Week 3A
Hoorcollege
Objectieve bestanddelen = Uiterlijk waarneembare feiten en omstandigheden
Subjectieve bestanddelen = Geestestoestand dader (opzet, culpa)
Doleuze delicten = Delicten waarbij opzet een vereiste is
Culpoze delicten = Delicten waarbij schuld een vereiste is
Literatuur
Rechters maken gebruik van twee type redeneringen als zij beslissen of opzet
kan worden bewezen:
1. Objectiveren = Aanwijzingen van opzettelijk of culpoos handelen kan worden
gevonden in de door de rechtbank vastgestelde gedragingen.
2. Normaliseren = Wat weten normale mensen en welke risico’s zouden zij
aanvaarden?
Het woord opzet dat is opgenomen in een delictsomschrijving heeft alleen
betrekking op de woorden die erna volgen.
Geobjectiveerde bestanddelen = Bestanddelen waarvoor opzet of schuld van de
dader niet bewezen hoeft te worden.
Juridisch aspecten = Wat voor juridische criteria hebben we?
Normatieve aspecten = Wat zijn de normen en waarden van de samenleving?
Kwalitatieve benadering = Juridische/ normatieve kant
Kwantitatieve benadering = Feitelijke/psychologische kant
Hoorcollege
Objectieve bestanddelen = Uiterlijk waarneembare feiten en omstandigheden
Subjectieve bestanddelen = Geestestoestand dader (opzet, culpa)
Doleuze delicten = Delicten waarbij opzet een vereiste is
Culpoze delicten = Delicten waarbij schuld een vereiste is
Literatuur
Rechters maken gebruik van twee type redeneringen als zij beslissen of opzet
kan worden bewezen:
1. Objectiveren = Aanwijzingen van opzettelijk of culpoos handelen kan worden
gevonden in de door de rechtbank vastgestelde gedragingen.
2. Normaliseren = Wat weten normale mensen en welke risico’s zouden zij
aanvaarden?
Het woord opzet dat is opgenomen in een delictsomschrijving heeft alleen
betrekking op de woorden die erna volgen.
Geobjectiveerde bestanddelen = Bestanddelen waarvoor opzet of schuld van de
dader niet bewezen hoeft te worden.
Juridisch aspecten = Wat voor juridische criteria hebben we?
Normatieve aspecten = Wat zijn de normen en waarden van de samenleving?
Kwalitatieve benadering = Juridische/ normatieve kant
Kwantitatieve benadering = Feitelijke/psychologische kant