1.1 WAT IS GLOBALISERING
GLOBALISERING
→ is de ontwikkeling naar wereldwijde onderlinge afhankelijkheid van mensen & groeperingen.
Het gaat om een toename van banden tussen mensen, landen, systemen,…
Wat hier gebeurt staat niet los van wat elders gebeurt.
Van lokaal → globaal niveau
Een globaal fenomeen past zich aan aan het lokaal fenomeen
I-> bv. McDonalds: een globaal fenomeen maar in bepaalde landen een andere kaart (lokaal)
1.2 VIER DIMENSIES VAN GLOBALISERING – GELINKT MET ELKAAR
1- ECONOMISCHE DIMENSIE
= economische banden over de hele wereld nemen toe worden intensiever
Bv. Niveau bedrijven: ikea, McDonals
Niveau instelling: the world bank
Niveau overheden: Europese Unie, APEC
Bedrijven niet langer in 1 land & niet in 1 land gemaakt
- Impact op bedrijven → verhuizen naar een ander land waar de kosten het laagst zijn
- Impact werknemers → BREXIT: werknemers verhuizen terug nr een ander Europees land
- Impact consument → grens oversteken en naar een andere winkel kunnen
- Impact overheden → rekeninghouden met veel akkoorden
Actualiteit: Oekraïne, nachtwerk regeling
2- POLITIEKE DIMENSIE
= politieke banden over de hele wereld nemen toe en worden intensiever.
Grenzen tussen naties vervagen
Bv. Benelux, afstemming tussen coronamaatregelen, fusies met andere gemeentes
- Impact op overheden: rekening houden met afspraken gemaakt door hogere overheden
- Impact op bevolking: vrij verkeer van personen, erkenning van diploma’s
- Impact op natiestaten
-vervaging oude territoriale grenzen meer nationalisme (bv. Trump, Italië,…)
Bv. EU: vervagen van staatsgrenzen,
maar tegelijkertijd is er ook een tendens naar meer nationalisme
(bv. Brexit, Trump in de VS)
3- CULTURELE DIMENSIE
= diffusie van cultuurelementen over de hele wereld
Impact
- homogenisering: cultuurgrenzen vervagen – winkelstraat Gent = Barcelona
- ontstaan van culturele niches – chefkok enkel nog koken met lokale producten
- heterogenisering van culturen: de cultuur neemt aspecten van andere culturen over
→ ontstaan van transnationale gemeenschappen
, 4- ECOLOGISCHE DIMENSIE
= het ecologische overstijgt steeds vaker het lokale niveau
en we zien steeds meer door de mens veroorzaakte ecologische problemen
→ vervuiling blijft niet binnen landsgrenzen
- milieu klimaat
Milieu = alles wat we rondom ons zien
Klimaat = gemiddelde weer over periode van 30 jaar
impact: mens, dier, plant, ecosysteem
Soms ook gemengd: het kappen van bossen om de open haard mee aan te steken zorgt bij
verbranding voor stof (milieuprobleem) en extra CO2 (klimaatprobleem)
- Probleem: opwarming van de aarde.
1.3 DE DUURZAME ONTWIKKELINGSDOELEN
DUURZAME ONTWIKKELING =
omvat het menselijk handelen dat wil voorzien in de behoeften van de huidige generatie, zonder de
behoeftevoorziening van toekomstige generaties in gevaar te brengen.
DUURZAME ONTWIKKELINGSDOELSTELLINGEN =
17 doelstellingen voor duurzame ontwikkeling.
Meer dan 190 landen engageren zich om via doelen onze wereld tegen 2030 duurzamer te maken
DOEL SDG
→ om wereldwijd vrede, de welvaart en het welzijn van de
wereld en haar bewoners te waarborgen
DUIDING VN
De Verenigde Naties is
* internationale organisatie
* na de Tweede Wereldoorlog opgericht
* streeft naar internationale samenwerking
,5 P’S
people = mensen
→ einde aan armoede & honger
→ mens op een waardige en gelijke manier leven in een gezonde omgeving
prosperity = welvaart
→ iedereen moet kans krijgen op een welvarend en bevredigend leven
planet = planeet
→ planeet beschermen door duurzaam te produceren & consumeren
→ actie ondernemen tegen de klimaatverandering
peace = vrede
→ vredige, rechtvaardige en inclusieve gemeenschappen, waar mensen niet in angst leven
partnership = partnerschap
→ wereldwijde solidariteit versterken
→ alle landen samenwerken in het belang van de armsten & ketsbaarsten
➔ samenhang
- de 5 P’s onderling
- de SDGs onderling
- de 5 P’s en de SDG’s
, 1.4 WAT IS SYSTEEMDENKEN EN TOEKOMSTDENKEN?
EDUCATIE VOOR DUURZAME ONTWIKKELING (EDO)
WAT
→ niet enkel kennisoverdracht
OOK vaardigheden aanleren om bewuste keuzes te maken
→ opleiden tot wereldburger
= iemand die beseft wat hij doet, effect heeft op de wereld, nu en later
→ leren denken over en werken aan een leefbare wereld, nu en in de toekomst
Voor onszelf en voor anderen, hier en elders op de planeet
5 EDO-PRINCIPES
1- Overbrengen van nieuwe kennis
→ actiegerichte kennis
2- Het bevorderen van systeemdenken
3- Waardeontwikkeling
→ maken van bewuste keuzes
→ waarden duidelijk & bespreekbaar maken → nieuwe waarden kunnen ontstaan
4- Omgaan met emoties
→ bewust zijn van eigen emoties & gevoelens en die van anderen
En die kunnen uiten, onder controle houden & inzetten om tot actie te komen
5- Actiegerichtheid