H2 argument en conclusie – C1
Argumentatie (= redenering) is aangeven waarom je iets (niet) vindt, doet of wil.
Standpunt = jouw mening
onderbouw je met
Argumenten (= premissen) = reden waarom je dat vindt
-> feitelijk : controleerbaar
-> waarderend : niet controleerbaar
Signaalwoorden maken duidelijk dat er een redenering is: dus, daarom, daaruit volgt, want,
omdat, immers…
Opbouw tekst:
- inleiding
= redenering met een standpunt en daarvoor argumenten
- methode
= argumenten voor de redenering met een standpunt
- resultaten
= argumenten voor de redenering in de conclusie
- conclusie
= redenering met twee standpunten
, C2 – H3 structuur van redeneringen
I Argumentatie structuur
Typen argumentatie
● enkelvoudig
= redenering die uit 1 standpunt en 1 argument bestaat
let op verzwegen argument
● meervoudig
= redenering met 1 standpunt en meerdere argumenten. Die zijn op zichzelf staand
. voldoende om het standpunt te verdedigen.
-> A1, A2, A3, …
● nevenschikkend
= redenering met 1 standpunt en meerdere afhankelijke en/of samenhangende . . . .
. argumenten. Één argument alleen is te zwak of is anticiperend op een tegenwerping.
-> A1a, A1b, A1c, …
Argumentatie (= redenering) is aangeven waarom je iets (niet) vindt, doet of wil.
Standpunt = jouw mening
onderbouw je met
Argumenten (= premissen) = reden waarom je dat vindt
-> feitelijk : controleerbaar
-> waarderend : niet controleerbaar
Signaalwoorden maken duidelijk dat er een redenering is: dus, daarom, daaruit volgt, want,
omdat, immers…
Opbouw tekst:
- inleiding
= redenering met een standpunt en daarvoor argumenten
- methode
= argumenten voor de redenering met een standpunt
- resultaten
= argumenten voor de redenering in de conclusie
- conclusie
= redenering met twee standpunten
, C2 – H3 structuur van redeneringen
I Argumentatie structuur
Typen argumentatie
● enkelvoudig
= redenering die uit 1 standpunt en 1 argument bestaat
let op verzwegen argument
● meervoudig
= redenering met 1 standpunt en meerdere argumenten. Die zijn op zichzelf staand
. voldoende om het standpunt te verdedigen.
-> A1, A2, A3, …
● nevenschikkend
= redenering met 1 standpunt en meerdere afhankelijke en/of samenhangende . . . .
. argumenten. Één argument alleen is te zwak of is anticiperend op een tegenwerping.
-> A1a, A1b, A1c, …