Nederlands Samenvatting H12 – Literatuur uit de Middeleeuwen
Literatuur = weerspiegeling denkwereld schrijver > sterke werkelijkheid laten zien
Middelnederlands: verzameling dialecten > gebaseerd spreektaal= schrijft zoals spreekt
Literatuur is daar waar welvaart is > eerst Vlaanderen, val Antwerpen>Noord> dialect
Hollands> Nederlands
De politieke achtergronden
5de eeuw – Romeinse Rijk viel
8ste eeuw – Karel de Grote groot gezag
843 – Rijk in drieën verdeelt > Nederlandse gewesten bij Duitse Rijk
Vlaanderen onder cultureel en politiek machtig Frankrijk
Internationale politiek gedomineerd door vorming grote nationale staten > conflict
(100jarige oorlog UKvsFR)
1029-1291 – Kruistochten> bevrijden beloofden land, strijd Islam> Chanson de Roland
15e eeuw – Nederlanden één geheel onder Bourgondische Huis
De sociale achtergronden
Standentheorie: geordende maatschappij waarin iedereen zijn plaats kende> geestelijke,
adel en ridders, boeren en vissers, (later) burgerij (ambachtslieden, handelaars)
Feodale stelsel/leenstelsel belangrijk in geordende samenleving> vorst beloonde trouwe
onderdanen door landerijen in bruikleen te geven (alternatief geld)> land= feodum
Vazal (degene die grond kreeg), trouw en gehoorzaamheid leenheer+raad en daad bijstaan
Felonie: openlijk verzet en ontrouw tegen de leenheer (leenheren minder sterk)
>>> invloed van feodale stelsel op wereldbeeld van de middeleeuwer blijkt uit liederen
Traditionele technieken dichten: begin Natureingang: aankondiging goede jaargetijde,
ikfiguur word één met natuur >>> liefdesverhoudingen uitgedrukt aan hand feodale stelsel
Conventioneel: bekende regels en technieken, algemeens verwoorden >>
Eercultuur: de norm van gedrag lag in het aanzien dat men van andere ontving>eer heel
erg belangrijk, schande voorkomen, eer behouden. Eerloos>uit gemeenschap verstoten
Gewetenscultuur: graadmeter gedrag was niet individuele geweten of norm
Een oudt liedeken: vrouw en man serieuze maar onofficiële relatie>man dood> niemand helpt vrouw
want dat is erkennen relatie en daarmee slechte gevolgen vrouw, vrouw boos en dan verdrietig
De culturele achtergronden
Totaliteit: Achter al het reële een diepere werkelijkheid schuil> alles kon een symbool voor
iets zijn > veel gebruik symboliek (voorwerpen, kleuren, woorden, getallen)
Christelijk geloof in middeleeuwen erg belangrijk> symbolen verwijzen vaak religieuze
aspecten (bijv. het licht=Jezus)> aards leven alleen voor later in hemel
Verschil in opvatting over kunst> belangrijk verschil in opvatting originaliteit>volgen traditie
Middeleeuwse acteurs waren didactisch=belerend en moraliseren>maatschappelijke taak
Boeken met de hand geschreven teksten (grotere waarde): handschriften, manuscripten
Kopiisten: zij die boeken overschreven (monniken, lage geestelijkheid) > fouten, eigen
mening >>> tekstverandering gevolg van kopiistenarbeid.
Voorleescultuur: teksten werden aan (grote) publiek voorgedragen, vaak rijm>makkelijk
onthouden (zowel jongleur=voordrachtskundige als publiek)
Acteur: werkt in opdracht van bijv. vorsten, patriciërs, stadsbesturen
Mecenaat: stelsel dat kunst in opdracht gemaakt word, Mecenas: hij die opdracht geeft
Agrarische gemeenschap >opkomende nijverheid en handel>geld circulatie>feodale
vorsten hadden geldbehoefte > tol > vorsten mecenas literatuur
Hoofsheid: aanbevolen gedragswijze op het hof > wrijving op hof voorkomen>regels
Voorkomen kwetsen > niet openlijk praten over je minnaar>zelfbeheersing
Hoofsheid was ideaal> idealisering > geordende wereld (goed/slecht etc)
Literatuur = weerspiegeling denkwereld schrijver > sterke werkelijkheid laten zien
Middelnederlands: verzameling dialecten > gebaseerd spreektaal= schrijft zoals spreekt
Literatuur is daar waar welvaart is > eerst Vlaanderen, val Antwerpen>Noord> dialect
Hollands> Nederlands
De politieke achtergronden
5de eeuw – Romeinse Rijk viel
8ste eeuw – Karel de Grote groot gezag
843 – Rijk in drieën verdeelt > Nederlandse gewesten bij Duitse Rijk
Vlaanderen onder cultureel en politiek machtig Frankrijk
Internationale politiek gedomineerd door vorming grote nationale staten > conflict
(100jarige oorlog UKvsFR)
1029-1291 – Kruistochten> bevrijden beloofden land, strijd Islam> Chanson de Roland
15e eeuw – Nederlanden één geheel onder Bourgondische Huis
De sociale achtergronden
Standentheorie: geordende maatschappij waarin iedereen zijn plaats kende> geestelijke,
adel en ridders, boeren en vissers, (later) burgerij (ambachtslieden, handelaars)
Feodale stelsel/leenstelsel belangrijk in geordende samenleving> vorst beloonde trouwe
onderdanen door landerijen in bruikleen te geven (alternatief geld)> land= feodum
Vazal (degene die grond kreeg), trouw en gehoorzaamheid leenheer+raad en daad bijstaan
Felonie: openlijk verzet en ontrouw tegen de leenheer (leenheren minder sterk)
>>> invloed van feodale stelsel op wereldbeeld van de middeleeuwer blijkt uit liederen
Traditionele technieken dichten: begin Natureingang: aankondiging goede jaargetijde,
ikfiguur word één met natuur >>> liefdesverhoudingen uitgedrukt aan hand feodale stelsel
Conventioneel: bekende regels en technieken, algemeens verwoorden >>
Eercultuur: de norm van gedrag lag in het aanzien dat men van andere ontving>eer heel
erg belangrijk, schande voorkomen, eer behouden. Eerloos>uit gemeenschap verstoten
Gewetenscultuur: graadmeter gedrag was niet individuele geweten of norm
Een oudt liedeken: vrouw en man serieuze maar onofficiële relatie>man dood> niemand helpt vrouw
want dat is erkennen relatie en daarmee slechte gevolgen vrouw, vrouw boos en dan verdrietig
De culturele achtergronden
Totaliteit: Achter al het reële een diepere werkelijkheid schuil> alles kon een symbool voor
iets zijn > veel gebruik symboliek (voorwerpen, kleuren, woorden, getallen)
Christelijk geloof in middeleeuwen erg belangrijk> symbolen verwijzen vaak religieuze
aspecten (bijv. het licht=Jezus)> aards leven alleen voor later in hemel
Verschil in opvatting over kunst> belangrijk verschil in opvatting originaliteit>volgen traditie
Middeleeuwse acteurs waren didactisch=belerend en moraliseren>maatschappelijke taak
Boeken met de hand geschreven teksten (grotere waarde): handschriften, manuscripten
Kopiisten: zij die boeken overschreven (monniken, lage geestelijkheid) > fouten, eigen
mening >>> tekstverandering gevolg van kopiistenarbeid.
Voorleescultuur: teksten werden aan (grote) publiek voorgedragen, vaak rijm>makkelijk
onthouden (zowel jongleur=voordrachtskundige als publiek)
Acteur: werkt in opdracht van bijv. vorsten, patriciërs, stadsbesturen
Mecenaat: stelsel dat kunst in opdracht gemaakt word, Mecenas: hij die opdracht geeft
Agrarische gemeenschap >opkomende nijverheid en handel>geld circulatie>feodale
vorsten hadden geldbehoefte > tol > vorsten mecenas literatuur
Hoofsheid: aanbevolen gedragswijze op het hof > wrijving op hof voorkomen>regels
Voorkomen kwetsen > niet openlijk praten over je minnaar>zelfbeheersing
Hoofsheid was ideaal> idealisering > geordende wereld (goed/slecht etc)