracht
onvoldoende betwisting
toewijzing vordering
schema 2
bewijslastverdeling
hoofdregel: artikel 150 Rv wie moet stellen moet bewijzen
geen onverkorte toepassing
o de rechter verzacht soms de regel
rechterlijk/feitelijk vermoeden
omkeringsregel jurisprudentieel vermoeden
verzwaring stelplicht
o bijzondere regels van bewijslastverdeling art 150 Rv
wettelijk vermoeden.
Wettelijke regels die leiden tot omkering van de bewijslast (6:265 BW)
Regels in de rechtspraak die leiden tot omkering van de bewijslast
o Redelijkheid en billijkheid art. 150 Rv
Opdracht 1 “Op hoop van zegen”
Klaas en zijn huisgenoten gaan in juni 2007 een weekendje zeilen. Ze hebben daarvoor een
kajuitjacht gehuurd bij ‘Op Hoop van Zegen B.V.’. Zodra ze goed op koers liggen gaat Klaas
de kombuis in om koffie te zetten. Als hij het gas wil aansteken, ontstaat een enorme
explosie. Klaas loopt ernstige verwondingen op. Nader onderzoek door de vrienden wijst uit
dat de explosie is veroorzaakt door een lek in de gasleiding, dat de verhuurder even snel had
gerepareerd met een stukje plakband. Klaas stelt Op Hoop van Zegen in 2013 (na zijn
revalidatie) aansprakelijk voor de door hem geleden schade en vordert schadevergoeding uit
hoofde van onrechtmatige daad. De schade bestaat volgens Klaas uit (de niet-verzekerde)
verzorgings- en revalidatiekosten (€ 15.000), kosten ten gevolge van studievertraging (€
20.000) en gederfde levensvreugde (€ 5.000). Voorts stelt Klaas dat zijn vordering niet is
verjaard, omdat hij in 2010 een stuitingsbrief heeft verstuurd. De verhuurder betwist dat de
gasleiding door hem met een plakbandje was gerepareerd en stelt zich op het standpunt dat
het ongeluk aan Klaas’ eigen schuld is te wijten. Daarnaast betwist de verhuurder de
omvang van de door Klaas opgevoerde kosten van studievertraging en gederfde
levensvreugde.
a. Hoe is de stelplicht in deze zaak verdeeld?
wat is de stelplicht? Als een rechtsgevolg wil laten intreden moet je ook die feiten
stellen die nodig zijn om dat rechtsgevolg te laten intreden. Alle feiten moet je stellen
om dat rechtsgevolg te laten intreden. Art. 24 jo 149 Rv. Arrest dat hierbij hoort is het
arrest Googlende rechter. Als in je 149 kijkt zie je daar staan dat de rechter alleen
mag oordelen over feiten die door de partijen zijn gesteld. Mag een rechter zijn
beslissing op feitelijke gegevens die niet in het proces naar voren zijn gekomen, maar
op internet zijn gezocht door de rechter?
Welke feiten moeten partijen stellen? Welke elementen moeten gesteld worden in de
procedure? Je moet kijken naar de materieel rechtelijke bepaling. Dus hier gaat het