Samenvatting Maatschappijleer § 1,2 en 3
§ 1 Wat is een verzorgingsstaat?
Verzorgingsstaat: Is dat de overheid zich actief bemoeit met het welzijn
en de welvaart van de burgers.
Welvaart is dat we voldoende inkomen hebben om onze behoeften te
kunnen voorzien.
Welzijn is hoe we geestelijk en lichamelijk voelen.
Solidariteit: Is de bereidheid in een groep of samenleving om risico’s met
elkaar te delen.
Drie pijlers steunt de verzorgingsstaat:
- Goed onderwijs
- Goede gezondheidszorg
- Sociale zekerheid
Socialezekerheidsstelsel: is dat mensen verzekert zijn van een inkomen
bij werkloosheid, ziekte, ouderdom of arbeidsongeschiktheid.
Sociale rechtsstaat: is dat burgers sociale grondrechten hebben, maar is
niet afdwingbaar bij de rechter. De overheid moet zorgen dat wel naar de
sociale grondrechten actief wordt nagestreefd
Voorbeelden: Goed onderwijs, voldoende werkgelegenheid, een goed
leefmilieu, woongelegenheid en volksgezondheid.
Hoofrolspelers van de verzorgingsstaat:
- Burgers
- Overheid
- Werknemers- en werkgeversorganisaties
Burgers moeten zijn zelf verantwoordelijk voor het hebben van werk,
een huis en een school voor je kinderen. De overheid grijpt pas in als het
na zelf ondernemen niet gelukt is. Overheid is verantwoordelijk voor de
collectieve voorzieningen zoals: onderwijs, gezondheidszorg en
huisvesting. Verder garandeert de overheid een inkomen aan mensen die
het zelf niet in kunnen voorzien en zet zich in voor goede
arbeidsomstandigheden en helpt bij goede arbeidsvoorwaarden
doorvoeren door met werkgeversorganisaties en werkgevers te praten. Als
laatste bevorderd de overheid het welzijn van de mensen door
sportverenigingen en bibliotheken te subsidiëren.
, Vakbonden: zijn organisaties die opkomen voor collectieve en individuele
belangen van werknemers behartigen. Als vakbonden samenwerken
spreken we van een vakcentrale.
Werkgeversorganisaties zijn organisaties waarin werkgevers zich in
hebben georganiseerd. Voorbeelden van werkgeversorganisaties: VNO en
NCW (Verbond van Nederlandse Ondernemingen en Nederlands Christelijk
Werkgeversverbond)
Werkgeversorganisaties en vakcentrale samen noemen we sociale
partners. Samen zorgen zij voor goede afspraken tussen werkgever en
werknemer in de cao (collectieve arbeidsovereenkomst).
Het kan ook anders:
- Planeconomie (1)
- Vrijemarktmechanisme (2)
- Sociaaldemocratische model (3)
*1 In deze methode wordt productiemiddelen (grond, bedrijven en
kapitaal) in bezit van de overheid genomen en iedereen krijgt ongeveer
hetzelfde loon, want communisten houden van gelijkheid van de mens.
Nadeel is dat sommige mensen zich gedwongen voelen om bepaald werk
te doen en dat winst moet worden afgedragen aan de overheid. Wie dat
niet doet wordt bestraft.
*2 In deze methode staat de waarde vrijheid centraal en de overheid
bemoeit zich nauwelijks met de economie. Belastingen zijn laag, maar
iedereen moet zichzelf wel verzekeren voor werkloosheid en ziekte.
Daarnaast moet je ook flink betalen voor onderwijs.
*3 In deze methode kent uitgebreide verlofregelingen voor ouders met
kleine kinderen en hoge uitkeringen. Nadeel is dat het een duur systeem
is. Voordeel is dat werkende percentage vrouwen het hoogste van Europa
is.
§ 1 Wat is een verzorgingsstaat?
Verzorgingsstaat: Is dat de overheid zich actief bemoeit met het welzijn
en de welvaart van de burgers.
Welvaart is dat we voldoende inkomen hebben om onze behoeften te
kunnen voorzien.
Welzijn is hoe we geestelijk en lichamelijk voelen.
Solidariteit: Is de bereidheid in een groep of samenleving om risico’s met
elkaar te delen.
Drie pijlers steunt de verzorgingsstaat:
- Goed onderwijs
- Goede gezondheidszorg
- Sociale zekerheid
Socialezekerheidsstelsel: is dat mensen verzekert zijn van een inkomen
bij werkloosheid, ziekte, ouderdom of arbeidsongeschiktheid.
Sociale rechtsstaat: is dat burgers sociale grondrechten hebben, maar is
niet afdwingbaar bij de rechter. De overheid moet zorgen dat wel naar de
sociale grondrechten actief wordt nagestreefd
Voorbeelden: Goed onderwijs, voldoende werkgelegenheid, een goed
leefmilieu, woongelegenheid en volksgezondheid.
Hoofrolspelers van de verzorgingsstaat:
- Burgers
- Overheid
- Werknemers- en werkgeversorganisaties
Burgers moeten zijn zelf verantwoordelijk voor het hebben van werk,
een huis en een school voor je kinderen. De overheid grijpt pas in als het
na zelf ondernemen niet gelukt is. Overheid is verantwoordelijk voor de
collectieve voorzieningen zoals: onderwijs, gezondheidszorg en
huisvesting. Verder garandeert de overheid een inkomen aan mensen die
het zelf niet in kunnen voorzien en zet zich in voor goede
arbeidsomstandigheden en helpt bij goede arbeidsvoorwaarden
doorvoeren door met werkgeversorganisaties en werkgevers te praten. Als
laatste bevorderd de overheid het welzijn van de mensen door
sportverenigingen en bibliotheken te subsidiëren.
, Vakbonden: zijn organisaties die opkomen voor collectieve en individuele
belangen van werknemers behartigen. Als vakbonden samenwerken
spreken we van een vakcentrale.
Werkgeversorganisaties zijn organisaties waarin werkgevers zich in
hebben georganiseerd. Voorbeelden van werkgeversorganisaties: VNO en
NCW (Verbond van Nederlandse Ondernemingen en Nederlands Christelijk
Werkgeversverbond)
Werkgeversorganisaties en vakcentrale samen noemen we sociale
partners. Samen zorgen zij voor goede afspraken tussen werkgever en
werknemer in de cao (collectieve arbeidsovereenkomst).
Het kan ook anders:
- Planeconomie (1)
- Vrijemarktmechanisme (2)
- Sociaaldemocratische model (3)
*1 In deze methode wordt productiemiddelen (grond, bedrijven en
kapitaal) in bezit van de overheid genomen en iedereen krijgt ongeveer
hetzelfde loon, want communisten houden van gelijkheid van de mens.
Nadeel is dat sommige mensen zich gedwongen voelen om bepaald werk
te doen en dat winst moet worden afgedragen aan de overheid. Wie dat
niet doet wordt bestraft.
*2 In deze methode staat de waarde vrijheid centraal en de overheid
bemoeit zich nauwelijks met de economie. Belastingen zijn laag, maar
iedereen moet zichzelf wel verzekeren voor werkloosheid en ziekte.
Daarnaast moet je ook flink betalen voor onderwijs.
*3 In deze methode kent uitgebreide verlofregelingen voor ouders met
kleine kinderen en hoge uitkeringen. Nadeel is dat het een duur systeem
is. Voordeel is dat werkende percentage vrouwen het hoogste van Europa
is.
