Ontwikkeling door onderzoek
Deel B
Espoused theory = wat je zegt te doen.
Theory-in-use = wat je in de praktijk daadwerkelijk doet.
Procedurele kennis = vertrouwen op routines die je hebt opgebouwd.
H5. Ontwikkelen van de inhoud van het eigen onderwijs door gebruik te
maken van kennis van anderen: De leraar leert door de ‘kunst van anderen
af te kijken’, door ‘kennis verwerven’ en door ‘iets nieuws creëren’.
Ontwikkelingsonderzoek: interview + bronnen lezen.
3 vormen van waarnemen: bevragen (interviewen), observeren (logboek
bijhouden) en lezen (geschreven bronnen).
Experts = ervaren leraren.
Praktijkkennis: situatie gebonden kennis, episodische kennis of ‘tacit’
(zwijgende) kennis.
Praktijkkennis = situatie gebonden kennis, die voor een leraar geldt en
door hem is ontwikkeld.
Gecodificeerde kennis = theoretische kennis die algemene
wetmatigheden weergeeft en/of voorspellingen doet. (Bijv. kennis op het
gebied van lesmethoden of vakspecifieke kennis)
Gecodificeerde kennis komt vaak tot stand door mensen die buiten de
praktijk staan.
Goede leraren zijn kritisch en creatief.
Het kenmerken van ontwikkelingsonderzoek:
- Werkenderwijs op een systematische manier een nieuwe inhoud
voor bijvoorbeeld een onderdeel van een vak of een bepaald project
ontwikkelen.
- Meestal gaat aan ontwikkelingsonderzoek, vooronderzoek vooraf. In
het vooronderzoek worden bijvoorbeeld literatuur, praktijkkennis of
inspirerende voorbeelden betrokken.
Nadeel van ontwikkelingsonderzoek: het kost veel tijd.
9 toepassingsmogelijkheden:
Observeren van ervaren leraren.
Hierbij let je op:
- Hoe ze bepaalde dingen aanpakken: manieren en werkvormen.
- Waar je daarbij op moet letten: aandachtspunten en valkuilen.
- Waarom ze dat op die manier doen: onderbouwing en
verantwoording.
Concept map maken: bepaal een onderwerp dat jij belangrijk vindt,
stimuleer een expert daar een concept map van te maken en voer
a.d.h.v. de concept map een gesprek met de expert om op die
manier de praktijkkennis te krijgen.
Gesprekken met ervaren leraren.
Hardop denken: hierbij wordt een leraar gevraagd bijv. de uitleg van
een lastig onderwerp in jouw bijzijn hardop voor te doen.
Terugkoppelen.
Member check = het aan de leraar voorleggen van ‘het verhaal’
Deel B
Espoused theory = wat je zegt te doen.
Theory-in-use = wat je in de praktijk daadwerkelijk doet.
Procedurele kennis = vertrouwen op routines die je hebt opgebouwd.
H5. Ontwikkelen van de inhoud van het eigen onderwijs door gebruik te
maken van kennis van anderen: De leraar leert door de ‘kunst van anderen
af te kijken’, door ‘kennis verwerven’ en door ‘iets nieuws creëren’.
Ontwikkelingsonderzoek: interview + bronnen lezen.
3 vormen van waarnemen: bevragen (interviewen), observeren (logboek
bijhouden) en lezen (geschreven bronnen).
Experts = ervaren leraren.
Praktijkkennis: situatie gebonden kennis, episodische kennis of ‘tacit’
(zwijgende) kennis.
Praktijkkennis = situatie gebonden kennis, die voor een leraar geldt en
door hem is ontwikkeld.
Gecodificeerde kennis = theoretische kennis die algemene
wetmatigheden weergeeft en/of voorspellingen doet. (Bijv. kennis op het
gebied van lesmethoden of vakspecifieke kennis)
Gecodificeerde kennis komt vaak tot stand door mensen die buiten de
praktijk staan.
Goede leraren zijn kritisch en creatief.
Het kenmerken van ontwikkelingsonderzoek:
- Werkenderwijs op een systematische manier een nieuwe inhoud
voor bijvoorbeeld een onderdeel van een vak of een bepaald project
ontwikkelen.
- Meestal gaat aan ontwikkelingsonderzoek, vooronderzoek vooraf. In
het vooronderzoek worden bijvoorbeeld literatuur, praktijkkennis of
inspirerende voorbeelden betrokken.
Nadeel van ontwikkelingsonderzoek: het kost veel tijd.
9 toepassingsmogelijkheden:
Observeren van ervaren leraren.
Hierbij let je op:
- Hoe ze bepaalde dingen aanpakken: manieren en werkvormen.
- Waar je daarbij op moet letten: aandachtspunten en valkuilen.
- Waarom ze dat op die manier doen: onderbouwing en
verantwoording.
Concept map maken: bepaal een onderwerp dat jij belangrijk vindt,
stimuleer een expert daar een concept map van te maken en voer
a.d.h.v. de concept map een gesprek met de expert om op die
manier de praktijkkennis te krijgen.
Gesprekken met ervaren leraren.
Hardop denken: hierbij wordt een leraar gevraagd bijv. de uitleg van
een lastig onderwerp in jouw bijzijn hardop voor te doen.
Terugkoppelen.
Member check = het aan de leraar voorleggen van ‘het verhaal’