Samenvatting hoorcollege 6
Hoofdstuk 15
Doel mededingingsregels
Het is belangrijk voor de interne markt dat de concurrentie niet vervalst
kan worden (marktintegratie).
o Daarom zijn er regels om te voorkomen dat ondernemingen door
middel van overeenkomsten of andere gedragingen (kartels) de
concurrentie verstoren.
Het zorgt voor maximale consumentenwelvaart.
Europese mededingingsregels voor ondernemingen
1. Verbod van concurrentievervalsende overeenkomsten (art. 101 VWEU).
2. Verbod van misbruik van machtpositie (art. 102 VWEU).
3. Een aanmeldingsplicht van grote concentraties (verordening 139/2004).
1. Verbod van concurrentieverstorende overeenkomsten etc.
Art. 101 lid 1 VWEU verbiedt overeenkomsten, besluiten en onderling
afgestemde feitelijke gedragingen (oafg’s) die concurrentieverstorend zijn
en een grensoverschrijdend effect hebben.
De concurrentieverstoring is verboden via zowel horizontale als verticale
overeenkomsten.
Horizontale overeenkomsten
Hiervan is sprake wanneer de betrokken ondernemingen elkaar
concurrenten zijn.
Dus bijvoorbeeld een afspraak tussen producenten.
Verticale overeenkomsten
Hiervan is sprake wanneer er een afspraak is tussen een producent en een
dealer.
Onderneming
Dit begrip omvat iedere zelfstandige uitoefening van een economische
activiteit, ongeacht rechtsvorm en ongeacht wijze van financiering (Zaak
Höfner).
Overeenkomsten
Hiervan is sprake als er wilsovereenstemming plaats vindt.
Het omvat dus meer dan alleen afspraken.
Overeenkomsten hoeven niet schriftelijk te zijn vastgelegd, maar kunnen
ook mondeling worden gemaakt.
Ook een afspraak die geheel vrijblijvend gemaakt wordt is een
overeenkomst (gentleman’s agreement).
Besluiten van ondernemersverenigingen
Hierbij is er geen sprake van een afspraak, maar wel van een besluit dat
kan leiden tot beperking van de onderlinge concurrentie.
Onderling afgestemde feitelijke gedragingen (oafg’s)
Het Hof gaat uit van bewijs van oafg als ondernemingen een uniform
prijsbeleid vormen, zonder dat dit kan worden verklaard dor de
marktstructuur.
Geheimzinnige bijeenkomsten, waar de fabrikanten over de prijs van hun
producten hebben gesproken, vormen in zo’n geval een bevestiging dat
het uniforme prijsbeleid berust op oafg.
Hoofdstuk 15
Doel mededingingsregels
Het is belangrijk voor de interne markt dat de concurrentie niet vervalst
kan worden (marktintegratie).
o Daarom zijn er regels om te voorkomen dat ondernemingen door
middel van overeenkomsten of andere gedragingen (kartels) de
concurrentie verstoren.
Het zorgt voor maximale consumentenwelvaart.
Europese mededingingsregels voor ondernemingen
1. Verbod van concurrentievervalsende overeenkomsten (art. 101 VWEU).
2. Verbod van misbruik van machtpositie (art. 102 VWEU).
3. Een aanmeldingsplicht van grote concentraties (verordening 139/2004).
1. Verbod van concurrentieverstorende overeenkomsten etc.
Art. 101 lid 1 VWEU verbiedt overeenkomsten, besluiten en onderling
afgestemde feitelijke gedragingen (oafg’s) die concurrentieverstorend zijn
en een grensoverschrijdend effect hebben.
De concurrentieverstoring is verboden via zowel horizontale als verticale
overeenkomsten.
Horizontale overeenkomsten
Hiervan is sprake wanneer de betrokken ondernemingen elkaar
concurrenten zijn.
Dus bijvoorbeeld een afspraak tussen producenten.
Verticale overeenkomsten
Hiervan is sprake wanneer er een afspraak is tussen een producent en een
dealer.
Onderneming
Dit begrip omvat iedere zelfstandige uitoefening van een economische
activiteit, ongeacht rechtsvorm en ongeacht wijze van financiering (Zaak
Höfner).
Overeenkomsten
Hiervan is sprake als er wilsovereenstemming plaats vindt.
Het omvat dus meer dan alleen afspraken.
Overeenkomsten hoeven niet schriftelijk te zijn vastgelegd, maar kunnen
ook mondeling worden gemaakt.
Ook een afspraak die geheel vrijblijvend gemaakt wordt is een
overeenkomst (gentleman’s agreement).
Besluiten van ondernemersverenigingen
Hierbij is er geen sprake van een afspraak, maar wel van een besluit dat
kan leiden tot beperking van de onderlinge concurrentie.
Onderling afgestemde feitelijke gedragingen (oafg’s)
Het Hof gaat uit van bewijs van oafg als ondernemingen een uniform
prijsbeleid vormen, zonder dat dit kan worden verklaard dor de
marktstructuur.
Geheimzinnige bijeenkomsten, waar de fabrikanten over de prijs van hun
producten hebben gesproken, vormen in zo’n geval een bevestiging dat
het uniforme prijsbeleid berust op oafg.
