Agota Kristof - La preuve (het bewijs)
Hoofdstuk 1
Lucas zijn vader was vandaag gestorven toen hij probeerde de grens over te steken. Terug
bij oma’s huis slaapt Lucas bij het tuinhek. Een legervoertuig stopt voor het gebouw van de
grenswacht. De soldaten leggen een lichaam gewikkeld in een camouflagezeil op de grond.
Ze gingen naar het persoon die aan de overkant woonde; Lucas. Hij zei dat hij niemand had
gezien die mogelijk zou willen vluchten. Mensen noemen Lucas een idioot, de sergeant
vraagt zich af waarom. Lucas zegt dat hij een zenuwziekte heeft als gevolg van een
psychisch trauma uit zijn kindertijd. Lucas moet met ze meekomen en ze vragen of hij het lijk
herkent. Het lijk was Lucas zijn vader. Lucas zei dat hij niet wist wie het was. De vader zijn
zakken waren helemaal leeg, zodat ze hem niet konden identificeren.
Zijn oma was vorig jaar overleden aan een tweede beroerte. Opa was al lang overleden, de
stedelingen zeiden dat hij was vergiftigd door zijn vrouw.
De moeder en het zusje van Lucas stierven 5 jaar geleden, een paar dagen voor het einde
van de oorlog, door een granaat in oma’s tuin.
Voor de deur stopt een paardenkoets. Joseph de tuinder komt naar binnen. Het was
vandaag marktdag en Joseph had de hele dag op Lucas gewacht, net als vorige week, en
de week daarvoor. Lucas was vergeten welke dag het was. In die drie weken had Lucas alle
groente en fruit in de tuin laten rotten. Er was allemaal koopwaar verspild. Lucas was ook
vergeten de dieren te voeden. Hij vond dat Lucas er ook slecht uitzag. Zodat Lucas niet
vergeet wanneer het marktdag is zal Joseph voortaan een uur eerder opstaan en hem
wakker maken, zodat ze samen de groenten en fruit kunnen laden en de dieren kunnen
verkopen.
Er staat ineens een meisje in de tuin, ze heet Agnes. Ze zegt dat tante Léonie had gevraagd
of Lucas naar de priester toe kon gaan. Hij is helemaal alleen, want tante Léonie kan niet
meer werken, ze ligt thuis op bed, en staat niet meer op, omdat ze te oud is. En het meisje
haar vader en moeder hadden geen tijd om naar de pastoor te gaan. Lucas zegt dat hij
vanavond naar de priester zal gaan. Hij zet muziek op in zijn kamer, het meisje wordt er
bang van en gaat weg.
De priester (Lucas noemt de priester ‘vader’) had Lucas al even geen geld meer gegeven;
hij kreeg geen geld meer voor zijn werk, hij moest leven van het offer van de gelovigen.
Maar Lucas kwam niet voor het geld, hij was de priester gewoon vergeten, net als zijn tuin,
de markt, hij vergat te eten enz. De moed om te komen kwam van het kleine meisje. Lucas
zegt tegen de priester dat hij niet weet hoe hij verder moet leven. De priester leert hem
schaken en Lucas komt elke avond terug om te schaken. Door de priester slaapt Lucas weer
in zijn kamer op het grote bed, vergeet hij de marktdagen niet meer, zorgt hij voor de dieren,
de tuin, het huishouden. Bij de priester kon hij weer eten zonder te braken. Hij keerde terug
naar het bos om paddenstoelen en droog hout te verzamelen en hij hervatte de visserij.
Lucas gaat naar de boekhandel voor papier en potloden. De man achter de kassa vindt zijn
papierverbruik indrukwekkend. Lucas zegt dat hij het leuk vindt om blanco vellen in te vullen
met een potlood, dat leidt hem af. En de mislukte bladeren gebruikt hij om vuur aan te
steken. De man in de boekenwinkel vertelde hem dat je weer naar het buitenland kon reizen.
Maar je moest wel een speciale toestemming hebben voor het grensgebied, en die had
Lucas niet. En je moet een ID-kaart hebben. Lucas is nu 15, en is sinds zijn moeder hem 6
jaar geleden gebracht heeft, de stad nooit uitgeweest. Hij zegt dat Lucas naar het
gemeentehuis moet gaan voor een ID-kaart. In het gemeentehuis vragen ze naar zijn oude
, ID-kaart, maar die heeft hij niet. Hij heeft ook geen schoolkaart, hij is nooit naar school
geweest. Hij vertelt dat hij niet naar school hoefde vanwege een trauma en dat hij nu ‘s
avonds muziek maakt in de bistro’s, en leeft van de producten in zijn tuin. Dan weet de
ambtenaar dat het Lucas T is. Hij vertelt dat hij op zichzelf woont. De ambtenaar zegt dat de
zaak bijzonder is en hij over een aantal dagen terug moet komen. De priester had gezegd
dat als het niet lukte hij naar Peter N moest vragen. De ambtenaar neemt Lucas mee naar
Pieter, die de ID-kaart regelt. Hij schrijft ook op de ID-kaart dat Lucas last heeft van
chronische psychische stoornissen, want dat kon hem veel overlast besparen, met de
militaire dienst bijvoorbeeld. Als hij Lucas zijn kaartje geeft, kust hij hem ook voor een lange
tijd op de mond. Hij biedt zijn excuses aan, en zegt dat Lucas zijn schoonheid hem stoorde.
Dit soort dingen waren onvergeeflijk in de partij, dus Lucas zou nergens over praten. Maar
Petrus zei dat dit niet voor een leven lang verborgen kon blijven en hij niet lang in deze
positie zou blijven.
Hoofdstuk 2
Lucas gaat naar de rivier om vis voor de priester te vangen (op oudjaarsavond). Een vrouw,
Yasmine, met een huilend kind zit op het bruggetje dat Lucas vele jaren geleden heeft
gebouwd. Lucas leidt haar naar het huis. De vrouw had de baby willen verdrinken, maar ze
kon het niet. Lucas vroeg of hij het moest doen, maar de vrouw wilde het niet meer, het was
volgens haar nu te laat. Lucas zei dat ze in de onbezette kamer konden slapen. Yasmine
was 18 jaar (Lucas inmiddels 17 jaar) had geen ouders; haar moeder was dood en haar
vader zat in de gevangenis. Ze wilde het kind verdrinken en dan de grens oversteken.
Lucas zei dat de grens onbegaanbaar was, maar het maakte haar niet uit als ze dood ging.
Lucas zei dat ze bij hem kon blijven en als het kind ouder is ze een leven elders, in een
andere stad kon gaan opbouwen. Yasmine wilde wel een tijdje blijven. Ze mocht van Lucas
nooit naar Lucas zijn kamer, of de zolder gaan, en ze mocht geen vragen stellen. Yasmine
zou helpen met koken en schoonmaken. De baby heet Mathias.
Toen Yasmine 12 jaar was had ze seks met haar vader, dit wilde ze zelf. Jarenlang hebben
ze de liefde bedreven. Maar op een dag kwam hij in haar. Ze is dus zwanger van haar
vader? Het kind is geboren met misvormingen, omdat Yasmine tijdens haar zwangerschap
altijd een corset omdeed om haar zwangerschap te verbergen. Thomas regelt een hondje
voor Mathias. Ze hebben ook een kat in huis.
De priester zei dat Lucas in een zonde leefde, met een zondige vrouw en het kind dat niet
eens gedoopt is. Hij en Yasmine moesten naar de nachtmis komen. Lucas ging alleen, want
ze konden het kind niet onbeheerd achterlaten.
Op een ochtend wil Lucas het kind naar de dokter brengen, hij wil dat het kind net zo loopt
als iedereen, en dus niet mank. Yasmine wordt verdrietig en zegt dat ze het kind accepteert
zoals hij is. Hij gaat toch met het kind naar het ziekenhuis. Mathias zal minder snel groeien
als andere kinderen door zijn mankementen. Lucas zegt dat hij altijd kleiner zal blijven dan
anderen, maar dat hij wel slimmer zal zijn. En grootte doet er niet toe, alleen intelligentie is
volgens hem van belang.
Hoofdstuk 3
Hij gaat naar de bibliotheek en vindt dat de bibliothecaresse een beetje lijkt op zijn overleden
moeder. Lucas gaat mee naar haar huis. Er komt nooit iemand in de vrouw haar huis, ze
kent niemand in de stad. De vrouw heet Clara. Ze moet boeken sorteren en boeken
verwijderen, die niet in het index staan, als ze in de bibliotheek is.
Hoofdstuk 1
Lucas zijn vader was vandaag gestorven toen hij probeerde de grens over te steken. Terug
bij oma’s huis slaapt Lucas bij het tuinhek. Een legervoertuig stopt voor het gebouw van de
grenswacht. De soldaten leggen een lichaam gewikkeld in een camouflagezeil op de grond.
Ze gingen naar het persoon die aan de overkant woonde; Lucas. Hij zei dat hij niemand had
gezien die mogelijk zou willen vluchten. Mensen noemen Lucas een idioot, de sergeant
vraagt zich af waarom. Lucas zegt dat hij een zenuwziekte heeft als gevolg van een
psychisch trauma uit zijn kindertijd. Lucas moet met ze meekomen en ze vragen of hij het lijk
herkent. Het lijk was Lucas zijn vader. Lucas zei dat hij niet wist wie het was. De vader zijn
zakken waren helemaal leeg, zodat ze hem niet konden identificeren.
Zijn oma was vorig jaar overleden aan een tweede beroerte. Opa was al lang overleden, de
stedelingen zeiden dat hij was vergiftigd door zijn vrouw.
De moeder en het zusje van Lucas stierven 5 jaar geleden, een paar dagen voor het einde
van de oorlog, door een granaat in oma’s tuin.
Voor de deur stopt een paardenkoets. Joseph de tuinder komt naar binnen. Het was
vandaag marktdag en Joseph had de hele dag op Lucas gewacht, net als vorige week, en
de week daarvoor. Lucas was vergeten welke dag het was. In die drie weken had Lucas alle
groente en fruit in de tuin laten rotten. Er was allemaal koopwaar verspild. Lucas was ook
vergeten de dieren te voeden. Hij vond dat Lucas er ook slecht uitzag. Zodat Lucas niet
vergeet wanneer het marktdag is zal Joseph voortaan een uur eerder opstaan en hem
wakker maken, zodat ze samen de groenten en fruit kunnen laden en de dieren kunnen
verkopen.
Er staat ineens een meisje in de tuin, ze heet Agnes. Ze zegt dat tante Léonie had gevraagd
of Lucas naar de priester toe kon gaan. Hij is helemaal alleen, want tante Léonie kan niet
meer werken, ze ligt thuis op bed, en staat niet meer op, omdat ze te oud is. En het meisje
haar vader en moeder hadden geen tijd om naar de pastoor te gaan. Lucas zegt dat hij
vanavond naar de priester zal gaan. Hij zet muziek op in zijn kamer, het meisje wordt er
bang van en gaat weg.
De priester (Lucas noemt de priester ‘vader’) had Lucas al even geen geld meer gegeven;
hij kreeg geen geld meer voor zijn werk, hij moest leven van het offer van de gelovigen.
Maar Lucas kwam niet voor het geld, hij was de priester gewoon vergeten, net als zijn tuin,
de markt, hij vergat te eten enz. De moed om te komen kwam van het kleine meisje. Lucas
zegt tegen de priester dat hij niet weet hoe hij verder moet leven. De priester leert hem
schaken en Lucas komt elke avond terug om te schaken. Door de priester slaapt Lucas weer
in zijn kamer op het grote bed, vergeet hij de marktdagen niet meer, zorgt hij voor de dieren,
de tuin, het huishouden. Bij de priester kon hij weer eten zonder te braken. Hij keerde terug
naar het bos om paddenstoelen en droog hout te verzamelen en hij hervatte de visserij.
Lucas gaat naar de boekhandel voor papier en potloden. De man achter de kassa vindt zijn
papierverbruik indrukwekkend. Lucas zegt dat hij het leuk vindt om blanco vellen in te vullen
met een potlood, dat leidt hem af. En de mislukte bladeren gebruikt hij om vuur aan te
steken. De man in de boekenwinkel vertelde hem dat je weer naar het buitenland kon reizen.
Maar je moest wel een speciale toestemming hebben voor het grensgebied, en die had
Lucas niet. En je moet een ID-kaart hebben. Lucas is nu 15, en is sinds zijn moeder hem 6
jaar geleden gebracht heeft, de stad nooit uitgeweest. Hij zegt dat Lucas naar het
gemeentehuis moet gaan voor een ID-kaart. In het gemeentehuis vragen ze naar zijn oude
, ID-kaart, maar die heeft hij niet. Hij heeft ook geen schoolkaart, hij is nooit naar school
geweest. Hij vertelt dat hij niet naar school hoefde vanwege een trauma en dat hij nu ‘s
avonds muziek maakt in de bistro’s, en leeft van de producten in zijn tuin. Dan weet de
ambtenaar dat het Lucas T is. Hij vertelt dat hij op zichzelf woont. De ambtenaar zegt dat de
zaak bijzonder is en hij over een aantal dagen terug moet komen. De priester had gezegd
dat als het niet lukte hij naar Peter N moest vragen. De ambtenaar neemt Lucas mee naar
Pieter, die de ID-kaart regelt. Hij schrijft ook op de ID-kaart dat Lucas last heeft van
chronische psychische stoornissen, want dat kon hem veel overlast besparen, met de
militaire dienst bijvoorbeeld. Als hij Lucas zijn kaartje geeft, kust hij hem ook voor een lange
tijd op de mond. Hij biedt zijn excuses aan, en zegt dat Lucas zijn schoonheid hem stoorde.
Dit soort dingen waren onvergeeflijk in de partij, dus Lucas zou nergens over praten. Maar
Petrus zei dat dit niet voor een leven lang verborgen kon blijven en hij niet lang in deze
positie zou blijven.
Hoofdstuk 2
Lucas gaat naar de rivier om vis voor de priester te vangen (op oudjaarsavond). Een vrouw,
Yasmine, met een huilend kind zit op het bruggetje dat Lucas vele jaren geleden heeft
gebouwd. Lucas leidt haar naar het huis. De vrouw had de baby willen verdrinken, maar ze
kon het niet. Lucas vroeg of hij het moest doen, maar de vrouw wilde het niet meer, het was
volgens haar nu te laat. Lucas zei dat ze in de onbezette kamer konden slapen. Yasmine
was 18 jaar (Lucas inmiddels 17 jaar) had geen ouders; haar moeder was dood en haar
vader zat in de gevangenis. Ze wilde het kind verdrinken en dan de grens oversteken.
Lucas zei dat de grens onbegaanbaar was, maar het maakte haar niet uit als ze dood ging.
Lucas zei dat ze bij hem kon blijven en als het kind ouder is ze een leven elders, in een
andere stad kon gaan opbouwen. Yasmine wilde wel een tijdje blijven. Ze mocht van Lucas
nooit naar Lucas zijn kamer, of de zolder gaan, en ze mocht geen vragen stellen. Yasmine
zou helpen met koken en schoonmaken. De baby heet Mathias.
Toen Yasmine 12 jaar was had ze seks met haar vader, dit wilde ze zelf. Jarenlang hebben
ze de liefde bedreven. Maar op een dag kwam hij in haar. Ze is dus zwanger van haar
vader? Het kind is geboren met misvormingen, omdat Yasmine tijdens haar zwangerschap
altijd een corset omdeed om haar zwangerschap te verbergen. Thomas regelt een hondje
voor Mathias. Ze hebben ook een kat in huis.
De priester zei dat Lucas in een zonde leefde, met een zondige vrouw en het kind dat niet
eens gedoopt is. Hij en Yasmine moesten naar de nachtmis komen. Lucas ging alleen, want
ze konden het kind niet onbeheerd achterlaten.
Op een ochtend wil Lucas het kind naar de dokter brengen, hij wil dat het kind net zo loopt
als iedereen, en dus niet mank. Yasmine wordt verdrietig en zegt dat ze het kind accepteert
zoals hij is. Hij gaat toch met het kind naar het ziekenhuis. Mathias zal minder snel groeien
als andere kinderen door zijn mankementen. Lucas zegt dat hij altijd kleiner zal blijven dan
anderen, maar dat hij wel slimmer zal zijn. En grootte doet er niet toe, alleen intelligentie is
volgens hem van belang.
Hoofdstuk 3
Hij gaat naar de bibliotheek en vindt dat de bibliothecaresse een beetje lijkt op zijn overleden
moeder. Lucas gaat mee naar haar huis. Er komt nooit iemand in de vrouw haar huis, ze
kent niemand in de stad. De vrouw heet Clara. Ze moet boeken sorteren en boeken
verwijderen, die niet in het index staan, als ze in de bibliotheek is.