Thema 1
Autismespectrumstoornis > (ASS) client heeft problemen in de sociale communicatie en interactie.
Daarbij vertoont hij herhalend gedrag en heeft zeer specifieke interesses.
Omdat de wereld voor een client met een ASS zo onoverzichtelijk is, bied je structuur aan. Bv door
een vaste dagindeling, voorkom leegtes: wachten en niks doen vinden ze verwarrend. Maak geen
grapjes en geen dubbelzinnige uitspraken zij nemen vaak alles letterlijk wat je zegt.
Leerstoornis > client heeft moeite met één specifieke schoolse vaardigheid. (dyscalculie, dyslexie,
dysorthografie.)
Communicatiestoornis > het aanleren van de taal gaat moeizaam of de opbouw van taal is lastig.
(taalstoornis, spraakklankstoornis, stotteren)
Aandachtstoornis > Client kan moeilijk stilzitten, heeft concentratieproblemen of niet eerst nadenkt
voordat hij iets doet. ( ADD aandachttekortstoornis, HD hyperactiviteitstoornis, ADHD
aandachttekortstoornis met hyperactiviteit.)
Gedragsstoornis > een client overtreed hierbij normen, waarden en regels van de maatschappij. (
ODD oppositioneel opstandige gedragsstoornis, CD antisociale gedragsstoornis.)
Eliminatiestoornis > Client is al een lange tijd zindelijk, maar ineens in zijn broek of bed plast of
poept.
• Enuresis > wanneer een client vijf jaar of ouder is en nog geregeld in zijn broek of bed plast
• Encopresis > wanneer een client vier jaar of ouder is en nog geregeld in zijn broek poept
Thema 2
Cognitieve stoornis > is een verstoring van het denken of het geheugen. Bij cognitieve stoornissen
ontstaan er problemen in waarnemen, begrijpen en weten.
Cognitieve stoornis kan zich uiten op de volgende gebieden:
• Aandacht en concentratie
• Geheugen
• Handelingen
• Plannen en organiseren
• Taal
• Gedrag
Kortetermijngeheugen > Het geheugen waarbij je recente ervaringen of informatie voor een korte
tijd opslaat
Langetermijngeheugen > Hierbij sla je informatie herinneringen en ervaringen langer op.