100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting + notities

Rating
-
Sold
-
Pages
116
Uploaded on
10-01-2023
Written in
2022/2023

Alle hoofdstukken + notities

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
January 10, 2023
Number of pages
116
Written in
2022/2023
Type
Summary

Subjects

Content preview

2020-
2021




Differentiële psychologie
Samenvatting

,DISPOSITIONELE DOMEIN
PERSOONLIJKHEIDSTREKKEN OVER DE TIJD: STABILITEIT VS. VERANDERING

 Belangrijke vragen:
o Hoe evolueert persoonlijkheid doorheen iemands leven?
o Hoe stabiel zijn verschillen tussen mensen doorheen de tijd?
o Wat verandert er, wat blijft stabiel?
o Kan je van kleinsaf al in verschillen tussen kinderen, latere verschillen zien in volwassenheid?

1. CONCEPTUELE BEGRIPPEN

 Persoonlijkheidsontwikkeling
 Stabiliteit
 Verandering



1.1 WAT IS PERSOONLIJKHEIDSONTWIKKELING?
 De samenhang, consistentie en stabiliteit (kern) van eigenschappen van mensen doorheen de tijd, EN
de wijzen waarop mensen veranderen over de tijd:
o Voorbeeld: denk zelf terug aan je kindertijd, welke dingen zijn nu anders? Of net helemaal
niet?
 Er zijn veel verschillende vormen van zowel stabiliteit als verandering

 Persoonlijkheidsontwikkeling is:
o De consistentie en stabiliteit van eigenschappen van mensen doorheen de tijd.
 Trek is stabiel maar uiting veranderd
o En de wijze waarop mensen veranderen in de tijd.

1.2 TWEE VORMEN VAN STABILITEIT
 Rangorde stabiliteit >< gemiddelde niveau stabiliteit
o Rangorde stabiliteit: Je relatieve positie tov andere = dezelfde doorheen de tijd
 → Individuele vergelijking t.o.v. andere
 Bv. lengte
 Bv. Agressie
 Als niet: rangorde wijziging
 Mogelijke examenvraag: Welke vorm is hier van toepassing, tussen de leeftijd van 14
– 20 jaar (grootte neemt toe) bij de kleinste in het begin, bij de kleinste op het
einde= dit blijft behouden tegen dat men volgroeid is! Meestal is dit zo, er zijn
natuurlijk altijd uitzonderingen!
o Gemiddelde niveau stabiliteit: bevolking blijft gemiddeld gezien op hetzelfde niveau over de
tijd heen. Ook al veroudert de bevolking!
 Kijken op bevolkingsniveau, naar de groep  mensen gaan vergelijken of iets
veranderd
 Bevolking blijft hetzelfde doorheen de tijd. We worden bv ouder maar agressie
veranderd niet (gemiddelde niveau stabiliteit)
 Ook gemiddelde niveau verandering  vb. conservatisme (oudere mensen worden
normaal gezien conservatiever)
1

,  + 2 voorbeelden ppt
o Gandhi  stabiliteit
o Stanley Williams  verandering

1.3 PERSOONLIJKHEIDSVERANDERING : TWEE DIFINIËRENDE KWALITEITEN
 Intern: de veranderingen zijn intern in de persoon, niet uitsluitend in de omgeving (in andere kamer
gaan is geen verandering) → niet uniek aan een omgeving
o Persoonlijkheidsverandering door de omgeving ≠ permanent. Er moet effectief iets
veranderen in de persoon zelf, als enkel het gedrag wijzigt afhankelijk van de groep is dit niet
legitiem!
o Bv. Andere omgeving, andere groep mensen, verschillend gedrag, maar intern geen
verandering:
 Autoritaire PH stijl: dominant en agressief t.o.v. minderen, onderdanig en
meelopend t.o.v. meerderen  kan zijn dat je bij ene persoon autoritair bent en bij
andere onderdanig, maar basis van autoritaire ph blijft = deze persoon respecteert
autoriteit en kan dus ook gedomineerd worden omwille van dit respect!

 Aanhoudend: de veranderingen houden voor lange tijd stand, doorheen de tijd → niet tijdelijk
o Persoonlijkheidsverandering door toestand ≠ permanent
o Bv. Wel tijdelijk
 Als dronken: meer extravert, agressief
 Als goed nieuws: uitgelaten
 Bij slecht nieuws: somber, terneergeslagen



 Consistent over tijd en locatie!!

2. DRIE NIVEAUS VAN ANALYSE

Stabiliteit en verandering in persoonlijkheid kunnen bekeken worden op 3 verschillende niveaus:

 Populatie niveau:
o = Veranderingen of constanties over de tijd die min of meer universeel zijn (voor iedereen
gelden)
 vb. Seksuele motivatie: neiging tot stijgen tijdens de puberteit bij zo goed als
iedereen
 Er is een algemene afname in impulsiviteit en risicogedrag naarmate men ouder
wordt
o = algemene trends (bv. afnamen impulsiviteit bij het ouder worden)

 Niveau van groepsverschillen:
o = Veranderingen/stabiliteit die anders of specifiek zijn voor een bepaalde groep mensen
 Vb. Puberteit: mannen (risicogedrag) en vrouwen (empathie)
 Cultuurverschillen: in Amerika Europese vrouwen risico eetstoornissen, minder risico
voor Afrikaanse vrouwen

 Niveau van individuele verschillen:
o = veranderingen die specifieke individuen treffen

2

,  Bv. verschillen tussen individuen die bepaalde veranderingen kunnen voorspellen,
zoals bv. wie een hoog risico heeft op psychische decompensatie op basis van
eerdere persoonlijkheidsmetingen voorspellen, bv. vroege markers van depressie
zoeken bij individuen, voorspellen wie ‘mid-life’ crisis zal hebben etc.




3. STABILITEIT VAN PERSOONLIJKHEIDSTREKKEN OVER DE TIJD

 Verschillende opvattingen mogelijk, bv.:

o “temperamentsmodel”: persoonlijkheid is biologisch bepaald (aangeboren en “gipsmodel”), en
verandert dus niet over de tijd
o Persoonlijkheid is onderhevig aan omgevingsfactoren en leeftijdsfasefactoren (rollen,
levensveranderingen etc.), en verandert dus sterk over de tijd => eerder verandering




3.1 STABILITEIT GEDURENDE DE EERSTE LEVENSJAREN
 Temperament: verwijst naar individuele verschillen die reeds vroeg tot uiting komen, meestal erfelijk
zijn, en veelal te maken hebben met emotioneel gedrag (‘arousal’), de algemene mate van uiting in
emotioneel gedrag (arousal) = biologisch
o Zaken die bij de baby bestudeerd worden behoren bijna allemaal tot het temperament

 Onderzoek (Rothbart, 1981/1986): beoordelen temperament van kinderen door verzorgers op basis
van 6 temperament factoren:
o Activiteitsniveau: bv bewegen van de armen
o Lachen: frequentie
o Angst: nieuwe stimulu kijken of er stress of vermijding plaatsvindt
o Stress reactie op beperking: mate waarin kind overstuur is wanneer het bv iets niet krijgt
o Troostbaarheid
o Oriëntatieduur (= aandacht): aandacht naar objecten
 = Aspecten die “meetbaar” zijn bij jonge baby’s, gemeten op verschillende leeftijden
(3-6-9-12 maanden)
 Tabel zie ppt: Correlaties tussen momenten (voor verschillende tijdsintervallen) over
personen, voor verschillende variabelen
o Conclusies uit onderzoek (Goldsmith & Rotbart, 1991):
 Al vroege stabiele verschillen tussen baby’s
 Stabiliteit eerste levensjaar = middelmatig hoog
 Over korte periodes → stabiliteit hoger
 Stabiliteit neemt toe met de leeftijd




1.1.1. STABILITEIT DOORHEEN DE KINDERJAREN
 Stabiliteitscoëfficiënt: correlatie tussen twee meetmomenten van hetzelfde gedrag.
o Stabiliteit over de tijd!
o Activiteitsniveau is relatief stabiel over de tijd heen
3
$5.32
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
stijnnker

Get to know the seller

Seller avatar
stijnnker Vrije Universiteit Brussel
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
1
Member since
2 year
Number of followers
1
Documents
2
Last sold
2 year ago

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions