Amylissa Van Buggenhout 1 EBAKO C2 2021 - 2022
Muziek 1.1
Zingen, hoe werk je eraan?
Werkpunten Tips
Kracht (stemvolume) Vanuit de buik zingen:
- Ademhalingsoefeningen
- Buikademhaling
- Middenrif
- Ademsteun
- Lip thrills
Ademhaling (adem tekort) Vanuit de buik zingen:
- Ademhalingsoefeningen
- Buikademhaling
- Middenrif
- Ademsteun
- Lip thrills
Tessituur (stembereik) - Hoge stemregister niet
vermijden maar exploreren (bv
sirene)
- Kopstem leren gebruiken
Intonatie (melodie juist zingen) - Focussen op melodie en
toonhoogte ipv tekst
- Meezingen met iemand die
goed intoneert
- Beginnen met toonovermane:
o Eerst 1 toon, dan enkele
tonen, stukjes van de
melodie
o Opbouwen naar de gehele
melodie
Ademen met kleuters: (gebeurt impliciet)
o Kat wegjagen
o Paardenbloem blazen
o Bellen blazen
o Bijtje dat zoemt
Al deze oefeningen om onbewust het middenrif te activeren
en ademstroom te leren controleren.
Muziekspel:
o Materiaal:
Voor elke kleuter een veertje
o Organisatie:
Er is een vogel getekend zonder veren. De kleuters zitten er
op voldoende afstand rond met hun veer.
o Werkvorm:
Op het teken van de leerkracht blazen de kleuters hun veer
richting vogel. Kleuters die hun veer al bij de vogel kregen,
maken plaats voor de anderen.
o Tips:
Zorg voor voldoende verluchting in de klas.
1
, Amylissa Van Buggenhout 1 EBAKO C2 2021 - 2022
Laat de kleuters zelf ontdekken dat ze onder de veer
moeten blazen om het vooruit te krijgen.
Je kan het spel ook spelen met licht-kartonnen visjes naar een
‘vijver’ of pingpongballetjes voetbal. (1 pingpongbal, een doel
en rietjes voor de kleuters om door te blazen)
o Andere spelletjes P13 – 15
Spelen met een lied:
o De leerkracht zing een lied, de kleuters doen iets. Doel is niet dat de
kleuters zingen.
Bim Bam ‘Bim bam Bim bam, alle klokken luiden
Kleuters doen iets:
o Bim = handen omhoog (klok in de lucht) sol
horen – handen in de lucht
o Bam = handen omlaag (klok naar beneden) Mi
horen – armen kruisen
Die gaat op, die gaat neer ‘die gaat op, die gaat neer, die
gaat weg, die komt weer’
Kleuters doen iets:
o Die gaat op = duim omhoog
o Die gaat neer = duim omlaag
o Die gaat weg= duim verstoppen
o Die komt weer = duim tonen
Kan met verschillende voorwerpen
En hoe gaat het op maandag ‘En hoe gaat het op de maandag
en hoe gaat het dan? Zo zo limoenette zo zo domino, zo zo
limoenette zo zo domino.’
Kleuters doen iets:
o Zo zo limoenette zo zo domino (1) = linker duim
omhoog
o Zo zo limoenette zo zo domino (2) = rechterduim
omhoog
Bouwsteen: structuur/ vorm A – B – B’
Hoe gaat de dans van Perlafien ‘Hoe gaat de dans van
Perlafien? Laat eens zien, laat eens zien. Hoe gaat de dans
van Perlafien ‘Hoe gaat de dans van Perlafien? Laat eens zien,
laat eens zien. Stapje hier, stapje daar, draai je om en klap nu
maar.
De kleuters doen iets:
o De kleuters beelden uit wat er gezongen wordt
2
Muziek 1.1
Zingen, hoe werk je eraan?
Werkpunten Tips
Kracht (stemvolume) Vanuit de buik zingen:
- Ademhalingsoefeningen
- Buikademhaling
- Middenrif
- Ademsteun
- Lip thrills
Ademhaling (adem tekort) Vanuit de buik zingen:
- Ademhalingsoefeningen
- Buikademhaling
- Middenrif
- Ademsteun
- Lip thrills
Tessituur (stembereik) - Hoge stemregister niet
vermijden maar exploreren (bv
sirene)
- Kopstem leren gebruiken
Intonatie (melodie juist zingen) - Focussen op melodie en
toonhoogte ipv tekst
- Meezingen met iemand die
goed intoneert
- Beginnen met toonovermane:
o Eerst 1 toon, dan enkele
tonen, stukjes van de
melodie
o Opbouwen naar de gehele
melodie
Ademen met kleuters: (gebeurt impliciet)
o Kat wegjagen
o Paardenbloem blazen
o Bellen blazen
o Bijtje dat zoemt
Al deze oefeningen om onbewust het middenrif te activeren
en ademstroom te leren controleren.
Muziekspel:
o Materiaal:
Voor elke kleuter een veertje
o Organisatie:
Er is een vogel getekend zonder veren. De kleuters zitten er
op voldoende afstand rond met hun veer.
o Werkvorm:
Op het teken van de leerkracht blazen de kleuters hun veer
richting vogel. Kleuters die hun veer al bij de vogel kregen,
maken plaats voor de anderen.
o Tips:
Zorg voor voldoende verluchting in de klas.
1
, Amylissa Van Buggenhout 1 EBAKO C2 2021 - 2022
Laat de kleuters zelf ontdekken dat ze onder de veer
moeten blazen om het vooruit te krijgen.
Je kan het spel ook spelen met licht-kartonnen visjes naar een
‘vijver’ of pingpongballetjes voetbal. (1 pingpongbal, een doel
en rietjes voor de kleuters om door te blazen)
o Andere spelletjes P13 – 15
Spelen met een lied:
o De leerkracht zing een lied, de kleuters doen iets. Doel is niet dat de
kleuters zingen.
Bim Bam ‘Bim bam Bim bam, alle klokken luiden
Kleuters doen iets:
o Bim = handen omhoog (klok in de lucht) sol
horen – handen in de lucht
o Bam = handen omlaag (klok naar beneden) Mi
horen – armen kruisen
Die gaat op, die gaat neer ‘die gaat op, die gaat neer, die
gaat weg, die komt weer’
Kleuters doen iets:
o Die gaat op = duim omhoog
o Die gaat neer = duim omlaag
o Die gaat weg= duim verstoppen
o Die komt weer = duim tonen
Kan met verschillende voorwerpen
En hoe gaat het op maandag ‘En hoe gaat het op de maandag
en hoe gaat het dan? Zo zo limoenette zo zo domino, zo zo
limoenette zo zo domino.’
Kleuters doen iets:
o Zo zo limoenette zo zo domino (1) = linker duim
omhoog
o Zo zo limoenette zo zo domino (2) = rechterduim
omhoog
Bouwsteen: structuur/ vorm A – B – B’
Hoe gaat de dans van Perlafien ‘Hoe gaat de dans van
Perlafien? Laat eens zien, laat eens zien. Hoe gaat de dans
van Perlafien ‘Hoe gaat de dans van Perlafien? Laat eens zien,
laat eens zien. Stapje hier, stapje daar, draai je om en klap nu
maar.
De kleuters doen iets:
o De kleuters beelden uit wat er gezongen wordt
2
