100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Exam (elaborations)

Oefentoets blok 2.4 Perception

Rating
5.0
(1)
Sold
8
Pages
26
Grade
7-8
Uploaded on
14-12-2022
Written in
2020/2021

Bevat 81 vragen: 10 per probleem en 1 voor de lectures. Is erg representatief voor het tentamen.

Institution
Course










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
December 14, 2022
Number of pages
26
Written in
2020/2021
Type
Exam (elaborations)
Contains
Questions & answers

Subjects

Content preview

Oefentoets blok 2.4 Perceptie


Probleem 1
Vraag 1:
Het binnenste membraan van het oog heet…
A. Sclera
B. Vaatvlies
C. Choroïd
D. Netvlies


Vraag 2:
Emma heeft blauwe ogen en vraagt zich af welk onderdeel van haar oog ervoor zorgt dat deze
blauw zijn. Dit onderdeel is de …
A. Pupil
B. Iris
C. Fovea
D. Lens


Vraag 3:
Welke van de volgende beschrijvingen past het beste bij ‘pupilreflex’?
A. Bij intens licht ontspant de iris, waardoor de pupil kleiner wordt. In het donker trekt de iris
samen, waardoor de pupil groter wordt.
B. Bij intens licht trekt de iris samen, waardoor de pupil groter wordt. In het donker ontspant
de iris, waardoor de pupil kleiner wordt.
C. Bij intens licht trekt de iris samen, waardoor de pupil kleiner wordt. In het donker ontspant
de iris, waardoor de pupil groter wordt.
D. Bij intens licht ontspant de iris, waardoor de pupil groter wordt. In het donker trekt de iris
samen, waardoor de pupil kleiner wordt.


Vraag 4:
Welk van de volgende stellingen is/zijn waar?
I: Een zwakke lens heeft een sterke focale lengte en buigt licht niet goed, waardoor de focus
op verre objecten beter wordt.
II: Accommodatie van het oog houdt in dat de vorm van de pupil zich aanpast, zodat licht
voldoende focust op de retina en objecten van verschillende afstanden waargenomen kunnen
worden.
III: De kracht van de lens wordt geuit in zogenaamde dioptrieën. Deze bereken je door 1 te
delen door de focale lengte in meters.


Lara de Jong

,A. I en II zijn waar, III is niet waar.
B. II is waar, I en III zijn niet waar.
C. I en III zijn waar, II is niet waar.
D. II en III zijn waar, I is niet waar.


Vraag 5:
Welke van de volgende functies is geen functie van fotoreceptoren?
A. Het omzetten van licht in neurale signalen.
B. Signalen versturen naar bipolaire cellen.
C. Signalen versturen naar en ontvangen van retinale ganglioncellen.
D. Signalen versturen naar en ontvangen van horizontale cellen.


Vraag 6:
Welke van de onderstaande stellingen is waar?
A. Staafjes zorgen voor zwart-wit visie van gedimd licht en kegels zorgen voor hoge scherpte
kleurenvisie in fel licht.
B. Verschillende soorten staafjes (S, M en L) reageren op verschillende golflengtes.
C. De fovea centralis bevat geen kegels, maar wel veel staafjes.
D. De amacrine-cellen versturen actiepotentialen naar het brein via de oogzenuw.


Vraag 7:
Mark is gisteren 70 jaar geworden. Omdat hij zijn verjaardag vierde ging hij taart halen in de
supermarkt. Maar toen hij langs de schappen liep verscheen er opeens een zwarte vlek in zijn
zicht waardoor hij de producten waar hij naar wilde kijken niet meer kon zien. Welke
oogafwijking past het best bij de symptomen die Mark ervaart?
A. Hypermetropie
B. Myopie
C. Retinitis pigmentosa
D. Maculaire degeneratie


Vraag 8:
Hecht probeerde door het uitvoeren van een psychologisch experiment te onderzoeken of
transductie plaatsvond. Tot welke conclusies kwam Hecht? Er zijn meerdere antwoorden
goed.
A. Een persoon kan licht zien als 7 staafreceptoren tegelijk zijn geactiveerd.
B. Alleen kegels zorgen ervoor dat er transductie plaatsvindt.
C. Een staafreceptor kan geactiveerd worden door de isomerisatie van één visueel
pigmentmolecuul.
D. Een kegelreceptor wordt pas geactiveerd als er meerdere visuele pigmentmoleculen
geïsomeriseerd zijn.

Lara de Jong

, Vraag 9:
Welk van de onderstaande stellingen is/zijn waar?
I: Staafjes hebben een betere gevoeligheid dan kegels.
II. Er zijn meer kegels verbonden met ganglioncellen dan staafjes.
A. I is waar, II is niet waar.
B. II is waar, I is niet waar.
C. Beide stellingen zijn waar
D. Beide stellingen zijn niet waar.


Vraag 10:
Op welke van de volgende fenomenen kan niet verklaard worden door laterale inhibitie?
A. Mach bands
B. White’s illusie
C. Fortiori fenomeen
D. Hermann grid


Probleem 2
Vraag 11:
In welk van de onderstaande hersendelen liggen de visuele gebieden (V1-V5)?
A. Temporale kwab
B. Laterale geniculate nucleus (LGN)
C. Striate cortex
D. Amygdala


Vraag 12:
Welke van de onderstaande stellingen is/zijn waar over de laterale geniculate nucleus (LGN)?
I: 10% van de vezels in de oogzenuw bereiken de LGN.
II: Er is één LGN in het gehele lichaam.
A. I is waar, II is niet waar.
B. II is waar, I is niet waar.
C. Beide stellingen zijn waar
D. Beide stellingen zijn niet waar.




Lara de Jong
$7.05
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached


Also available in package deal

Reviews from verified buyers

Showing all reviews
1 year ago

5.0

1 reviews

5
1
4
0
3
0
2
0
1
0
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
laradejong3 Erasmus Universiteit Rotterdam
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
126
Member since
2 year
Number of followers
74
Documents
17
Last sold
4 months ago

4.0

8 reviews

5
2
4
4
3
2
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions