Samenvatting SPM40
Taken als leidinggevende:
1. Plannen
2. Organiseren
3. Coördineren
4. Opdrachten
5. Controleren
6. Corrigeren
Stijlen van leiding geven:
McGregor theorie
Ook wel XY-theorie genoemd
Theorie X gaat uit van negatief mensbeeld, taakgericht
Uitganspunten werknemers:
o Weinig ambitieus
o Werken met tegenzin
o Onttrekken zich aan verantwoordelijkheden
Kenmerken:
Weerstand veranderen
Lui
Geen verantwoordelijkheid
Geen ambitie
Werken alleen voor geld
Theorie Y gaat uit van positief mensbeeld, mensgericht
Uitganspunten werknemers:
o Wijzen en sturen zichzelf in de juiste richting
o Vinden werken leuk
o Aanvaarden verantwoordelijkheid
Kenmerken:
Gemotiveerd
Loyaal
Deskundig
Willen veranderen
Verantwoordelijkheid
Kurt Lewin theorie
Grondlegger traditionele stijlen
3 Fasen van Gedragsverandering
o Unfreezing: Mensen dienen zich bewust te worden en los te komen van ongewenste
gewoonten
o Moving: Mensen dienen zich vereiste kennis, attitudes en vaardigheden eigen te
maken
, o Freezing: Het gewenste gedrag moet niet eenmalig worden uitgevoerd, maar moet
een vast onderdeel worden en blijven van het dagelijks doen en laten
De stijl van leiding geven is van grote invloed op de mate waarin medewerkers:
o Zich gerespecteerd voelen.
o Zich verantwoordelijk willen gedragen.
o Mee gaan zoeken naar oplossingen.
Vormen Kurt Lewin Theorie
o Autoritaire stijl - Deze stijl houdt in dat de leidinggevende alle beslissingen en
zeggenschap helemaal zelf in handen heeft en nooit uit handen zal geven
o Consulterende stijl - Hier is er ruimte voor inspraak van de medewerkers maar blijft
de beslissing bij de leidinggevende
o Democratische stijl - De stem ligt vooral bij de werknemers. De leidinggevende zal
dus vooral luisteren naar de werknemers en uiteindelijk zullen de meeste stemmen
gelden en zal er daarna actie plaatsvinden.
o Laissez-faire stijl - Dit betekent letterlijk; “maar laten gaan, de vrije hand laten”. Hier
ligt het lot volledig in handen van de werknemers en zal de leidinggevende alleen
maar toekijken.
Action type
Temperamenten
Taak in team Overtuigingen Talenten Gedrag Angst voor
SP Vakman Stempel drukken, Variatie, actie Risicobereidheid, Spontaan, Beperkingen
vrijheid tactisch impulsief
SJ Wachter Is er plaats, Controle, Taakacceptatie, Betrouwbaar, Isolement
verantwoordelijk regels hard werken, precies,
loyaliteit formeel
NT Rationalist Ben ik wel goed Kwaliteit, Helder, overzicht, Kennis, Onbekwaamheid
genoeg, ruimte? vooruitgang visie, strategie kritisch
NF Idealist Betrokken, op Samenwerken, Concentratie, Betrokken, Conflicten
anderen rekenen moraal charisma, gevoelig
diplomatiek
Hersey & Blanchard
Situationeel leiderschap
Hersey & Blanchard zijn van mening dat niet de persoonlijke voorkeuren van de manager
bepalend moeten zijn voor de stijl van leidinggeven. Hersey & Blanchard stellen dat de
effectiviteit van de stijl van leidinggeven afhangt van de bereidwilligheid en deskundigheid
van de medewerker.
Hersey & Blanchard stellen dat de effectiviteit van een stijl van leidinggeven af hangt van de
taakvolwassenheid van de medewerker. Er bestaat niet één beste leiderschapsstijl. Een
Taken als leidinggevende:
1. Plannen
2. Organiseren
3. Coördineren
4. Opdrachten
5. Controleren
6. Corrigeren
Stijlen van leiding geven:
McGregor theorie
Ook wel XY-theorie genoemd
Theorie X gaat uit van negatief mensbeeld, taakgericht
Uitganspunten werknemers:
o Weinig ambitieus
o Werken met tegenzin
o Onttrekken zich aan verantwoordelijkheden
Kenmerken:
Weerstand veranderen
Lui
Geen verantwoordelijkheid
Geen ambitie
Werken alleen voor geld
Theorie Y gaat uit van positief mensbeeld, mensgericht
Uitganspunten werknemers:
o Wijzen en sturen zichzelf in de juiste richting
o Vinden werken leuk
o Aanvaarden verantwoordelijkheid
Kenmerken:
Gemotiveerd
Loyaal
Deskundig
Willen veranderen
Verantwoordelijkheid
Kurt Lewin theorie
Grondlegger traditionele stijlen
3 Fasen van Gedragsverandering
o Unfreezing: Mensen dienen zich bewust te worden en los te komen van ongewenste
gewoonten
o Moving: Mensen dienen zich vereiste kennis, attitudes en vaardigheden eigen te
maken
, o Freezing: Het gewenste gedrag moet niet eenmalig worden uitgevoerd, maar moet
een vast onderdeel worden en blijven van het dagelijks doen en laten
De stijl van leiding geven is van grote invloed op de mate waarin medewerkers:
o Zich gerespecteerd voelen.
o Zich verantwoordelijk willen gedragen.
o Mee gaan zoeken naar oplossingen.
Vormen Kurt Lewin Theorie
o Autoritaire stijl - Deze stijl houdt in dat de leidinggevende alle beslissingen en
zeggenschap helemaal zelf in handen heeft en nooit uit handen zal geven
o Consulterende stijl - Hier is er ruimte voor inspraak van de medewerkers maar blijft
de beslissing bij de leidinggevende
o Democratische stijl - De stem ligt vooral bij de werknemers. De leidinggevende zal
dus vooral luisteren naar de werknemers en uiteindelijk zullen de meeste stemmen
gelden en zal er daarna actie plaatsvinden.
o Laissez-faire stijl - Dit betekent letterlijk; “maar laten gaan, de vrije hand laten”. Hier
ligt het lot volledig in handen van de werknemers en zal de leidinggevende alleen
maar toekijken.
Action type
Temperamenten
Taak in team Overtuigingen Talenten Gedrag Angst voor
SP Vakman Stempel drukken, Variatie, actie Risicobereidheid, Spontaan, Beperkingen
vrijheid tactisch impulsief
SJ Wachter Is er plaats, Controle, Taakacceptatie, Betrouwbaar, Isolement
verantwoordelijk regels hard werken, precies,
loyaliteit formeel
NT Rationalist Ben ik wel goed Kwaliteit, Helder, overzicht, Kennis, Onbekwaamheid
genoeg, ruimte? vooruitgang visie, strategie kritisch
NF Idealist Betrokken, op Samenwerken, Concentratie, Betrokken, Conflicten
anderen rekenen moraal charisma, gevoelig
diplomatiek
Hersey & Blanchard
Situationeel leiderschap
Hersey & Blanchard zijn van mening dat niet de persoonlijke voorkeuren van de manager
bepalend moeten zijn voor de stijl van leidinggeven. Hersey & Blanchard stellen dat de
effectiviteit van de stijl van leidinggeven afhangt van de bereidwilligheid en deskundigheid
van de medewerker.
Hersey & Blanchard stellen dat de effectiviteit van een stijl van leidinggeven af hangt van de
taakvolwassenheid van de medewerker. Er bestaat niet één beste leiderschapsstijl. Een