Catalina Van Deuren
Interieurgeschiedenis 1
1. Inleiding
1.1 Eindcompetenties
- De student heeft inzicht in de geschiedenis van het fenomeen interieur: als
architecturale vorm, als woonvormen, producten en meubelen en kan een interieur
analyseren in de culturele context.
- De student herkent een type interieur meubel, voorwerp, stijlperiode, stroming,
afwerkingstechniek, planopbouw aan de hand van een foto en kan het
benoemen.
- De student kan verbanden leggen tussen kenmerken en periodes, materialen en
evoluties.
- De student begrijpt de belangrijkste maatschappelijke factoren en evoluties in de
bijhorende tijdsse gment.
1.2 Inhoud van de cursus
- Inzicht in de geschiedenis van het interieur, chronologische tijdslijn a.d.h.v.
beeldmateriaal kenmerken van de interieurs
- Situering van het interieurontwerp en zijn evolutie in een globaal historisch
referentiekader: bredere context van de architectuur, technische en
wetenschappelijke innovaties, het theoretisch discours en de maatschappelijke
evoluties.
- Wisselwerking tussen tijdsgeest en ontwerpers ideeën: de ontwerper als
consument én producent van ideeën, beelden en vormen.
1.3 Wat is interieur doorheen de eeuwen?
- Evolutie van het interieur?
- Concept en omvang van het interieur?
- Vormgeving van het interieur?
- Betekenis?
1.3 Interieurgeschiedenis
Interieurgeschiedenis is de ruimtelijke ontwerpdiscipline die focust op het ontwerpen van
de directe leefomgeving.
→ Onderzoekt en geeft vorm aan de relatie tussen de gebruiker en de gebouwde omgeving,
zij exploreert de ‘interieure’ ruimte.
(Deze ‘interieure’ ruimte omvat zowel de concrete omsloten ruimte, ‘the space in-between’
en de beleving van de ruimte.)
1
,Interieurgeschiedenis - IABA 1 - Catalina Van Deuren
1.4 Methodiek
2. Prehistorie
(Ca. 15.000 VC – 10.000 VC)
Grotten van Altamira en Lascaux
Grotten van Altamira Grotten van Lascaux
Deze grotten waren de eerste en oudste verblijfplaatsen van de mens die gevonden en
onderzocht zijn. Ze vormden een tijdelijke woonplaats, de mens bewoog mee met de
seizoenen. Er werden resten van primitieve meubelen gevonden, zoals aardewerk,
zitplaatsen, potscherven.
Ze maakten een soort tijdelijke constructie in de grotten. Hij werd verdeeld in 2 zones. Een
‘buitenzone’, die gericht werd op jacht en sterrenkunde (mannen) en een ‘binnenzone’, die
gericht werd op vruchtbaarheid (vrouwen). Ze namen de constructies die ze maakten mee
van grot naar grot. Zo was er een sociale constructie.
2
, Interieurgeschiedenis - IABA 1 - Catalina Van Deuren
Dankzij de muurschilderingen kan men afleiden hoe de grotten bewoond werden en hoe
men de schilderingen maakten. Er ontstaat een soort communicatie. De verf is gemaakt
van water, dierlijke vetten en natuurlijke pigmenten. Muurschilderingen zijn goed bewaard
omdat de grotten goed gesloten waren (geen daglicht).
- verfkwast = penselen gemaakt van mos en boombast
- verfspuit = holle botjes
- gebruik van natuurlijke vorm (grot)
Mensen zijn niet vaak afgebeeld op de muurschilderingen, soms als stokmannetje
(schematisch)
Dieren worden heel typisch en levensgroot afgebeeld
⇒ mensen zagen zichzelf niet als even belangrijk/ mensen geloofden dat elke vorm een
goddelijke kwaliteit heeft behalve zichzelf/ weinig kennis van anatomie
Betekenis
- educatieve hulpmiddelen = ouderen gebruiken als leermiddel
- communicatie met de goden = goede jacht/ smeekbeden …
- magische betekenis van dieren = eerste mens zocht betekenis in interieur
Leren van het verleden - duurzaamheid:
- Als we terugkijken naar het verleden kunnen we leren van onze voorganger.
- Hergebruik van materialen wanneer je verplaatst (materiaal waarderen en
onderhouden).
- Natuurlijke grondstoffen ter plaatse (her)gebruiken.
- Bestaan gegeven (her)gebruiken als buitenschil → herbestemming in plaats van
afbreken en iets anders bouwen.
3. Neolithicum
Verschillende soorten woningen
3
Interieurgeschiedenis 1
1. Inleiding
1.1 Eindcompetenties
- De student heeft inzicht in de geschiedenis van het fenomeen interieur: als
architecturale vorm, als woonvormen, producten en meubelen en kan een interieur
analyseren in de culturele context.
- De student herkent een type interieur meubel, voorwerp, stijlperiode, stroming,
afwerkingstechniek, planopbouw aan de hand van een foto en kan het
benoemen.
- De student kan verbanden leggen tussen kenmerken en periodes, materialen en
evoluties.
- De student begrijpt de belangrijkste maatschappelijke factoren en evoluties in de
bijhorende tijdsse gment.
1.2 Inhoud van de cursus
- Inzicht in de geschiedenis van het interieur, chronologische tijdslijn a.d.h.v.
beeldmateriaal kenmerken van de interieurs
- Situering van het interieurontwerp en zijn evolutie in een globaal historisch
referentiekader: bredere context van de architectuur, technische en
wetenschappelijke innovaties, het theoretisch discours en de maatschappelijke
evoluties.
- Wisselwerking tussen tijdsgeest en ontwerpers ideeën: de ontwerper als
consument én producent van ideeën, beelden en vormen.
1.3 Wat is interieur doorheen de eeuwen?
- Evolutie van het interieur?
- Concept en omvang van het interieur?
- Vormgeving van het interieur?
- Betekenis?
1.3 Interieurgeschiedenis
Interieurgeschiedenis is de ruimtelijke ontwerpdiscipline die focust op het ontwerpen van
de directe leefomgeving.
→ Onderzoekt en geeft vorm aan de relatie tussen de gebruiker en de gebouwde omgeving,
zij exploreert de ‘interieure’ ruimte.
(Deze ‘interieure’ ruimte omvat zowel de concrete omsloten ruimte, ‘the space in-between’
en de beleving van de ruimte.)
1
,Interieurgeschiedenis - IABA 1 - Catalina Van Deuren
1.4 Methodiek
2. Prehistorie
(Ca. 15.000 VC – 10.000 VC)
Grotten van Altamira en Lascaux
Grotten van Altamira Grotten van Lascaux
Deze grotten waren de eerste en oudste verblijfplaatsen van de mens die gevonden en
onderzocht zijn. Ze vormden een tijdelijke woonplaats, de mens bewoog mee met de
seizoenen. Er werden resten van primitieve meubelen gevonden, zoals aardewerk,
zitplaatsen, potscherven.
Ze maakten een soort tijdelijke constructie in de grotten. Hij werd verdeeld in 2 zones. Een
‘buitenzone’, die gericht werd op jacht en sterrenkunde (mannen) en een ‘binnenzone’, die
gericht werd op vruchtbaarheid (vrouwen). Ze namen de constructies die ze maakten mee
van grot naar grot. Zo was er een sociale constructie.
2
, Interieurgeschiedenis - IABA 1 - Catalina Van Deuren
Dankzij de muurschilderingen kan men afleiden hoe de grotten bewoond werden en hoe
men de schilderingen maakten. Er ontstaat een soort communicatie. De verf is gemaakt
van water, dierlijke vetten en natuurlijke pigmenten. Muurschilderingen zijn goed bewaard
omdat de grotten goed gesloten waren (geen daglicht).
- verfkwast = penselen gemaakt van mos en boombast
- verfspuit = holle botjes
- gebruik van natuurlijke vorm (grot)
Mensen zijn niet vaak afgebeeld op de muurschilderingen, soms als stokmannetje
(schematisch)
Dieren worden heel typisch en levensgroot afgebeeld
⇒ mensen zagen zichzelf niet als even belangrijk/ mensen geloofden dat elke vorm een
goddelijke kwaliteit heeft behalve zichzelf/ weinig kennis van anatomie
Betekenis
- educatieve hulpmiddelen = ouderen gebruiken als leermiddel
- communicatie met de goden = goede jacht/ smeekbeden …
- magische betekenis van dieren = eerste mens zocht betekenis in interieur
Leren van het verleden - duurzaamheid:
- Als we terugkijken naar het verleden kunnen we leren van onze voorganger.
- Hergebruik van materialen wanneer je verplaatst (materiaal waarderen en
onderhouden).
- Natuurlijke grondstoffen ter plaatse (her)gebruiken.
- Bestaan gegeven (her)gebruiken als buitenschil → herbestemming in plaats van
afbreken en iets anders bouwen.
3. Neolithicum
Verschillende soorten woningen
3
