Europees recht
1. De EU en haar instellingen
Geschiedenis en totstandkoming
• WOII
- Economische puinhoop
- Wantrouwen tussen Europese staten
- Noodzaak tot wederopbouw (Marshallplan, European Recovery Program)
• Idealen en oplossingen:
- Wederzijdse afhankelijkheid en samenwerking;
- Vrije handel tussen staten moet worden gestimuleerd
- Productiemiddelen/grondstoffen delen
Totstandkoming van de EU
De EU en haar instellingen – art. 13 VEU
,Europees Parlement → volksvertegenwoordiging
Europese commissie → naleving, recht van initiatief, dienen voorstellen in bij Europees
Parlement + Raad.
Europese Raad → geen wetgevingsactiviteiten, wel bindende beslissingen
2. Wetgevingsprocedure en de rechtsbeginselen van de EU.
Rechtsbronnen
Primair Unierecht
- VEU
- VWEU
- (EU Handvest) → zelfde status, art. 6 lid 1 VEU.
- Algemene rechtsbeginselen en fundamentele rechten
- Losse verdragen (Protocollen)
Secundair Unierecht
- Art. 288 VWEU
- Richtlijnen
- Verordeningen Besluiten
- Soft law
o Mededelingen van de Commissie (bijv. De minimis-bekendmaking)
- Internationale overeenkomsten
- Jurisprudentie
Art. 4 lid 3 VEU: loyaliteitsbeginsel
‘Krachtens het beginsel van loyale samenwerking respecteren de Unie en de lidstaten
elkaar en steunen zij elkaar bij de vervulling van de taken die uit de Verdragen voortvloeien.’
Art. 5 lid 2 VEU: attributiebeginsel
‘Krachtens het beginsel van bevoegdheidstoedeling handelt de Unie enkel binnen de
grenzen van de bevoegdheden die haar door de lidstaten in de Verdragen zijn toegedeeld
om de daarin bepaalde doelstellingen te verwezenlijken. Bevoegdheden die in de Verdragen
niet aan de Unie zijn toegedeeld, behoren toe aan de lidstaten.’
Art. 5 lid 3 VEU: Subsidiariteitsbeginsel
, Art. 5 lid 4 VEU: Evenredigheids-/proportionaliteitsbeginsel (meest geschikt + minst
belemmerend)
2: De wetgevingsprocedures – art. 289 VWEU
Art. 289 VWEU:
1. ‘De gewone wetgevingsprocedure behelst de vaststelling van een verordening, een
richtlijn of een besluit, door het Europees Parlement en de Raad tezamen, op voorstel van
de Commissie. Deze procedure wordt beschreven in art. 294.’
1. De EU en haar instellingen
Geschiedenis en totstandkoming
• WOII
- Economische puinhoop
- Wantrouwen tussen Europese staten
- Noodzaak tot wederopbouw (Marshallplan, European Recovery Program)
• Idealen en oplossingen:
- Wederzijdse afhankelijkheid en samenwerking;
- Vrije handel tussen staten moet worden gestimuleerd
- Productiemiddelen/grondstoffen delen
Totstandkoming van de EU
De EU en haar instellingen – art. 13 VEU
,Europees Parlement → volksvertegenwoordiging
Europese commissie → naleving, recht van initiatief, dienen voorstellen in bij Europees
Parlement + Raad.
Europese Raad → geen wetgevingsactiviteiten, wel bindende beslissingen
2. Wetgevingsprocedure en de rechtsbeginselen van de EU.
Rechtsbronnen
Primair Unierecht
- VEU
- VWEU
- (EU Handvest) → zelfde status, art. 6 lid 1 VEU.
- Algemene rechtsbeginselen en fundamentele rechten
- Losse verdragen (Protocollen)
Secundair Unierecht
- Art. 288 VWEU
- Richtlijnen
- Verordeningen Besluiten
- Soft law
o Mededelingen van de Commissie (bijv. De minimis-bekendmaking)
- Internationale overeenkomsten
- Jurisprudentie
Art. 4 lid 3 VEU: loyaliteitsbeginsel
‘Krachtens het beginsel van loyale samenwerking respecteren de Unie en de lidstaten
elkaar en steunen zij elkaar bij de vervulling van de taken die uit de Verdragen voortvloeien.’
Art. 5 lid 2 VEU: attributiebeginsel
‘Krachtens het beginsel van bevoegdheidstoedeling handelt de Unie enkel binnen de
grenzen van de bevoegdheden die haar door de lidstaten in de Verdragen zijn toegedeeld
om de daarin bepaalde doelstellingen te verwezenlijken. Bevoegdheden die in de Verdragen
niet aan de Unie zijn toegedeeld, behoren toe aan de lidstaten.’
Art. 5 lid 3 VEU: Subsidiariteitsbeginsel
, Art. 5 lid 4 VEU: Evenredigheids-/proportionaliteitsbeginsel (meest geschikt + minst
belemmerend)
2: De wetgevingsprocedures – art. 289 VWEU
Art. 289 VWEU:
1. ‘De gewone wetgevingsprocedure behelst de vaststelling van een verordening, een
richtlijn of een besluit, door het Europees Parlement en de Raad tezamen, op voorstel van
de Commissie. Deze procedure wordt beschreven in art. 294.’