Perspectieven op de goede overheid – Hobbes en Locke
17e eeuw: Men ging twijfelen dat inrichting van samenleving door God was bepaald.
Dachten na legitimiteit voor macht van staat; vrijheid, gelijkheid en veiligheid.
Zo ontstond contractfilosofen = antwoord op macht tussen burger/overheid.
2 begrippen bij contractfilosofen:
1. Natuurstaat: denkbeeldige voorstelling waar nog geen maatschappelijke
structuren zijn. Er zijn geen afspraken, beïnvloed door mensbeeld.
2. Sociaal contract: denkbeeldig contract waar wij ons als individu aan houden.
Hobbes: Pedagogisch perspectief
Een mens is niet in staat om voor de ander te zorgen, omdat hij egoïstisch is. Zonder
sterke leider is er een oorlog tegen alles en iedereen. Leider mag macht hebben.
Geen individuele vrijheid, maar wel veiligheid en stabiliteit voor iedereen.
Mensbeeld: iedereen is gelijk, is individualistisch en is continu in beweging (wil meer)
Sociaal contract: vrijheid afstaan, veiligheid belangrijker, streven naar vrede.
Locke: Pedagogisch perspectief
Mens zorgt snel voor een ander, ze zijn (bijna allemaal) redelijk en medemenselijk.
Hebben machthebber nodig, maar tegenmacht van belang. Zelfbeschikkingsrecht
nodig, zijn nature vrij en onderlig gelijk, niet over ander beschikken. Geld is slecht.
Mensbeeld: samenwerking op idee dat eigenbelang het belang van anderen is.
Sociaal contract: redelijke wetten en onafhankelijke rechtstaat.
Moet scheiding van machten zijn (trias politica):
1. Wetgevende macht: wetsvoorstellen/instemmen
2. Rechterlijke macht: spreken recht op wetten, verdragen, gewoontes, enz.
3. Uitvoerende macht: bezig met uitvoeren wetten
Perspectieven rechtvaardigheid en ethiek: gevolg- en plichtsethiek
Gevolgenethiek: (Mill) gevolgen van handelingen
Mill onderscheid verschil tussen verschillend genot.
Streeft: Maximaal nut (geluk) voor zoveel mogelijk mensen
Utilisme: pijn&genot tegen elkaar afwegen op lange termijn, geluk van ieder:
Handelingsutilisme: bij iedere handeling, in elke context
Regelutilise: de regel, de norm centraal
Plichtsethiek: (Kant) handelingen zelf, intentie
Streeft: Handelen op basis van morele regels die voortkomen uit regels
Kritieken: op zoek naar de grenzen (cirkel is rond)
- A posteriori: synthetisch oordeel (gebeurt erna)
- A priori: Analytisch oordeel (vooraf) (niet willekeurig of sociale gewoonte)