WELVAART
PUNTENLIJSTJE
Nominaal inkomen per hoofd
Het nominaal inkomen is het inkomen dat je verdient in euro's. Nationaal inkomen per hoofd =
nationaal inkomen / inwoners.
Toegevoegde waarde
NBP BBP
BBP, objectieve methode = productiewaarde = toegevoegde waarde = omzet – onderlinge leveringen
BBP, subjectieve methode = productiewaarde = som van primaire inkomens + afschrijvingen
BBP, bestedingsmethode = C + I + O + E – M
NBP = BBP – afschrijvingen
AIQ
Afnemende meeropbrengst arbeid
Y* = A (K – L), opd 2.9
Potentiele productie
Economische kringloop
Overheidssaldo
Particulier/ nationaal spaarsaldo
Laag-/ hoogconjunctuur
Anticylisch/ procyclisch
Anti-cyclisch = maatregel of effect dat de natuurlijke conjuncturele beweging tegenwerkt.
Pro-cyclisch = maatregel of effect dat de natuurlijke conjuncturele beweging versterkt. Het zorgt voor
diepere dalen en hogere pieken. In een hoogconjunctuur kan de overheid dit doen door meer geld te
besteden en de economie zo verder te stimuleren. In een hoogconjunctuur is de geaggregeerde vraag
hoog, en extra overheidsbestedingen zorgen er dan voor dat de geaggregeerde vraag nog hoger
wordt. Op dezelfde manier werken lagere belastingen ook procyclisch in een hoogconjunctuur: zij
zorgen ervoor dat mensen meer geld kunnen besteden, en dus voor een hogere geaggregeerde vraag.
In een laagconjunctuur kan een overheid met een procyclisch beleid ervoor zorgen dat de
geaggregeerde vraag daalt. Een overheid kan bijvoorbeeld hogere belastingen invoeren of de
overheidsuitgaven verminderen. Dit zorgt ervoor dat de al lage geaggregeerde vraag nog verder daalt.
Verschil keynes en klassieken
Werkloosheid, werkgelegenheid
Conjunctureel, structureel
, Loonmatiging
Belangrijk!
Oorzaak -> gevolg
Beredeneren
Berekenen
Opdrachten met uitroepteken
Meerkeuzevragen
Transfer
CE vragen op LWEO
PUNTENLIJSTJE
Nominaal inkomen per hoofd
Het nominaal inkomen is het inkomen dat je verdient in euro's. Nationaal inkomen per hoofd =
nationaal inkomen / inwoners.
Toegevoegde waarde
NBP BBP
BBP, objectieve methode = productiewaarde = toegevoegde waarde = omzet – onderlinge leveringen
BBP, subjectieve methode = productiewaarde = som van primaire inkomens + afschrijvingen
BBP, bestedingsmethode = C + I + O + E – M
NBP = BBP – afschrijvingen
AIQ
Afnemende meeropbrengst arbeid
Y* = A (K – L), opd 2.9
Potentiele productie
Economische kringloop
Overheidssaldo
Particulier/ nationaal spaarsaldo
Laag-/ hoogconjunctuur
Anticylisch/ procyclisch
Anti-cyclisch = maatregel of effect dat de natuurlijke conjuncturele beweging tegenwerkt.
Pro-cyclisch = maatregel of effect dat de natuurlijke conjuncturele beweging versterkt. Het zorgt voor
diepere dalen en hogere pieken. In een hoogconjunctuur kan de overheid dit doen door meer geld te
besteden en de economie zo verder te stimuleren. In een hoogconjunctuur is de geaggregeerde vraag
hoog, en extra overheidsbestedingen zorgen er dan voor dat de geaggregeerde vraag nog hoger
wordt. Op dezelfde manier werken lagere belastingen ook procyclisch in een hoogconjunctuur: zij
zorgen ervoor dat mensen meer geld kunnen besteden, en dus voor een hogere geaggregeerde vraag.
In een laagconjunctuur kan een overheid met een procyclisch beleid ervoor zorgen dat de
geaggregeerde vraag daalt. Een overheid kan bijvoorbeeld hogere belastingen invoeren of de
overheidsuitgaven verminderen. Dit zorgt ervoor dat de al lage geaggregeerde vraag nog verder daalt.
Verschil keynes en klassieken
Werkloosheid, werkgelegenheid
Conjunctureel, structureel
, Loonmatiging
Belangrijk!
Oorzaak -> gevolg
Beredeneren
Berekenen
Opdrachten met uitroepteken
Meerkeuzevragen
Transfer
CE vragen op LWEO