Communicatieve vaardigheden
lesweek 1
de manier om daadwerkelijk gedragsverandering te realiseren, is het bevorderen van de intrinsieke
motivatie. Je stopt pas met iets als je zelf gezondheidsproblemen ervaart; het werkt minder goed als
mensen tegen je zeggen dat het niet goed is.
Bij deze vorm van motiveren is er aandacht voor alle fasen van de gedragsverandering.
Als je patiënten extrinsiek motiveert om bijvoorbeeld uit bed te komen of te revalideren, dan doen
ze wat er gevraagd wordt voor jou, omdat jij zo stimulerend bent. Je bent dan echter genoodzaakt
om hen de volgende dag weet te motiveren.
Motiverende gespreksvoering bestaat uit twee stappen:
-[ ] het ontwikkelen van de motivatie van de patiënt om te veranderen.
-[ ] het versterken van het vertrouwen in eigen kunnen.
Zowel in fase 1 als in fase 2 zijn de volgende communicatieve vaardigheden belangrijk:
-[ ] explorerend luisteren door open vragen te stellen en te reflecteren.
-[ ] tussentijds ordenend samenvatten.
-[ ] motiverend communiceren door selectief positief te bekrachtigen.
Patiënten doorlopen een aantal motivationele fasen als zij hun intentie en (gezondheids)gedrag
willen gaan veranderen.
Stages of change, transtheoretisch model:
-[ ] precontemplatie: geen gedragsverandering overwegen.
-[ ] contemplatie: gedragsverandering overwegen op lange termijn.
-[ ] preparatie: gedragsverandering overwegen op korte termijn.
-[ ] actie: gedragsverandering starten.
-[ ] consolidatie: gedragsverandering geruime tijd gecontinueerd.
Om de motivatie te verhogen, kun je als verpleegkundige de veranderingstechnieken self-monitoring
en self-reevaluation gebruiken.
Bij self-monitoring houdt de patiënt een schriftje bij waarin hij belangrijke symptomen beschrijft,
waardoor hij zich meer bewust wordt van zijn klachten en frequentie waarin deze voorkomen.
Bij self-reevaluation schrijft de patiënt de voor- en nadelen op van het wel en niet aanleren van het
gedrag dat gewenst is met betrekking tot zelfmanagement.
lesweek 1
de manier om daadwerkelijk gedragsverandering te realiseren, is het bevorderen van de intrinsieke
motivatie. Je stopt pas met iets als je zelf gezondheidsproblemen ervaart; het werkt minder goed als
mensen tegen je zeggen dat het niet goed is.
Bij deze vorm van motiveren is er aandacht voor alle fasen van de gedragsverandering.
Als je patiënten extrinsiek motiveert om bijvoorbeeld uit bed te komen of te revalideren, dan doen
ze wat er gevraagd wordt voor jou, omdat jij zo stimulerend bent. Je bent dan echter genoodzaakt
om hen de volgende dag weet te motiveren.
Motiverende gespreksvoering bestaat uit twee stappen:
-[ ] het ontwikkelen van de motivatie van de patiënt om te veranderen.
-[ ] het versterken van het vertrouwen in eigen kunnen.
Zowel in fase 1 als in fase 2 zijn de volgende communicatieve vaardigheden belangrijk:
-[ ] explorerend luisteren door open vragen te stellen en te reflecteren.
-[ ] tussentijds ordenend samenvatten.
-[ ] motiverend communiceren door selectief positief te bekrachtigen.
Patiënten doorlopen een aantal motivationele fasen als zij hun intentie en (gezondheids)gedrag
willen gaan veranderen.
Stages of change, transtheoretisch model:
-[ ] precontemplatie: geen gedragsverandering overwegen.
-[ ] contemplatie: gedragsverandering overwegen op lange termijn.
-[ ] preparatie: gedragsverandering overwegen op korte termijn.
-[ ] actie: gedragsverandering starten.
-[ ] consolidatie: gedragsverandering geruime tijd gecontinueerd.
Om de motivatie te verhogen, kun je als verpleegkundige de veranderingstechnieken self-monitoring
en self-reevaluation gebruiken.
Bij self-monitoring houdt de patiënt een schriftje bij waarin hij belangrijke symptomen beschrijft,
waardoor hij zich meer bewust wordt van zijn klachten en frequentie waarin deze voorkomen.
Bij self-reevaluation schrijft de patiënt de voor- en nadelen op van het wel en niet aanleren van het
gedrag dat gewenst is met betrekking tot zelfmanagement.