Inhoudsopgave
Thema 1 – Bouwplan en ontwikkeling...................................................................................................1
Algemeen en rompwand...................................................................................................................1
Circulatiestelsel..................................................................................................................................3
Bevruchting en vroege ontwikkeling.................................................................................................6
Gastrulatie en neurulatie...................................................................................................................8
Organogenese....................................................................................................................................9
Zenuwstelsel....................................................................................................................................10
Echografie en bevorderen gezonde prenatale ontwikkeling............................................................15
Thema 2 – Huid....................................................................................................................................17
Epitheel............................................................................................................................................17
Bindweefsel.....................................................................................................................................19
Thema 3 – Bewegingsstelsel................................................................................................................22
Gewrichten en spieren.....................................................................................................................22
Bot en kraakbeen.............................................................................................................................23
Botziekten........................................................................................................................................27
Spieren.............................................................................................................................................28
Spierziekten.....................................................................................................................................31
Thema 4 - Borst...................................................................................................................................34
Topografische anatomie..................................................................................................................34
Medische beeldvorming..................................................................................................................37
Pijn op de borst................................................................................................................................37
Thorax-, long-, hart- en vaatontwikkeling........................................................................................38
Thema 5 – Buik en bekken...................................................................................................................43
Topografie en klinische toepassing..................................................................................................43
Ontwikkeling buikorganen...............................................................................................................47
Thema 6 – Hoofd-hals..........................................................................................................................49
Hersenzenuwen...............................................................................................................................49
Bouw hals........................................................................................................................................51
Ontwikkeling hals.............................................................................................................................54
Bouw en functie pharynx.................................................................................................................57
Bouw en functie larynx....................................................................................................................59
Slikproblemen..................................................................................................................................62
Zwelling in de hals............................................................................................................................64
Spieren anatomie practicum............................................................................................................64
, 2022/2023
Thema 1 – Bouwplan en ontwikkeling
Algemeen en rompwand
Waarom is anatomische kennis belangrijk?
o Lichamelijk onderzoek
o Interpretatie van beeldvormend onderzoek
o Chirurgische benaderingen
o Relaties van organen onderling
Welke anatomische vlakken heb je en wat zijn deze?
o Sagittaal vlak: dwarsdoorsnede verticaal vanaf voren naar achter
o Frontaal/coronaal vlak: plak door de lengteas vanaf links naar rechts
o Transversaal/axiaal vlak: horizontaal vlak door het midden van het lichaam
Welke richtingen heb je?
o Anterior (voor) en posterior (achter)
o Superior (boven) en inferior (onder)
o Lateraal (aan de zijkant) en mediaal (in het midden)
o Proximaal (dichtbij) en distaal (ver weg)
o Dorsaal (handrug/voetrug) en palmair/plantair (handpalm/voetpalm)
o Specifieker
Ventraal (buikzijde) en dorsaal (rugzijde)
Craniaal (kant van schedel) en caudaal (staartzijde)
Welke richtingen gebruik je bij een embryo?
o Craniaal en caudaal
o Ventraal en dorsaal
Wat is het verschil tussen de torso en de romp?
o De romp is de torso met extremiteiten (het lichaam zonder hoofd)
o De torso is dus het lichaam zonder hoofd en extremiteiten
Uit welke onderdelen bestaat de aorta?
o Aorta ascendens: stijgende eerste deel van de aorta
o Arcus aortae: de aortaboog
o Aorta descendens: het dalende deel van de aorta
Aorta descendens thoracalis: het afdalende deel in de borst
Aorta descendens abdominalis: het afdalende deel in de buik
o Arteria iliaca communis dextra (rechts) en sinistra (links): de arterie van het
darmbeen
o Arteria iliaca externa dextra en sinistra: het deel van de gesplitste arteria iliaca
communis, dat meer aan de zijkant van het lichaam ligt (loopt door liesregio en gaat
richting bovenbeen)
o Arteria femoralis communis dextra en sinistra: het deel van de aorta na de ateria
iliaca externa
Wat sluit het diafragma niet af?
o De vena cava inferior (onderste holle ader): loopt in pezige gedeelte
o Aorta: loopt in gespierde deel
o Oesofagus (slokdarm): loopt in gespierde deel
Wat zijn de spieren in de romp en extremiteiten?
o Extremiteitsspieren:
Musculus pectoralis major: grote borstspier aan de voorkant
Musculus serratus anterior: aan de achterkant (onder schouderblad)/zijkant
o Rompwandspieren:
1
, 2022/2023
Musculus intercostalis externus: tussenribspieren buitenkant \\\ ///
(ademhalingsspieren)
Musculus intercostalis internus: tussenribspieren binnenkant /// \\\
(ademhalingsspieren)
Musculus scalenus: spieren lopen aan de zijkant van de nek
(ademhalingsspieren)
Buikspieren
Musculus obliquus externus abdominus: buitenste buikspieren
(schuin)
Musculus obliquus internus abdominus: binnenste buikspieren
(schuin)
Musculus transversus abdominus
Musculus rectus abdominus: rechte buikspier
Wat is lichaamssegmentatie?
o Delen die bestaan uit dezelfde anatomische structuren als die daarna volgen
o Bijvoorbeeld de wervelkolom bij de mens of een regenworm
Wat is de algemene bouw van de wervelkolom?
o Wervels
Cervicaal (7)
Thoracaal (12)
Lumbaal (5)
Sacraal (5): deze zijn gefuseerd
Coccygis (3-4): deze zijn ook gefuseerd
o Wervels zijn verbonden met
Synoviale (facet) gewrichten: dit zijn ‘echte’ gewrichten (zie thema 3)
Tussenwervelschijven
Ligamenten
o Spieren
Intrinsiek: spieren direct in een lichaamsonderdeel (kleine spiertjes)
Extrinsiek: spieren in de omgeving van bepaald lichaamsonderdeel (gaat
over meerdere onderdelen)
Welke standen van de wervelkolom heb je?
o Normaal (in wervelkolom heb je Lordose-Kyfose-Lordose-Kyfose)
Lordose (voorwaartse kromming)
Kyfose (achterwaartse kromming)
o Abnormaal
Hyper lordose (versterkte voorwaartse kromming)
Hyper kyfose (versterkte achterwaartse kromming)
Scoliose (zijwaartse kromming)
Thoracic (thoracaal niveau)
Lumbar (lumbaal niveau)
Wat is de standaardwervel/welke wervel wordt eerst gevormd?
o De thoracale wervels
Waaruit bestaat de standaardwervel?
o Corpus vertebrae (wervellichaam)
o Arcus vertebrae (platte deel wervelkolom)
Lamina arcus vertebrae is een onderdeel dat vast zit aan proc. spinosus
Pediculus arcus vertebrae is onderdeel dat vast zit aan corpus vertebrae
o Processus transversus (dwarsuitsteeksels laterale zijden)
o Processus spinosus (zit aan de top van de arcus vertebralis)
o Gewrichtsonderdelen (gewrichtsvlakken)
2
, 2022/2023
Waaraan herken je de verschillende wervelsoorten?
o Cervicaal
Driehoekig foramen vertebralis
Klein corpus vertebrae
Lang processus spinosus
o Thoracaal
Rond foramen vertebralis
Lang transversus spinosus
o Lumbaal
Driehoekig foramen vertebralis
Rond en vrij groot corpus vertebralis
o Sacraal
Grote vleugels
Uit welke segmenten wordt de wervelkolom aangelegd?
o Occipitale segmenten (4)
o Cervicale vertebrae (7)
o Thoracale vertebrae (12)
o Lumbale vertebrae (5)
o Sacrale vertebrae (5)
o Coccygeale vertebrae (3-4)
Afwijkingen wervels
o Thoracalisatie: 7e wervel krijgt een rib (dus cervicaal ‘wordt’ thoracaal)
o Sacralisatie op lumbaal gebied: onderste twee fuseren met het os sacrum
Mensen kunnen dan niet hun tenen raken
Wat is de functie van de discus intevertebralis?
o Het is een stootkussen, het zorgt voor demping.
Welke verschillende bewegingen van de wervelkolom zijn er?
o Flexie/extensie
o Lateroflexie
o Rotatie
Wat bepaald welke bewegingen mogelijk zijn per niveau?
o De stand van de gewrichtsvlakken
Welke onderdelen van de wervel zijn goed/minder goed in bepaalde bewegingen?
o Cervicale
Goed: flexie/extensie, lateroflexie en rotatie (ezelsbruggetje ‘cervic-alles’)
o Thoracale
Goed: rotatie (ezelsbruggetje ‘tho-rotatie’)
Slecht: flexie/extensie, matig in lateroflexie (ezelsbruggetje ‘thoraca-latero’)
o Lumbale
Goed: flexie/extensie (ezelsbruggetje ‘f-lumbale’)
Slecht: rotatie, matig in lateroflexie (ezelsbruggetje ‘lumba-latero’)
Circulatiestelsel
Welke drie vasculaire systemen kent het menselijk lichaam?
o Arteriële systeem: slagaders
o Veneuze systeem: aders
o Lymfesysteem
Welke twee bloedsomlopen kent het lichaam?
o Systemische circulatie: grote bloedsomloop
o Longcirculatie: kleine bloedsomploop
3
Thema 1 – Bouwplan en ontwikkeling...................................................................................................1
Algemeen en rompwand...................................................................................................................1
Circulatiestelsel..................................................................................................................................3
Bevruchting en vroege ontwikkeling.................................................................................................6
Gastrulatie en neurulatie...................................................................................................................8
Organogenese....................................................................................................................................9
Zenuwstelsel....................................................................................................................................10
Echografie en bevorderen gezonde prenatale ontwikkeling............................................................15
Thema 2 – Huid....................................................................................................................................17
Epitheel............................................................................................................................................17
Bindweefsel.....................................................................................................................................19
Thema 3 – Bewegingsstelsel................................................................................................................22
Gewrichten en spieren.....................................................................................................................22
Bot en kraakbeen.............................................................................................................................23
Botziekten........................................................................................................................................27
Spieren.............................................................................................................................................28
Spierziekten.....................................................................................................................................31
Thema 4 - Borst...................................................................................................................................34
Topografische anatomie..................................................................................................................34
Medische beeldvorming..................................................................................................................37
Pijn op de borst................................................................................................................................37
Thorax-, long-, hart- en vaatontwikkeling........................................................................................38
Thema 5 – Buik en bekken...................................................................................................................43
Topografie en klinische toepassing..................................................................................................43
Ontwikkeling buikorganen...............................................................................................................47
Thema 6 – Hoofd-hals..........................................................................................................................49
Hersenzenuwen...............................................................................................................................49
Bouw hals........................................................................................................................................51
Ontwikkeling hals.............................................................................................................................54
Bouw en functie pharynx.................................................................................................................57
Bouw en functie larynx....................................................................................................................59
Slikproblemen..................................................................................................................................62
Zwelling in de hals............................................................................................................................64
Spieren anatomie practicum............................................................................................................64
, 2022/2023
Thema 1 – Bouwplan en ontwikkeling
Algemeen en rompwand
Waarom is anatomische kennis belangrijk?
o Lichamelijk onderzoek
o Interpretatie van beeldvormend onderzoek
o Chirurgische benaderingen
o Relaties van organen onderling
Welke anatomische vlakken heb je en wat zijn deze?
o Sagittaal vlak: dwarsdoorsnede verticaal vanaf voren naar achter
o Frontaal/coronaal vlak: plak door de lengteas vanaf links naar rechts
o Transversaal/axiaal vlak: horizontaal vlak door het midden van het lichaam
Welke richtingen heb je?
o Anterior (voor) en posterior (achter)
o Superior (boven) en inferior (onder)
o Lateraal (aan de zijkant) en mediaal (in het midden)
o Proximaal (dichtbij) en distaal (ver weg)
o Dorsaal (handrug/voetrug) en palmair/plantair (handpalm/voetpalm)
o Specifieker
Ventraal (buikzijde) en dorsaal (rugzijde)
Craniaal (kant van schedel) en caudaal (staartzijde)
Welke richtingen gebruik je bij een embryo?
o Craniaal en caudaal
o Ventraal en dorsaal
Wat is het verschil tussen de torso en de romp?
o De romp is de torso met extremiteiten (het lichaam zonder hoofd)
o De torso is dus het lichaam zonder hoofd en extremiteiten
Uit welke onderdelen bestaat de aorta?
o Aorta ascendens: stijgende eerste deel van de aorta
o Arcus aortae: de aortaboog
o Aorta descendens: het dalende deel van de aorta
Aorta descendens thoracalis: het afdalende deel in de borst
Aorta descendens abdominalis: het afdalende deel in de buik
o Arteria iliaca communis dextra (rechts) en sinistra (links): de arterie van het
darmbeen
o Arteria iliaca externa dextra en sinistra: het deel van de gesplitste arteria iliaca
communis, dat meer aan de zijkant van het lichaam ligt (loopt door liesregio en gaat
richting bovenbeen)
o Arteria femoralis communis dextra en sinistra: het deel van de aorta na de ateria
iliaca externa
Wat sluit het diafragma niet af?
o De vena cava inferior (onderste holle ader): loopt in pezige gedeelte
o Aorta: loopt in gespierde deel
o Oesofagus (slokdarm): loopt in gespierde deel
Wat zijn de spieren in de romp en extremiteiten?
o Extremiteitsspieren:
Musculus pectoralis major: grote borstspier aan de voorkant
Musculus serratus anterior: aan de achterkant (onder schouderblad)/zijkant
o Rompwandspieren:
1
, 2022/2023
Musculus intercostalis externus: tussenribspieren buitenkant \\\ ///
(ademhalingsspieren)
Musculus intercostalis internus: tussenribspieren binnenkant /// \\\
(ademhalingsspieren)
Musculus scalenus: spieren lopen aan de zijkant van de nek
(ademhalingsspieren)
Buikspieren
Musculus obliquus externus abdominus: buitenste buikspieren
(schuin)
Musculus obliquus internus abdominus: binnenste buikspieren
(schuin)
Musculus transversus abdominus
Musculus rectus abdominus: rechte buikspier
Wat is lichaamssegmentatie?
o Delen die bestaan uit dezelfde anatomische structuren als die daarna volgen
o Bijvoorbeeld de wervelkolom bij de mens of een regenworm
Wat is de algemene bouw van de wervelkolom?
o Wervels
Cervicaal (7)
Thoracaal (12)
Lumbaal (5)
Sacraal (5): deze zijn gefuseerd
Coccygis (3-4): deze zijn ook gefuseerd
o Wervels zijn verbonden met
Synoviale (facet) gewrichten: dit zijn ‘echte’ gewrichten (zie thema 3)
Tussenwervelschijven
Ligamenten
o Spieren
Intrinsiek: spieren direct in een lichaamsonderdeel (kleine spiertjes)
Extrinsiek: spieren in de omgeving van bepaald lichaamsonderdeel (gaat
over meerdere onderdelen)
Welke standen van de wervelkolom heb je?
o Normaal (in wervelkolom heb je Lordose-Kyfose-Lordose-Kyfose)
Lordose (voorwaartse kromming)
Kyfose (achterwaartse kromming)
o Abnormaal
Hyper lordose (versterkte voorwaartse kromming)
Hyper kyfose (versterkte achterwaartse kromming)
Scoliose (zijwaartse kromming)
Thoracic (thoracaal niveau)
Lumbar (lumbaal niveau)
Wat is de standaardwervel/welke wervel wordt eerst gevormd?
o De thoracale wervels
Waaruit bestaat de standaardwervel?
o Corpus vertebrae (wervellichaam)
o Arcus vertebrae (platte deel wervelkolom)
Lamina arcus vertebrae is een onderdeel dat vast zit aan proc. spinosus
Pediculus arcus vertebrae is onderdeel dat vast zit aan corpus vertebrae
o Processus transversus (dwarsuitsteeksels laterale zijden)
o Processus spinosus (zit aan de top van de arcus vertebralis)
o Gewrichtsonderdelen (gewrichtsvlakken)
2
, 2022/2023
Waaraan herken je de verschillende wervelsoorten?
o Cervicaal
Driehoekig foramen vertebralis
Klein corpus vertebrae
Lang processus spinosus
o Thoracaal
Rond foramen vertebralis
Lang transversus spinosus
o Lumbaal
Driehoekig foramen vertebralis
Rond en vrij groot corpus vertebralis
o Sacraal
Grote vleugels
Uit welke segmenten wordt de wervelkolom aangelegd?
o Occipitale segmenten (4)
o Cervicale vertebrae (7)
o Thoracale vertebrae (12)
o Lumbale vertebrae (5)
o Sacrale vertebrae (5)
o Coccygeale vertebrae (3-4)
Afwijkingen wervels
o Thoracalisatie: 7e wervel krijgt een rib (dus cervicaal ‘wordt’ thoracaal)
o Sacralisatie op lumbaal gebied: onderste twee fuseren met het os sacrum
Mensen kunnen dan niet hun tenen raken
Wat is de functie van de discus intevertebralis?
o Het is een stootkussen, het zorgt voor demping.
Welke verschillende bewegingen van de wervelkolom zijn er?
o Flexie/extensie
o Lateroflexie
o Rotatie
Wat bepaald welke bewegingen mogelijk zijn per niveau?
o De stand van de gewrichtsvlakken
Welke onderdelen van de wervel zijn goed/minder goed in bepaalde bewegingen?
o Cervicale
Goed: flexie/extensie, lateroflexie en rotatie (ezelsbruggetje ‘cervic-alles’)
o Thoracale
Goed: rotatie (ezelsbruggetje ‘tho-rotatie’)
Slecht: flexie/extensie, matig in lateroflexie (ezelsbruggetje ‘thoraca-latero’)
o Lumbale
Goed: flexie/extensie (ezelsbruggetje ‘f-lumbale’)
Slecht: rotatie, matig in lateroflexie (ezelsbruggetje ‘lumba-latero’)
Circulatiestelsel
Welke drie vasculaire systemen kent het menselijk lichaam?
o Arteriële systeem: slagaders
o Veneuze systeem: aders
o Lymfesysteem
Welke twee bloedsomlopen kent het lichaam?
o Systemische circulatie: grote bloedsomloop
o Longcirculatie: kleine bloedsomploop
3