Hoofdstuk 2 Duitsland in Europa
2.1 Interbellum en Tweede Wereldoorlog (1918-1945)
In dit paragraaf leer je:
- Waardoor de Duitse democratie na de Eerste wereldoorlog wankel was
- Hoe en waardoor de nazi’s aan de macht kwamen
- Hoe Nazi-Duitsland werd bestuurd
- Hoe de tweede wereldoorlog ontstond en wat er gebeurde in landen onder Duitse
heerschappij
Leidende vraag:
- Wat leidde tot de opkomst van het nationaalsocialisme en welke gevolgen had dit voor
Duitsland en Europa (1918-1945)?
Gaat over de periode van 1918 tot 1945. De leidende vraag is: “Wat leidde tot de opkomst van het
nationaalsocialisme en welke gevolgen had dit voor Duitsland en Europa (1918-1945)?”. In 1918
kreeg Duitsland een democratische regering (Republiek van Weimar), maar de nieuwe leiders kregen
weinig steun. Het verdrag van Versailles werd door velen als verraad gezien. In 1923 was er een
enorme inflatie, daarna ging het economisch beter. In 1929 brak de wereldcrisis uit en stortte de
Duitse economie in. In 1932 won de nationaalsocialistische NSDAP de verkiezingen. Hierna grepen
de Nazi’s de macht, met terreur en propaganda werd de samenleving genazificeerd (nazificatie). In
1939 begon de Tweede Wereldoorlog, Duitse troepen bezette grote delen van Europa. Overal moest
de bevolking dwangarbeid verrichten (arbeidsinzet (Arbeitseinsatz). Miljoenen joden werden
stelselmatig vermoord de oorlog eindigde in 1945 toen Nazi Duitsland zich onvoorwaardelijk
overgaf.
Begrippen van 2.1 Interbellum en Tweede Wereldoorlog (1918-1945)
Arbeidsdienst= soort ongewapende dienstplicht in het land (in Nederland vanaf 1940)
Arbeidsinzet= (arbeitseinsatz), de verplichting van mannen van 17 tot 40 jaar om in Duitsland te
werken (in Nederland vanaf 1942)
Conferentie van München= bijeenkomst van de regeringsleiders Hitler, Mussolini, Chamberlain en
Daladier (Frankrijk), waarin de laatste twee toestemden in de Duitse annexatie van Sudetenland in
Tsjecho-Slowakije (1938)
Dawesplan= plan met Amerikaanse leningen aan Duitsland voor economisch herstel (vanaf 1924)
Dolkstootlegende= onjuiste complottheorie dat Duitsland de Eerste Wereldoorlog niet had verloren,
maar ten onder was gegaan door het verraad van democratische leiders, socialistische arbeiders en
soldaten
Extremist= iemand die tot het uiterste gaat
Machtigingswet= noodwet die de nazi’s de absolute macht gaven en democratie van de Republiek
van Weimar beëindigde (23 maart 1933)
Nazifactie= de opbouw van de nazidictatuur
Paramilitair= op militair lijkend
Republiek van Weimar= Duitse democratische republiek (1919-1933)
Rijksdagbrand= aangestoken brand van het Duitse parlementsgebouw (27 februari 1933)
Verdrag van Versailles= vredesverdrag waarmee de Eerste Wereldoorlog werd afgesloten (1919)
Volksgemeinschaft= volksgemeenschap
2.1 Interbellum en Tweede Wereldoorlog (1918-1945)
In dit paragraaf leer je:
- Waardoor de Duitse democratie na de Eerste wereldoorlog wankel was
- Hoe en waardoor de nazi’s aan de macht kwamen
- Hoe Nazi-Duitsland werd bestuurd
- Hoe de tweede wereldoorlog ontstond en wat er gebeurde in landen onder Duitse
heerschappij
Leidende vraag:
- Wat leidde tot de opkomst van het nationaalsocialisme en welke gevolgen had dit voor
Duitsland en Europa (1918-1945)?
Gaat over de periode van 1918 tot 1945. De leidende vraag is: “Wat leidde tot de opkomst van het
nationaalsocialisme en welke gevolgen had dit voor Duitsland en Europa (1918-1945)?”. In 1918
kreeg Duitsland een democratische regering (Republiek van Weimar), maar de nieuwe leiders kregen
weinig steun. Het verdrag van Versailles werd door velen als verraad gezien. In 1923 was er een
enorme inflatie, daarna ging het economisch beter. In 1929 brak de wereldcrisis uit en stortte de
Duitse economie in. In 1932 won de nationaalsocialistische NSDAP de verkiezingen. Hierna grepen
de Nazi’s de macht, met terreur en propaganda werd de samenleving genazificeerd (nazificatie). In
1939 begon de Tweede Wereldoorlog, Duitse troepen bezette grote delen van Europa. Overal moest
de bevolking dwangarbeid verrichten (arbeidsinzet (Arbeitseinsatz). Miljoenen joden werden
stelselmatig vermoord de oorlog eindigde in 1945 toen Nazi Duitsland zich onvoorwaardelijk
overgaf.
Begrippen van 2.1 Interbellum en Tweede Wereldoorlog (1918-1945)
Arbeidsdienst= soort ongewapende dienstplicht in het land (in Nederland vanaf 1940)
Arbeidsinzet= (arbeitseinsatz), de verplichting van mannen van 17 tot 40 jaar om in Duitsland te
werken (in Nederland vanaf 1942)
Conferentie van München= bijeenkomst van de regeringsleiders Hitler, Mussolini, Chamberlain en
Daladier (Frankrijk), waarin de laatste twee toestemden in de Duitse annexatie van Sudetenland in
Tsjecho-Slowakije (1938)
Dawesplan= plan met Amerikaanse leningen aan Duitsland voor economisch herstel (vanaf 1924)
Dolkstootlegende= onjuiste complottheorie dat Duitsland de Eerste Wereldoorlog niet had verloren,
maar ten onder was gegaan door het verraad van democratische leiders, socialistische arbeiders en
soldaten
Extremist= iemand die tot het uiterste gaat
Machtigingswet= noodwet die de nazi’s de absolute macht gaven en democratie van de Republiek
van Weimar beëindigde (23 maart 1933)
Nazifactie= de opbouw van de nazidictatuur
Paramilitair= op militair lijkend
Republiek van Weimar= Duitse democratische republiek (1919-1933)
Rijksdagbrand= aangestoken brand van het Duitse parlementsgebouw (27 februari 1933)
Verdrag van Versailles= vredesverdrag waarmee de Eerste Wereldoorlog werd afgesloten (1919)
Volksgemeinschaft= volksgemeenschap