Hoofdstuk 11 Kostenstructuur
11.1 Vaste en variabele kosten
Kosten worden veroorzaakt door het gebruik van productiemiddelen. We kunnen kosten op basis van
de relatie met de productieomvang in een tweetal hoofdgroepen indelen: vaste en variabele kosten.
Vaste of constante kosten veranderen niet als de productie toe- of afneemt.
Afschrijvingskosten zijn vaste kosten als de slijtage van het duurzame productiemiddel
ontstaat door tijdsverloop. Het is echter ook mogelijk dat ze variabel zijn.
Variabele kosten veranderen als de productie varieert.
Variabele kosten
Variabele kosten stijgen niet altijd recht evenredig
met de productieomvang.
Als kosten recht evenredig variëren met de
omvang van de productie is er sprake van
proportioneel variabele kosten. Per eenheid
product blijven de variabele kosten gelijk.
Bij degressief variabele kosten nemen de
kosten relatief gezien minder sterk toe dan de
productie. In het algemeen is dit het geval als bij een relatief laag niveau de productie wordt
opgevoerd. Ze hebben tot gevolg dat de kosten per eenheid product een ↓ verloop hebben.
Deze degressie kan ontstaan indien bij uitbreiding van de productie kostenbesparingen
worden gerealiseerd door een betere efficiency (leereffect) of door kwantumkortingen.
Een progressief verloop van de variabele kosten wordt meestal aangetroffen bij een zeer
hoge productieomvang. De totale variabele kosten stijgen dan relatief sneller dan de
geproduceerde hoeveelheid. Ze kunnen het gevolg zijn van de extra kosten bij overwerk.
Totale kosten Kosten per eenheid
Vaste kosten − ↓
Proportioneel variabele kosten ↑ −
Degressief variabele kosten ↑ ↓
Progressief variabele kosten ↑ ↑
Vaste kosten zijn kosten die in de betreffende periode niet veranderen als de productiehoeveelheid
een wijziging ondergaat. Het criterium voor vaste kosten is de relatie tussen de hoogte van de
kosten en de hoogte van de productie. Er bestaan trapsgewijs variabele kosten, hiervan is sprake als
productiemiddelen slechts beperkt deelbaar zijn, maar op korte termijn in de benodigde hoeveelheid
kunnen worden ingezet.
Kostenanalyses moeten niet worden beperkt tot de fabricagekosten,
maar dienen eveneens betrekking te hebben op de kosten van
administratie, verkoop, research e.d. Er moet worden nagegaan in
welke mate de kosten vast dan wel variabel zijn. Grondstofkosten
zullen vrijwel altijd variabel zijn. Andere kostensoorten kunnen beide
elementen bevatten, waardoor ze gedeeltelijk vast en gedeeltelijk
variabel zijn.
De hoog-laag-methode geeft slechts een globale indicatie van
het kostenverloop. We veronderstellen daarbij dat de totale
kosten die gepaard gaan met een product van een aantal
eenheden, bestaan uit een constant bedrag per maand en
proportioneel variabele kosten. Als we de cijfers van de maand
met de hoogste productie en de laagste productie invullen krijgen we een voorbeeldformule:
1