100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Kennisbasis taal + oefenvragen

Rating
-
Sold
3
Pages
14
Uploaded on
18-01-2023
Written in
2022/2023

In dit document lees je een volledige samenvatting van het boek basiskennis taalonderwijs (2e druk). Deze samenvatting is alles wat je nodig hebt om de kennisbasistoets taal te halen. Ook bevat mijn samenvatting meerkeuzevragen zodat je direct kunt oefenen na elk hoofdstuk. (Ik heb de toets gehaald met een 9)

Show more Read less
Institution
Course









Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Summarized whole book?
Yes
Uploaded on
January 18, 2023
Number of pages
14
Written in
2022/2023
Type
Summary

Subjects

Content preview

1. TAALONDERWIJS EN TAAL

Beginnende geletterdheid: het vermogen om schriftelijke taal te begrijpen en te gebruiken.
stadia:
- ontluikende geletterdheid: 0 t/m 4 jaar.
- beginnende geletterdheid: groepen 1 t/m 3.
- gevorderde geletterdheid: na groep 3.

Aanvankelijk lezen is een belangrijk onderdeel van de beginnende geletterdheid. Bij aanvankelijk
lezen leren de leerlingen de beginselen van het aanvankelijk lezen.

Taalfuncties:
1. Sociale taalfuncties:
- zelfhandhaving: voor jezelf opkomen.
- zelfsturing: aankondigen van plannen – ik ga naar de bakker.
- sturing van anderen: het gedrag van anderen beïnvloeden.
- structurering van het gesprek: gespreksverloop beïnvloeden.
2. Conceptualiserende of cognitieve functie:
- rapporteren: Je hebt iets meegemaakt of gezien en hier vertel je over.
- redeneren: Je gaat een stapje verder dan beschrijven, je kunt dit doen door in chronologische
volgorde te ordenen / relaties te leggen / probleem op te lossen.
- projecteren: Je probeert je te verplaatsen in de gevoelens van een ander.
3. Expressieve taalfunctie:
Je gevoelens uiten door middel van taal.

Taal is een recursief systeem: zichzelf herhalend proces. In de zin ’ik vermoed dat hij liegt’ zit de zin
‘hij liegt’. Zo kunnen wij de zinnen oneindig lang maken.

Meerkeuzevraag:
1. Hieronder staat een rijtje met woordjes. Op welk domein van het taalonderwijs heeft de oefening
betrekking?
eieren
kinderen
kuieren

A: woordenschat
B: begrijpend lezen
C: voortgezet technisch lezen
D beginnende geletterdheid.

, 2. MONDELINGE TAALVAARDIGHEID
Fonologie = klankleer.
Fonemen vind je door het woord te ‘hakken’. Bijv:
• Gaat over wat je hoort. Denk aan telefoon: dat hoor je.
– boot: b-oo-t (3)
– struik: s-t-r-ui-k (5)
– boerenkool: b-oe-r-e-n-k-oo-l (8)
– Schrijven: s-ch-r- ij-v- e-n (7)
Grafemen zijn de tekens om de gevonden klanken op te schrijven
• Gaat over schrift, iets wat op papier staat/ geschreven is.
• Er zijn meestal evenveel fonemen als grafemen in een woord, behalve bij taxi, dia (De J in dia telt als
+1)

Morfologie = de opbouw van woorden.
Morfologie: woordvorming
• Bouwstenen voor een woord, bijv.
– vertrouwen: 3 morfemen: ver-trouw-en
• Vrije morfemen: woord kun je niet verder opdelen (paard, huis, klein)
• Gebonden morfeem: altijd aan een ander morfeem (be, ver: voor- en achtervoegsels)
– brood: 1 vrij morfeem
– broodje: 1 vrij en 1 gebonden morfeem
– broodbak: 2 vrije morfemen
• Samenstelling: van twee woorden een nieuw woord maken (woonboot)
• Afleiding: Bij een afleiding word een gebonden morfeem aan woord toevoegen aan een woord, dit
vormt daarna een nieuw zelfstandig woord. voeg je -ig toe aan nat dan krijg je nattig. Weiger en -ing
wordt weigering.
• Verbuiging: gebonden morfeem aan woord toevoegen, vormt geen zelfstandig woord maar is
gewoon verbogen. Woordsoort blijft gelijk. Trappen van vergelijking, meervoud, verkleinwoorden
(huisje, lichter, lichtst, manden)
• Vervoeging: werkwoorden (werken, werkte, gewerkt)
> moeite met woordvorming: Ze heb geknepen i.p.v. ze heeft geknepen.

Syntax = leer van de zinopbouw.
• Woordvolgorde van zinsdelen en woordgroepen is taalspecifiek:
– Ik geef de pop een knuffel
– De grote boom (…) (niet: boom grote de)
• Zinsontleding en woord benoemen
voorbeeld:
Alleen hij zei dat hij van haar hield
Hij alleen zei dat hij van haar hield
Hij zei alleen dat hij van haar hield
Hij zei dat alleen hij van haar hield
Hij zei dat hij alleen van haar hield
> praktijkvoorbeeld: laat de leerlingen woorden in een foute zin in de goede volgorde zetten.

Semantiek = de betekenis
• Synoniem (dezelfde betekenis: pagina/ bladzijde)
• Antoniem (tegenovergestelde: warm/ koud)
• Hyperoniem (overkoepeld begrip) vervoersmiddel > fiets
• Hyponiem (subcategorie: de lepel bij bestek) (hier hoort ook hyperoniem bij)

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
Fleurvanlaarr Saxion Hogeschool
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
143
Member since
4 year
Number of followers
109
Documents
18
Last sold
1 month ago

3.9

16 reviews

5
6
4
4
3
5
2
0
1
1

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions