Immuunreacties op infecties
Ons immuunsysteem heeft een adequatez manier om zich te verwerven tegen micro-organismen en
om die op te ruimen, maar nogal wat ziektebeelden zijn een gevolg van een buitensporige
immuunrespons. De micro-organismen die we gaan bespreken: virussen, bacteriën, parasieten en
worm. De verschillende micro-organismen hebben verschillende systemen om ons immuunsysteem
te omzeilen, zowel het aangeboren als het verworven immuunsysteem.
Polyclonale activatie
Een buitensporige immuunrespons kan veroorzaakt worden door een
voedselvergiftiging door superantigenen. Aan de buitenkant van de T-cel
receptor is er een β-keten en is er een α-keten van het MHC molecule. De
specificiteit komt door de β-keten. De superantigenen gaan heel veel T-
cellen activeren, veel meer T-cellen dan bij de specifieke activatie. IL2 en
INFϒ en TNF worden aangemaakt. De INFϒ activeert antigen presenterende
cellen. Je wordt dus ziek door de buitensporige immuunrespons = de grote
activatie van het immuunsysteem en het langdurig actief zijn ervan.
Systemische juvenile idiopatische artritis: deze mensen hebben pieken in koorts die op en neer
gaat. Het is niet een aantoonbare infectie van bacteriën of virussen maar het is een sluimerende
infectie die veroorzaakt kan worden door virussen (herpes bv).
Er zijn nog andere momenten waarbij het immuunsysteem geactiveerd kan worden: allergische
aandoening gaat zorgen voor een immuunrespons (IgE), transplantatie, dus niet alleen infecties die
de ziekten kunnen veroorzaken. Infectieziekten (vooral in de longen) zijn de 2 de grootste
doodoorzaak wereldwijd.
Immuunreactie tegen virussen
Humorale antistof respons = belangrijk bij virussen. Als men de intrede van het virus in de cel kan
verhinderen kan men de infectie met het virus dus ook verhinderen. IgG en IgM zijn nuttig in de
organen, IgA is bealngrijk in secretievochten, deze immunogenen gaan zorgen dat het virus niet kan
binden aan de membraan en dus niet aan budding/fusie kan doen. IgG en IgM gaan ook de
fagocytose van de viruspartikels stimuleren en zorgen voor de binding aan Fc en kunnen de
complement cascade activeren. IgM gaat ook de agglutinatie van de virale partikels bevorderen.
Celgemedieerde respons
- INFϒ die door TH cellen en cytotoxische T-cellen gemaakt worden
- De cellen geïnfecteerd door de virussen gaan door de CTLs en NK cellen gedood worden
- Er zijn ook veel cellen die meedoen aan ADCC, hier is de NK het belangrijkste, maar de
macrofagen, neutrofielen en eosinofielen gaan ook een belangrijke rol spelen
Heel belangrijke tabel met een goed overzicht van de verschillende immunoglobulines.
, Structuurverandering van virussen
Antigen drift
De virussen kunnen voortdurend van structuur veranderen, van eiwitten die aanwezig zijn op de
virus mantel, om de cel binnen te geraken. Hemagglutinine en neuramides zijn belangrijk bij de
vasthechting en de splitsing van siaalzuren op de plasmamembraan, zodat de budding kan gebeuren.
Door de wijzigingen in de structuur kunnen de antigenen die eerst gemaakt zijn niet meer binden,
hierdoor is er elk jaar en nieuw vaccin nodig, door de verandering.
Antigen shift
Hierbij vindt er een mutatie plaats in het virus. Er is een uitwisseling tussen varianten die bij
verschillende soorten voorkomen waardoor er genetische eigenschappen worden doorgegeven en
het virus helemaal een andere structuur kan aannemen.
Immuunrespons bij virussen
Bij een virusinfectie zal het immuunsysteem onmiddelijk reageren
door interferonen aan te maken die de naburige cellen zullen
beschermen tegen virusreplicatie. Het vervolg van de
immuunreactie zal afhankelijk zijn van het feit of het virus de
expressive van MHC-I onderdrukt of niet onderdrukt: bij
onderdrukking van MHC-I zullen NK cellen geactiveerd worden.
Als er wel voldoende MHC-I aanwezig is kan de NK cell moeilijk
geactiveerd worden (dia 25), maar dan zullen CTL gevormd worden
zoals we dat hebben gezien in het hoofdstuk van cel-gemdieerde
immuunreacties. De effectormechanismen van zowel NK als CTL
werd daar in detail besproken.
Omwille van het feit dat virussen obligaat intracellulair zitten, zijn de NK en CTL cellen zeer
belangrijk. Antistoffen zijn alleen maar zinvol om te verhinderen dat het virus binnen dringt in de cel
of verdere verplaatsing naar andere cellen en organen te verhinderen. Het is dan vooral nuttig om
antistoffen te maken tegen de virusantigenen die binden aan de cellulaire gastheer receptoren.
De interferonen is de manier waarop de cellen beschermd worden tegen virussen. Deze interferonen
gaan oligoadenylaat cyclase activeren, wat het 2-5(A) synthase activeert waardoor ribonuclease
geactiveerd worden.
De rechterkant is in het algemeen inhibitie van de proteïnen synthese. Er is een activatie van PKR
(RNA afhankelijk), waardoor de eukaryote inhibitie factor = eIF-2 gefosforyleerd wordt en dit de
proteïne synthese lam gelegd wordt. bij lage stimulatie van de IFN gaat de cel sterven. Deze cel gaat
dus afstreven, en vele andere cellen zijn gezond en kunnen de functie van de dode cel overnemen.
Dit zijn 2 belangrijke pathways waarbij de interferonen de virus replicatie gaat inhiberen.
Ons immuunsysteem heeft een adequatez manier om zich te verwerven tegen micro-organismen en
om die op te ruimen, maar nogal wat ziektebeelden zijn een gevolg van een buitensporige
immuunrespons. De micro-organismen die we gaan bespreken: virussen, bacteriën, parasieten en
worm. De verschillende micro-organismen hebben verschillende systemen om ons immuunsysteem
te omzeilen, zowel het aangeboren als het verworven immuunsysteem.
Polyclonale activatie
Een buitensporige immuunrespons kan veroorzaakt worden door een
voedselvergiftiging door superantigenen. Aan de buitenkant van de T-cel
receptor is er een β-keten en is er een α-keten van het MHC molecule. De
specificiteit komt door de β-keten. De superantigenen gaan heel veel T-
cellen activeren, veel meer T-cellen dan bij de specifieke activatie. IL2 en
INFϒ en TNF worden aangemaakt. De INFϒ activeert antigen presenterende
cellen. Je wordt dus ziek door de buitensporige immuunrespons = de grote
activatie van het immuunsysteem en het langdurig actief zijn ervan.
Systemische juvenile idiopatische artritis: deze mensen hebben pieken in koorts die op en neer
gaat. Het is niet een aantoonbare infectie van bacteriën of virussen maar het is een sluimerende
infectie die veroorzaakt kan worden door virussen (herpes bv).
Er zijn nog andere momenten waarbij het immuunsysteem geactiveerd kan worden: allergische
aandoening gaat zorgen voor een immuunrespons (IgE), transplantatie, dus niet alleen infecties die
de ziekten kunnen veroorzaken. Infectieziekten (vooral in de longen) zijn de 2 de grootste
doodoorzaak wereldwijd.
Immuunreactie tegen virussen
Humorale antistof respons = belangrijk bij virussen. Als men de intrede van het virus in de cel kan
verhinderen kan men de infectie met het virus dus ook verhinderen. IgG en IgM zijn nuttig in de
organen, IgA is bealngrijk in secretievochten, deze immunogenen gaan zorgen dat het virus niet kan
binden aan de membraan en dus niet aan budding/fusie kan doen. IgG en IgM gaan ook de
fagocytose van de viruspartikels stimuleren en zorgen voor de binding aan Fc en kunnen de
complement cascade activeren. IgM gaat ook de agglutinatie van de virale partikels bevorderen.
Celgemedieerde respons
- INFϒ die door TH cellen en cytotoxische T-cellen gemaakt worden
- De cellen geïnfecteerd door de virussen gaan door de CTLs en NK cellen gedood worden
- Er zijn ook veel cellen die meedoen aan ADCC, hier is de NK het belangrijkste, maar de
macrofagen, neutrofielen en eosinofielen gaan ook een belangrijke rol spelen
Heel belangrijke tabel met een goed overzicht van de verschillende immunoglobulines.
, Structuurverandering van virussen
Antigen drift
De virussen kunnen voortdurend van structuur veranderen, van eiwitten die aanwezig zijn op de
virus mantel, om de cel binnen te geraken. Hemagglutinine en neuramides zijn belangrijk bij de
vasthechting en de splitsing van siaalzuren op de plasmamembraan, zodat de budding kan gebeuren.
Door de wijzigingen in de structuur kunnen de antigenen die eerst gemaakt zijn niet meer binden,
hierdoor is er elk jaar en nieuw vaccin nodig, door de verandering.
Antigen shift
Hierbij vindt er een mutatie plaats in het virus. Er is een uitwisseling tussen varianten die bij
verschillende soorten voorkomen waardoor er genetische eigenschappen worden doorgegeven en
het virus helemaal een andere structuur kan aannemen.
Immuunrespons bij virussen
Bij een virusinfectie zal het immuunsysteem onmiddelijk reageren
door interferonen aan te maken die de naburige cellen zullen
beschermen tegen virusreplicatie. Het vervolg van de
immuunreactie zal afhankelijk zijn van het feit of het virus de
expressive van MHC-I onderdrukt of niet onderdrukt: bij
onderdrukking van MHC-I zullen NK cellen geactiveerd worden.
Als er wel voldoende MHC-I aanwezig is kan de NK cell moeilijk
geactiveerd worden (dia 25), maar dan zullen CTL gevormd worden
zoals we dat hebben gezien in het hoofdstuk van cel-gemdieerde
immuunreacties. De effectormechanismen van zowel NK als CTL
werd daar in detail besproken.
Omwille van het feit dat virussen obligaat intracellulair zitten, zijn de NK en CTL cellen zeer
belangrijk. Antistoffen zijn alleen maar zinvol om te verhinderen dat het virus binnen dringt in de cel
of verdere verplaatsing naar andere cellen en organen te verhinderen. Het is dan vooral nuttig om
antistoffen te maken tegen de virusantigenen die binden aan de cellulaire gastheer receptoren.
De interferonen is de manier waarop de cellen beschermd worden tegen virussen. Deze interferonen
gaan oligoadenylaat cyclase activeren, wat het 2-5(A) synthase activeert waardoor ribonuclease
geactiveerd worden.
De rechterkant is in het algemeen inhibitie van de proteïnen synthese. Er is een activatie van PKR
(RNA afhankelijk), waardoor de eukaryote inhibitie factor = eIF-2 gefosforyleerd wordt en dit de
proteïne synthese lam gelegd wordt. bij lage stimulatie van de IFN gaat de cel sterven. Deze cel gaat
dus afstreven, en vele andere cellen zijn gezond en kunnen de functie van de dode cel overnemen.
Dit zijn 2 belangrijke pathways waarbij de interferonen de virus replicatie gaat inhiberen.
