Hoofdstuk 10 De tijd van televisie en computer
10.1 Dekolonisatie (Blz. 138)
In dit paragraaf leer je:
- Hoe de dekolonisatie van Brits-Indië plaatsvond
- Hoe andere landen in Azië onafhankelijk werden
- Hoe landen in het Midden-Oosten onafhankelijk werden
- Hoe landen in Afrika onafhankelijk werden
Kenmerkend aspect:
- De dekolonisatie die een eind maakte aan de westerse hegemonie in de wereld
Gaat over de dekolonisatie die een eind maakte aan de westerse hegemonie in de wereld. Groot-Brittannië liep
voorop bij de dekolonisatie. In 1947 verleende dit land onafhankelijkheid aan India en Pakistan. Ook in het midden
oosten eindigde de westerse hegemonie al snel. In Afrika duurde dit langer, maar in 1965 was bijna heel Afrika
gedekoloniseerd. Soms ging de dekolonisatie met veel geweld gepaard, zoals in Indonesië waar Nederland 2
politionele acties uitvoerde.
Begrippen van 10.1 Dekolonisatie
Hegemonie= overwicht
Politionele acties= Nederlandse benaming van militaire operaties in Indonesië (1947-1949)
Zionist= aanhanger van joods nationalisme
, 10.2 De Koude Oorlog (Blz. 141)
In dit paragraaf leer je:
- Hoe en waardoor de Koude Oorlog begon
- Hoe de Koude Oorlog een wereldwijd conflict werd
- Hoe perioden van ontspanning en spanning elkaar afwisselden
- Hoe de Koude Oorlog eindigde
Kenmerkend aspect:
- De verdeling van de wereld in twee ideologische blokken in de greep van een wapenwedloop en de daaruit
voortvloeiende dreiging van een atoomoorlog
Gaat over de verdeling van de wereld in 2 ideologische blokken in de greep van de wapenwetloop en de daardoor
voortvloeiende dreiging van een atoomoorlog. Na 1945 werden de twee supermachten, de VS en de Sovjet-Unie
elkaars vijanden. Er brak een nucleaire wapenwedloop uit, andere landen raakten bij het conflict betrokken, zo
ontstonden twee machtsblokken het Oostblok en het Vrije westen. Periode van spanning en ontspanning (Detente)
wisselden elkaar af. De koude oorlog eindigde in 1990, toen de Sovjet-Unie politiek en economisch instortte.
Begrippen van 10.2 De Koude Oorlog
Atoomoorlog= (Kernoorlog) oorlog met atoombommen (Kernwapens, nucleaire wapens)
Blokvorming= Ontstaan van vijandige groepen landen
Containment= (indamming) Amerikaanse politiek tegen het communisme
Derdewereldland= ontwikkelingsland (buiten de twee blokken in de tijd van de Koude Oorlog)
Dominotheorie= idee dat als één land communistisch werd, er meer zouden volgen
Intercontinentale raketten= raketten voor kernwapens met een groot bereik
Ijzeren Gordijn= gesloten grens tussen het communistische en niet-communistische deel van Europa
Kernwapen= atoomwapen
Koude Oorlog= vijandschap tussen de Sovjet-Unie en de VS en hun bondgenoten (1945-1989)
Marshallhulp= Amerikaanse financiële en economische hulp aan West- en Zuid-Europa (vanaf 1947)
Middellangeafstandsraketten= raketten met een bereik tot 5500 kilometer
NAVO= westers militair bondgenootschap
Nucleair= met kernwapens
Ontspanning (detente)= verminderde spanning tussen de Sovjet-Unie en de VS
Oostblok= blok van communistische Europese landen onder leiding van de Sovjet-Unie
Supermacht= zeer machtig land
Vreedzame co-existentie= in vrede naast elkaar bestaan
Vrije Westen= democratische westerse landen
Warschaupact= militair bondgenootschap van het Oostblok
10.1 Dekolonisatie (Blz. 138)
In dit paragraaf leer je:
- Hoe de dekolonisatie van Brits-Indië plaatsvond
- Hoe andere landen in Azië onafhankelijk werden
- Hoe landen in het Midden-Oosten onafhankelijk werden
- Hoe landen in Afrika onafhankelijk werden
Kenmerkend aspect:
- De dekolonisatie die een eind maakte aan de westerse hegemonie in de wereld
Gaat over de dekolonisatie die een eind maakte aan de westerse hegemonie in de wereld. Groot-Brittannië liep
voorop bij de dekolonisatie. In 1947 verleende dit land onafhankelijkheid aan India en Pakistan. Ook in het midden
oosten eindigde de westerse hegemonie al snel. In Afrika duurde dit langer, maar in 1965 was bijna heel Afrika
gedekoloniseerd. Soms ging de dekolonisatie met veel geweld gepaard, zoals in Indonesië waar Nederland 2
politionele acties uitvoerde.
Begrippen van 10.1 Dekolonisatie
Hegemonie= overwicht
Politionele acties= Nederlandse benaming van militaire operaties in Indonesië (1947-1949)
Zionist= aanhanger van joods nationalisme
, 10.2 De Koude Oorlog (Blz. 141)
In dit paragraaf leer je:
- Hoe en waardoor de Koude Oorlog begon
- Hoe de Koude Oorlog een wereldwijd conflict werd
- Hoe perioden van ontspanning en spanning elkaar afwisselden
- Hoe de Koude Oorlog eindigde
Kenmerkend aspect:
- De verdeling van de wereld in twee ideologische blokken in de greep van een wapenwedloop en de daaruit
voortvloeiende dreiging van een atoomoorlog
Gaat over de verdeling van de wereld in 2 ideologische blokken in de greep van de wapenwetloop en de daardoor
voortvloeiende dreiging van een atoomoorlog. Na 1945 werden de twee supermachten, de VS en de Sovjet-Unie
elkaars vijanden. Er brak een nucleaire wapenwedloop uit, andere landen raakten bij het conflict betrokken, zo
ontstonden twee machtsblokken het Oostblok en het Vrije westen. Periode van spanning en ontspanning (Detente)
wisselden elkaar af. De koude oorlog eindigde in 1990, toen de Sovjet-Unie politiek en economisch instortte.
Begrippen van 10.2 De Koude Oorlog
Atoomoorlog= (Kernoorlog) oorlog met atoombommen (Kernwapens, nucleaire wapens)
Blokvorming= Ontstaan van vijandige groepen landen
Containment= (indamming) Amerikaanse politiek tegen het communisme
Derdewereldland= ontwikkelingsland (buiten de twee blokken in de tijd van de Koude Oorlog)
Dominotheorie= idee dat als één land communistisch werd, er meer zouden volgen
Intercontinentale raketten= raketten voor kernwapens met een groot bereik
Ijzeren Gordijn= gesloten grens tussen het communistische en niet-communistische deel van Europa
Kernwapen= atoomwapen
Koude Oorlog= vijandschap tussen de Sovjet-Unie en de VS en hun bondgenoten (1945-1989)
Marshallhulp= Amerikaanse financiële en economische hulp aan West- en Zuid-Europa (vanaf 1947)
Middellangeafstandsraketten= raketten met een bereik tot 5500 kilometer
NAVO= westers militair bondgenootschap
Nucleair= met kernwapens
Ontspanning (detente)= verminderde spanning tussen de Sovjet-Unie en de VS
Oostblok= blok van communistische Europese landen onder leiding van de Sovjet-Unie
Supermacht= zeer machtig land
Vreedzame co-existentie= in vrede naast elkaar bestaan
Vrije Westen= democratische westerse landen
Warschaupact= militair bondgenootschap van het Oostblok