1 Inleiding: kinderen & jongeren met gedrags-, emotionele problemen............................................ 1
2 Neurobiologische ontwikkelingsstoornissen .................................................................................... 6
2.1 Kinderen en jongeren met een licht verstandelijke beperking ................................................. 6
2.2 Lezen, spelling en dyslexie ..................................................................................................... 13
2.3 Rekenen & dyscalculie ........................................................................................................... 19
2.4 DCD ........................................................................................................................................ 24
2.5 Taalstoornissen ...................................................................................................................... 26
2.6 ADHD ..................................................................................................................................... 30
3 Twee grote kaders voor begeleiding in het SPP werkveld ............................................................. 54
3.1 Integrale Jeugdzorg................................................................................................................ 54
3.2 M-decreet en zorgcontinuüm in de leerlingenbegeleiding .................................................... 61
4 Andere zorgvragen......................................................................................................................... 64
4.1 Cognitief sterk functioneren ................................................................................................... 64
4.2 Stemmingsstoornissen, suïcide en suïcidepreventie bij kinderen en jongeren ........................ 71
4.3 Agressie en gedragsproblemen .............................................................................................. 84
4.4 Faalangst ............................................................................................................................... 94
4.5 Studie(de)motivatie.............................................................................................................. 103
4.6 Sociale relaties tussen leerlingen en pesten ......................................................................... 115
5 Gastcollege: Ontwikkelen van cognitief talent.................................... Error! Bookmark not defined.
Samenvatting: SPP
1 Inleiding: kinderen & jongeren met gedrags-, emotionele problemen
1.1 Inleiding
1.2 Wat zijn gedrags- en emotionele problemen?
1.2.1 terminologie
• Gedrags- en emotionele problemen = alle kinderen die zich zichtbaar ongewoon of
abnormaal gedragen of die zichtbaar ongewone of abnormale reacties vertonen, en dat
afgezien van de ernst, de oorzaak of de context van het gedrag of de emotie
⇒ Ook kinderen met (functionele) lich. klachten onvoldoende te verklaren door lich. ziekte
• Deze cursus: eerder ernstige problemen | Problemen worden ernstig wnr ze…
langdurig/blijvend worden
in combinatie voorkomen met andere problemen
en/of een ernstig lijden tot gevolg hebben bij kind en/of directe omgeving
,1.2.2 Aandachtspunten bij het definiëren van gedrags- en emotionele problemen
1.2.2.1 Ontwikkelingsperspectief
Weten wnr gedrag of emoties wel/niet aangepast zijn aan de leeftijd (kennis over normale ontw)
Vb. woedebuien en druk gedrag bij een kleuter vaker gezien als ‘horend bij leeftijd’
1.2.2.2 Continuümgedachte
• Gedragingen & emoties op een continuüm => grens tss normaal & problematisch = moeilijk
o Geen kwalitatief verschil in gedrag, maar wel verschil in ernst, intensiteit & chroniciteit.
Kinderen met gedrags- en emotionele problemen vertonen deze gedragingen frequenter,
intenser, langduriger en in verschillende situaties.
1.2.2.3 Context
• Context
o Bekijken van gedrag & emoties van kinderen in de situatie waarin ze zich voordoen
Bv. onhandelbare kinderen in klas (= kunnen bijv. niet volgen) thuis geen probleem
o De setting, activiteiten & pedagogische aanpak= grote impact op gedrag v/e kind
=> beoordeling: doet probleem zich in 1 of meerdere settingen voor?
1.2.2.4 Informant
• Wie beoordeelt het gedrag van het kind?
• Iedereen kijkt vanuit zijn eigen bril: eigen waarden, normen
Bv. ouders die onvoldoende kennis hebben over ontwikkelingsfase zien kind als onhandelbaar
=> tijdig ingrijpen; indien niet geleerd wordt om anders naar kind te kijken → gedragsproblemen
1.3 Classificatie van gedrags- en emotionele problemen
Doel: gemeenschappelijke taal ter bevordering van onderlinge communicatie tss professionals
Vb. verwijzen we naar dezelfde gedragskenmerken wanneer we spreken van aandachtsproblemen?
Twee soorten classificatiesystemen:
1.3.1 Nr1: Klinisch-psychiatrische classificatiesystemen
• Cursus: DSM-5 = Diagnostic & statistical manual of Mental Disorders of the Amercian
Psychiatric Association =
⇒ leunt nauw aan bij medisch model (= iedere stoornis aparte oorzaak)
• Overzicht van alle in de westerse wereld erkende klinische geestelijke
gezondheidsstoornissen & andere aandoeningen die een reden voor zorg kunnen zijn
• Stoornissen worden geoperationaliseerd d.m.v. criteria (geven kernsymptomen weer)
• Nadelen:
Gedecontextualiseerd: te veel los gezien van omgeving & context v/h kind
Stoorniscategorieën valide voor andere culturen? (enkel westerse concepten,
stoorniscategorieën)
Maar…opgelet voor labels & stigmatisering!
• Deze cursus, DSM 5,… geeft een gemeenschappelijke taal voor hulpverleners. Deze taal gebruik je
niet (altijd) naar de cliënt toe!
• Elke cliënt en zijn systeem is uniek, dat vereist maatwerk
, 1.3.2 Nr 2: Empirisch-statische classificatiesystemen (niet kennen in reader)
1.4 Epidemiologisch onderzoek naar gedrags- & emotionele problemen bij kinderen en
jongeren
= systematische studie naar
prevalentie (= het voorkomen op een bepaald moment in de tijd)
verspreiding in een bepaalde bevolkingsgroep vb. Dyslexie westen vs. China
factoren die het voorkomen & de verspreiding beïnvloeden
Uit onderzoek blijkt:
o Prevalentie van gedrags- & emotionele problemen bij kinderen, jongeren ligt hoog
o Gedrags- & emotionele problemen hangen nauw samen met:
▪ Geslacht: Prevalentiecijfers liggen bij jongens hoger dan bij meisjes
⇒problemen bij jongens vallen meer op→ meer hulp
⇒ jongens meer externaliserende- (bv. druk gedrag, agressie) meisjes meer
internaliserende problemen (bv. angst, depressie)
▪ Leeftijd: Jongere kinderen laten andere gedragsproblemen zien dan oudere
⇒Ouder: externaliserende problemen, infantiele gedragingen (bv. bedplassen)
⇒ Ouder worden: psychosomatische klachten (bv. hoofdpijn)
▪ SES: Prevalentie v. gedragsproblemen is bij kinderen uit zwakke sociale milieus
⇒ minder middelen, opvoedingsvaardigheden, isolering…
Vb. kind met adhd heeft geen tuin of hobby’s om zijn energie kwijt te kunnen
o Gedragsproblemen van kinderen zijn vrij stabiel
⇒ nemen toe in freq. & intensiteit indien niet tijdig ingegrepen
o Zijn er nu meer gedragsproblemen dan vroeger? Geen empirische bewijzen voor
1.5 Etiologie (= oorzaak) van gedrags- en emotionele problemen
= verklaringsmodellen voor gedrags- en emotionele problemen bij kinderen en jongeren
1.5.1 Hoe zien verklaringsmodellen eruit?
Wrm is het belangrijk om gedrags- & emotionele problemen bij kinderen grondig te onderzoeken?
- Problemen zijn divers: frequentie, ernst, duur en uitgebreidheid
- Als je kinderen met deze problemen goed wil begeleiden, moet je eerst begrijpen waarom
sommige kinderen deze problemen ontwikkelen en anderen niet
Ontwikkelingspsychologie : wetenschappelijke studie van groei, verandering & stabiliteit doorheen
de verschillende levensfasen.
Ontwikkelingspsychopathologie : wetenschappelijke studie naar het ontstaan & beloop van
psychische stoornissen. Problemen waarvoor men hulp komt zoeken zijn het product van
een lange voorgeschiedenis, waarvan verschillende factoren elkaar hebben beïnvloed
⇒ Aandacht voor het grensgebied: niet-klinisch voorlopers van psychopathologie