100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Sociologie in de praktijk

Rating
-
Sold
6
Pages
17
Uploaded on
23-01-2023
Written in
2015/2016

psychologie =onderzoek naar gedrag en de gevoelens bij dat gedrag vanuit individueel gezichtspunt . Economie = onderzoek naar waarop de productie en distributie van schaarse goederen in samenleving worden geregeld. Politicologie= onderzoek naar de manier waarop mensen vormgeven aan de toekomst van de samenleving. Sociologie= onderzoek naar het gedrag van individuen en groepen vanuit maatschappelijk gezichtspunt

Show more Read less
Institution
Course










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Summarized whole book?
Yes
Uploaded on
January 23, 2023
Number of pages
17
Written in
2015/2016
Type
Summary

Subjects

Content preview

HSTK 1
Sociologie = hoe slagen mensen erin om samen te leven
In sociologie slaat sociaal op mensenlijke betrekking.
Sociologie houdt zich bezig met het verklaren van gedrag van individuen en groepen mensen vanuit
maatschappelijk invloeden de ze ondergaan.

psychologie =onderzoek naar gedrag en de gevoelens bij dat gedrag vanuit individueel gezichtspunt .
Economie = onderzoek naar waarop de productie en distributie van schaarse goederen in
samenleving worden geregeld.
Politicologie= onderzoek naar de manier waarop mensen vormgeven aan de toekomst van de
samenleving.
Sociologie= onderzoek naar het gedrag van individuen en groepen vanuit maatschappelijk
gezichtspunt
Auguste Comte= franse filosoof, grondelegger sociologie, benadrukte dat sociologie
wetenschappelijk was en niet volgens het geloof.
Functies
Ideologiekritiek= de bijdrage die de sociologie levert door het zichtbaar maken van bestaande
(machts)verhoudingen tussen menselijke betrekkingen in de samenleving.
Beheersfunctie= de bijdrage die de sociologie levert aan het bestuur en beleid van de samenleving.
Ordenende functie= de bijdrage die de sociologie levert door het overzichtelijk en begrijpelijk maken
van een onoverzichtelijke werkelijkheid.

Sociologische verbeeldingskracht= mensen moeten los van elkaar staande persoonlijke ervaringen,
situaties en problemen moeten leren zien in het licht van de manier waarop de maatschappij
functioneert.

Private troubles kunnen public issues worden, als een groot deel van de samenleving dezelfde
private troubles hebben wordt dit een public issue. Sociaal probleem

Macht:
1. Het vermogen om doelstellingen in de toekomst te formuleren.
2. Het vermogen om als de doelstelling vastgesteld zijn, de middelen aan te wenden om ze te
realiseren
3. Het vemrogen voor de vast gestelde doelstellingen de miuddelen te organiseren om hiervoor
anderen te beïnvloeden , invloed uit te oefenen
1= pas mogelijk als mensen in voldoende mate onderscheid weten te maken tussen de werkelijkheid
zoals die is en zoals zij die zien.

,Hstk 2
Socialisatie= het proces waarbij mensen zich leren sociaal te gedragen in de voor hen relevante
groepen.
Socialisators= opvoeders die van invloed zijn op het socialisatieproces, ouders/ broers zussen/ later
onderwijs
Socialiserende instanties= onderwijs, sportvereniging

Waarden= de met ander gedeelde voorstelling over wat juist en goed is en daardoor
nastrevenswaardig. Het is een maatstaf, ze zijn abstract.
Zodra waarden worden omgezet in een visie, spreek je van doelen,een denkbeeldige toekomstige
situatie die we nastreven.
Normen= concrete gedragsregels die aangeven wat verwacht wordt in een bepaalde situatie. Wat je
moet doen of juist niet moet doen. Absoluut
Normen
Morele goed en kwaad
Juridische legaal of niet legaal
Sociaal gepast of ongepast
Internalisering = het proces van het eigen maken van verwacht gedrag, zonder hierbij na te denken.
Hospitalisering= in een situatie terecht komen waarin gedrag zo bepaald wordt dat ze zelf weinig
initiatief kunnen om dat er zoveel wordt geregeld. Bejaardentehuis / gevangenis.

rollenconflict
Extern =op grond van verschillende posities die iemand tegelijkertijd inneemt, moeilijk combineren
van verschillende verwachtingen die aan iemand gesteld worden.( Moeder & nachtdienstwerker)
Intern=op grond van 1 positie moeilijk combineren van verschillende verwachtingen.(arbo arts naar
leidinggevende en personeel toe)

Gedrag roldrager bij conflict hangt af van
 De druk die wordt uitgeoefend van buitenaf
 Kracht van (eigen)verwachting vs wat er leeft in de groep waar de roldrager in zit.
Kritiek op rolbegrip
 Wordt vaak als te eenduidig beschouwd
 Rol wordt niet eenzijdig vastgesteld zoals soms wel gedacht wordt.
Institutie= een gestandaardiseerde patroon van denken en doen in bepaalde situaties.
Instantie= onderwijsscholen//ouderschap gezin///geloofkerk (1e= institutie 2e instantie)
Institutionaliseren=het proces waarbij nieuwe vormen van denken en doen een gestandaardiseerd
patroon krijgen
Reïficatie= sociologische begrippen lijkt zelf te bestaan en zelfstandig sturing geven aan menselijk
gedrag( de Maatschappij vindt dat

Sociale controle= geheel van reacties om waarden en normen te handhaven, hieruit kunnen
positieve en negatieve sancties volgen.

Rationele keuzetheorie= gedrag van mensen zien als afweging van kosten en baten.

, HSTK 3
Cultuur= kennis, ervaring, opvattingen, normen en waarden die een groepering met elkaar deelt.
Enculturatie= het aanleren van een ander cultuur dan je gewend bent
Cultural lag= cultureel achterop raken, door moderne technische middelen en oudere die nog
voorbestaan ondere andere betekenis. Briefgeheim bijvoorbeeld.
Cultural capital= de beheersing van culturele competenties die horen bij hoge sociale posities met de
stijging van welvaartsniveau verandert de cultuur ook.
Gezonken cultuurgoederen= elitenormen die ook zichtbaar zijn geworden in de lage
cultuur( eetgewoonten, beleefdheidsfasen.) tegenovergestelde is het boerenbonteffect

Civilisatieproces= het proces waarbij de westerse samenleving in de loop der eeuwen meer
verfijnde, meer gevarieerde gedragsregels ontwikkelde.
Informalisering=juist omdat we ons weten te gedragen, gaan we steeds soepeler met regels om.

Sekse= lichamelijk verschil
Gender= culturele invullen van mannelijkheid en vrouwelijkheid

Structurele integratie= wat de sociaal economische positie is van de allochtoon
Sociaal culturele integratie= hoe groot zijn de cultuurverschillen.
Secularisering= verminderen van de invloed van godsdienst
Individualisering= een grotere vrijheid om zelf beslissingen te nemen los van groepsbinding
Democratisering= het loskomen van vanzelfsprekende gezagdverhoudingen ten gunste van
gelijkwaardiger verhouding.
Emancipatie=het veranderen van de verhouding naar machtsgelijkheid tussen man en vrouw in
opvoeding huishouding en maatschappij.
Verlichtingswaarden = 6 gemeenschappelijk grondwaarden van de westerse cultuur ( Guilleaud)
voortgekomen uit griekse joodse en christelijke cultuur: geloof in de toekomst, gelijkheid, rede
redelijkheid,universaliteit (geld voor iedereen), individualiteit, rechtvaardigheid.
Verlichtingswaarden Worden gezien als garantie voor een open samenleving waar ruimte is.
Tegenwaarde=kritiek op de verlichtingswaarden uit de premoderne tijd die voortkomen uit eerbied
voor het verleden.: eerbied voor verleden, hiërarchie, traditie, particularisme ( geld voor de ene
groep anders dan voor de andere) collectiviteit, privileges.

Cultuurrelativisme= de visie waarin culturen als gelijkwaardig worden gezien, waarbij andere
culturen gerespecteerd worden en andere mensen de ruimte krijgen om hun cultuur te behouden.

Stereotype= sterk veralgemeniseert versimpeld beeld van een groep mensen.
Zodra hier een waarde aan gekoppeld wordt ontstaat er een vooroordeel.
Selectieve waarneming= het verbinden van eerdere ervaringen om zo een beeld te creëren

Etnocentrisme =eigen cultuur als gewoon beschouwen en andere culturen hiermee vergelijken/af te
keuren.
Racisme=samenhangend stelsel van negatieve ideeën over een ander ras of over andere rassen.

Subcultuur= zodra er op sommige punten duidelijk van de dominante cultuur wordt afgeweken.
Free
Get access to the full document:
Download

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
mthwillemsen
3.0
(1)

Get to know the seller

Seller avatar
mthwillemsen Juridische Hogeschool
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
7
Member since
2 year
Number of followers
4
Documents
3
Last sold
2 year ago

3.0

1 reviews

5
0
4
0
3
1
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions