100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

samenvatting microbiologie (bacteriologie)

Rating
-
Sold
-
Pages
33
Uploaded on
30-08-2022
Written in
2021/2022

samenvatting van het vak microbiologie (bacteriologie), prof Vanmellaert hoofdstuk 1-8

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
August 30, 2022
Number of pages
33
Written in
2021/2022
Type
Summary

Subjects

Content preview

1. Introductie
1.1 Evolutie
Micorbïële fossielen:
 Eerste leven op aarde
o Stromatolieten: afzettingsgesteenten met fossiele filamenteuze micro-organismen
waaronder cyanobacteriën
o Fossiele microbiële matten: voornamelijk gevormd in intergetijden gebieden
o Kerogen: organisch materiaal in oude gesteenten met biologische activiteit

 O2 productie door sommige bacteriën maakte ander leven mogelijk

1.2 Historisch overzicht
Geen namen en tijden kennen

1.3 Domein van het leven
Fylogenetische stamboom: Op basis van geconserveerde ribosomale RNA sequenties werd er een
indeling gemaakt van levende organismen in 3 domeinen

 Bacteria
 Archaea: leven voornamelijk in extreme omstandigheden
 Eukaryote: protisten, fungi, planten en dieren

4 groepen micro-organismen:

 Bacteria prokaryoten: geen celkern
 Archaea
 Fungi eukaryoten: celkern
 Protisten

 meestal unicellulair (in tegenstelling tot planten en dieren)  geen differentiatie tot weefsels en
organen

1.4 De cel als eenheid
De cel: fundamentele eenheid van alle levende organismen

1. Functionele eigenschappen
 Metabolisme: verwerven van energie, synthese van celmateriaal door middel van enzymen
 reproductie
2. Structurele eigenschappen
 Cytoplasma: waarin meeste metabolische en enzymatische processen gebeuren
 DNA = erfelijk materiaal
 Celmembraan: lipidelaag met proteïne rond het cytoplasma
 Eventueel en celwand

( een virus is niet cellulair en wordt dus niet gezien als een levend organisme)

,Een prokaryote cel heeft geen organellen in tegenstelling tot een eukaryote cel dat dit wel heeft
 prokaryoot: nucleoïde regio = regio met genomisch materiaal
 eukaryoot: celkern

Nomenclatuur micro-organismen

 Binaire naamgeving
o Genus of geslacht
o Species of soort
 Verdere indeling naar boven
o Meerdere genera vormen een familie
o Meerdere families vormen een orde
o Meerdere orden vormen een klasse
o Meerdere klassen vormen een fylum
 Verdere indeling naar beneden
o Een soort bevat verwante stammen (isolaten)
o Een soort bevat verschillende types


2. Morfologie bacteriën en
archaea
 Meeste bacteriën en archaea zijn unicellulair
 cellen leven gescheiden van elkaar
 Sommige vormen multicellulaire aggregaten
 Sommige vertonen pleomorfie
 verschillende vormen mogelijk
 Sommige vormen associaties met andere soorten
 biofilmvorming
 symbiose
 Meeste bacteriën en archaea hebben een bepaalde celgrootte
 Celgrootte en vorm zijn genetisch bepaald maar kunnen ook beïnvloed zijn door voedings- en
omgevingsfactoren
 Verscheidene vormen zijn mogelijk
o coccen: bolvormige bacteriën
celdeling volgens 1 as: streptococcen en diplococcen
celdeling volgens 2 assen: tetrade
celdeling volgens 3 assen: sarcina
celdeling willekeurig: stafylococcen
o bacillen: staafvormige bacteriën
 meest voorkomende vorm bij prokaryoten
 ketens van 2 of meerdere staafvormige cellen
 celdeling volgens dwarse as
o spiraalvormige bacteriën
 vibrio: gebogen staafje, kommavormig
 spirillum: lange, rigide, spiraalvormige cel (vaste vorm)
 spirocheet: lange, flexibele, spiraalvormige cel (vorm verandert bij beweging)
o filamenteuze bacteriën

,  actinobacteria
 vormen lange filamenten van verschillende cellen
 vertakkingen mogelijk
 vormen een uitgebreid netwerk = mycelium
 cyanobacteria
 vorming van lange filamenten = trichoom
 cellen liggen naast elkaar en celdeling gebeurt volgens lengteas
 mogelijk gespecialiseerde cellen aanwezig


3. Microbiële structuur
 Vaste structurele componenten
o Cytoplasma
o Cytoplasmatische membraan dat cytoplasma omgeeft
o Celwand: geeft vorm en stevigheid aan cel
 Mogelijk additionele structurele componenten
o Extracellulair omhulsel
o Flagellen
o Fimbriae, curli, pili
o Sporen
o inclusies

3.1 Celenvelop
Celenvelop = cytoplasmatisch membraan + celwand + extracellulaire omhulsel

Celmembraan: flexibele dubbele fosfolipidenlaag met membraanproteïnen

 celmembraan bacteriën
o dubbellaag fosfolipiden
o 2 vetzuren van 12-18C
o Via esterbindingen gebonden aan glycerol
o 3de fosfaat van glycerol is verbonden aan een fosfaat
 celmembraan archaea
o isoprenoïden: multimeer isoprenen
o via ethers aan glycerol verbonden
o 2 types: glycerol diether (dubbellaag van glycerol diethers) en diglycerol tetraether
(monolaag van diglycerol tetraethers)
 functies cytoplasmatische membraan
o fysische barrière tussen cytoplasma en extracellulaire omgeving met selectieve
permeabiliteit
o aanwezigheid van allerlei transportsystemen
 transport van componenten vanuit omgeving tot in cytoplasma
 elektronentransport voor energieproductie
o betroken bij synthese van andere celstructuren
o functie bij DNA replicatie
 DNA gebonden aan membraan
 Na DNA replicatie: 2 DNA moleculen van elkaar gescheiden door nieuwe
membraansythese

, o rol in enzymatische reacties ter hoogte van het membraan, fotosynthese…
 celmembraan stabiliserende factoren
o meestal niet aanwezig
o sterolen in mollicutes
o hopanoïden

celwand

 aanwezig bij bacteriën, uitgezonderd mollicutes
 slechts enkele archaea bevatten een celwand
 stevig netwerk rond cel: voorkomt breken van membraan door tugordruk
 bepaalt mee karakteristieke vorm en grootte
 polymeerstructuren in celwand
o bacteriën: peptidoglycaan (= mureïne)
o zuurvaste bacteriën: naast peptidoglycaan nog andere polymeerstructuren
o archaea: pseudomureïne

2 groepen bacteriën op basis van reactie in kleuring
 gram + kleurt paars, gram – kleurt rood

Celwand gram-positieven
 dikkere celwand door meerdere peptidoglycaanlagen
 lipoteichoïnezuren of teichuronzuren voor binding van metaalionen
 peptidoglycaan
o uitsluitend in bacteria en vormt het doelwit van antibiotica
o bestaat uit aminosuikers en aminozuren
 aminosuikers
o glucosamine en muraminezuur
o meestal N-geacetyleerd
o verbonden via Beta-1,4- verbinding
o polysacharideketen (glycaan): afwisselend N-acetylglucosamine en N-
acetylmuraminezuur
 aminozuren
o rol in crosslinking van NAG-NAM-polysacharideketens
 teichoïnezuren
o polymeren van polyolfosfaat (polyglycerolfosfaat en polyribitolfosfaat)
o mogelijke additionele componenten (suikers, aminosuikers, D-alanine)
o vasgehecht aan peptidoglycaan door celwandgeassocieerde teichoïnezuren en aan
celmembraan via lipoteichoïnezuren
 teichuronzuren
o gevormd bij tekort aan fosfaten
o heteropolymeer
o covalent gebonden aan peptidoglycaan

Celwand gram-negatieven
 dunne peptidoglycaanlaag
 additionele assymetrische buitenmembraan
 opbouw is gelijkmatig aan gram+, maar directe crosslinking van NAM-NAG ketens via
diaminopimelinezuur (DAP)
$9.70
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
eva26

Also available in package deal

Get to know the seller

Seller avatar
eva26 Katholieke Universiteit Leuven
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
7
Member since
4 year
Number of followers
1
Documents
16
Last sold
2 months ago

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions