1. Dit is Nederland
1.2.
De kenmerken van een staat:
- G Grondgebied
- V Volk
- E Eigen overheidsgezag
Nederland is een Gedecentraliseerde overheidsstaat:
- Provincies, waterschappen en gemeenten hebben een (beperkte) wetgevende
bevoegdheid
1.3.
Binnen een rechtstaat als Nederland zien we 3 onafhankelijke machten:
- W Wetgevende macht
- U Uitvoerende macht
- R Rechterlijke macht
Scheiding der machten:
- Trias Politica (machtsmisbruik door 1 orgaan wordt voorkomen)
- Montesquieu
Wetgevende macht (gekozen volksvertegenwoordiging):
- R Regering en Staten-Generaal samen
- P Provinciale staten
- G Gemeenteraad
Uitvoerende macht (Bestuur)
- R Regering
- G Geduputeerde taten
- C College van B&W
1.4.
Het rijk
De centrale overheid bestaat uit:
- S Staten-generaal (1e en 2e kamer)( ook wel parlement genoemd)
- R Regering en kanbinet
De Statengeneraal
- Vertegenwoordigen het hele Nederlandse volk
- Bestaat uit de 1e en 2e kamer
- Om lid te worden is verreist dat men: 18+, Nederlander is en niet is
uitgesloten van het kiesrecht
,Tweede kamer:
- 150 leden
- Gekozen door NL 18+
- Zittingsduur 4j
Eerste kamer:
- 75 leden
- Getrapt gekozen door Provinciale State
- Zittingsduur 4j
*de eerste kamer kan de minister ter verantwoording roepen over het
uitgevoerde beleid
Actief kiesrecht:
- Het recht om te stemmen tijdens de verkiezingen
Passief kiesrecht:
- Het recht om je verkiesbaar te stellen tijdens de verkiezingen
De regering
Het hoogste bestuursorgaan van NL
Uitvoerende macht op rijksniveau
Dagelijks bestuur van NL
Regering wordt gevormd door:
- K Koning
- M Ministers
Kabinet:
- Ministers
- Staatssecretarissen
Regeringsvorm
= Is in NL een erfelijke constitionele monarchie met een parlementair stelsel
- De koning als staatshoofd die deel uitmaakt van regering
- De macht van de koning wordt beperkt door de Grondwet
- Het koningschap over gaat door erfopvolging
- De regering is verantwoording aflegt door erfopvolging
Taken regering:
- W Wetsvoorstellen en voorbereiding
- O Ontwikkeling nieuw beleid
- O Onderhoudt internationale betrekking
- P Plannen maken op allerlei terreinen
- S Staatsfinanciën bewaken
,Taken koning:
- V Vertegenwoordigen van de staat
- A Afleggen van staatbezoeken
- O Ontvangen van buitenlandse staatshoofden
Koning is onschendbaar en valt onder ministeriele verantwoordelijkheid
Verschillende ministerieen staan onder leiding van een minister.
Ministers hoeven niet perse een portefeuille te hebben
De minister president en overige ministers worden bij Koninklijk besluit benoemd en
ontslagen.
Ministers vormen samen de ministerraad.
De premier is de voorzitter van de ministerraad.
Staatssecretaris is een soort onderminister.
Raad van State:
- H Hoog college van Staat
- O Onafhankelijk adviesorgaan
- V Verplicht advies bij wetgeving
De regering legt verantwoording af aan de kamers (staten generaal)
De regering en Staten generaal vormen gezamenlijk de wetgevende macht op
rijksniveau.
Gedeputeerde staten heeft GEEN zelfstandige wetgevende macht
De provinciale staten oefent wetgevende macht uit op de provincie
1.5.
Wetten worden onderscheiden in:
- Wetten in formele zin
- Wetten in materiele zin
Wet in formele zin:
De wet!
- Wordt vastgesteld door regering en Staten Generaal gezamenlijk
Wet in materiele zin
Afleiding van de wet!
- AMvB/ministeriele regeling en lokale verordeningen
,Attributie:
- Bevoegdheid om wetten in formele en materiele zin vast te stellen
Delegatie:
- Delegeren van die wetgevende bevoegdheid
Subdelegatie
- Overdragen van gedelegeerde bevoegdheid
Wetsvoorstel:
- T aangenomen door tweede kamer
- E aangenomen door eerste kamer
- M ministers en koning tekenen
- P publicatie Staatsblad
AMvB
- Bij koninklijk besluit vastgesteld door ministers en koning (regering)
- = voorbeeld van attributie
Ministeriele regeling
- Vastgesteld door ministers
Lokale verordening
- Vastgesteld door provinciale staten, gemeenteraad of waterschap
- = voorbeeld van attributie
1.6.
Provinciale staten
- Aan het hoofd van de provincie
- Rechtstreeks gekozen volksvertegenwoordiging
- Vormt wetgevende macht in de provincie
- cvdK is voorzitter
Gedeputeerde staten
- Benoemde dagelijkse bestuur/uitvoerende macht van de provincie
Commissaris van de Koning:
- Wordt door bij koningsklijk besluit op voordracht van de minister van BiZa en
koninkrijgrelaties benoemd
- Hoogste gezagdrager en voorzitter GS en PS
1.7.
Gemeentebestuur wordt gevormd door:
, - G Gemeenteraad
- C College van burgemeester en wethouders
- B Burgemeester
Gemeenteraad
- Aan het hoofd van de gemeente
- Gekozen volksvertegenwoordiging en vormt de wetgevende macht in de
gemeente
- Benoemen de wethouders burgemeester=voorzitteer
College van burgemeesters en wethouders:
- Benoemde dagelijkse bestuur/uitvoerende macht van de gemeente
- Hoofd van de gemeente
Burgemeester:
- Benoemd door KB 6 jaar
- Voorzitter van het college van burgemeesters en wethouders en de
gemeenteraad
Noodverordening
- Burgemeester is verantwoordelijk
- Bevatten algemeen verbindende voorschriften waarin geboden of verboden
gedrag wordt omschreven
Bevoegdheid burgemeester
- De openbare orde handhaven
- Bevoegd algemeen verbindende voorschriften te geven
Alleen indien:
- O oproerige bewegingen zijn
- E ernstige wanordelijkheden, rampen of ongevallen plaatsvinden
- E ernstige vrees van het ontstaan hiervan
Een noodverordering is van kracht:
- Indien gemeente raad bekrachtigt
Procedure vaststellen noodverordening:
- Alleen bij genoemde bijzondere omstandigheden
- BM steld noodverordening vast en maakt bekend
- Ter kennis brengen gemeenteraad en cvdk hoofdoffcier van justitie
- Gemeenteraad bekrachtigt achteraf of niet
- Intrekken zodra bijzondere omstandigheid is opgeheven.