Lesactiviteit: Voortraject les 2 Naam: Mirjam Roorda
A. BEGINSITUATIE
De deelnemers:
Aantal: 8-10 kinderen Leeftijd: 4 t/m 7 jaar Basisvaardigheden: De kinderen komen voor tweede keer op zwemles. Ze zijn waarschijnlijk
gespannen omdat ze het eng vinden. Ik weet ongeveer wat hun basisvaardigheden zijn.
Kenmerken om rekening mee te houden (o.a. cognitief / motorisch / sociaal-emotioneel / motieven):
Cognitief: Ze weten dat ze gaan zwemmen.
Motorisch: Ik weet een beetje hoe de kinderen motorisch zijn omdat ze pas 1 keer eerder zijn geweest op zwemles.
sociaal-emotioneel: Ik weet een beetje hoe de kinderen sociaal-emotioneel zijn omdat ze pas 1 keer eerder zijn geweest op zwemles.
Aandachtspunten voor de lesgever:
Benutbare mogelijkheden van het zwembad:
lage kanten
Afmeting: 5x10 meter.
Vorm: Rechthoekig bad.
Kanten: 2 lange zijdes en 2 korte zijdes. Alle kanten zijn
laag, zodat de kinderen er makkelijk uit kunnen klimmen.
5 meter
Waterdiepte: 0,30 meter.
Faciliteiten: Er is veel materiaal beschikbaar. Flexibeens,
10 meter
bandjes, plankjes etc.
B. DOELSTELLING(EN)
Tijdens de les wordt het accent gelegd op:
Watervrij maken door het hoofd in het water te doen en drijven in het water.
C. De les
Dag / Tijdstip: Maandag 9 maart 2015. Tijdstip: 15.20-16.00 uur.
, Het motorisch De lesinhoud De rol van de lesgever Organisatie en Veiligheid Materiaal
leerproces (tijd en opdrachten: accent, (voorbeeld, observeren, uitleg, (organisatievormen, opstellingen,
(voorwaarden en fase) variatie en differentiatie) correcties, aanmoedigingen) aanbiedingsvormen)
Fase 1: observeren. Tijd Springen in het Ik leg de oefening aan de
Te water gaan door 5 min water. kinderen uit. Ze moeten langs Geen materiaal
middel van springen. de lange zijde van het bad nodig.
staan en het water inspringen.
Dan klimmen ze er weer uit en
springen nog een keer. Ik
vertel dat ze niet mogen duiken
vanwege de veiligheid.
Kind
Richting van springen.
Mijn positie als lesgever
Fase 1: observeren. Tijd Met je gezicht in Ik laat de kinderen voor mij
Onderwater gaan met 10 min het water gaan, zitten in het water en zeg tegen Geen materiaal
je gezicht en eerst je kin, dan je ze dat ze hun kin, mond, neus, nodig.
vervolgens mond, dan je neus, ogen en hele gezicht in het
voortbewegen als een dan je ogen en water moeten doen. Kinderen
krokodil door het vervolgens je hele die dit nog niet durven doen
water. gezicht. Daarna alleen wat ze wel durven
gaan we als een (bijvoorbeeld alleen hun kin en
krokodil door het mond) Daarna gaan we als
water. krokodillen door het water.
Met je handen loop je over de
bodem en je benen hangen
achter je aan.